Brief regering : Rapport Uitvoering wettelijke taken door het CAK verantwoordingsjaar 2020
34 104 Langdurige zorg
29 538
Zorg en maatschappelijke ondersteuning
Nr. 345
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 november 2021
Met deze brief bied ik u het rapport aan van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) over
de uitvoering door het CAK van zijn wettelijke taken over het verantwoordingsjaar
20201. De NZa rapporteert jaarlijks, op basis van artikel 16 van de Wet marktordening gezondheidszorg,
over de rechtmatige en doelmatige uitvoering van de wettelijke regelingen door het
CAK.
De hoofdpunten uit deze brief zijn:
• De NZa constateert dat de voortgang van de verbetering van de interne uitvoeringsorganisatie
is gestagneerd en ziet op onderdelen een achteruitgang in functioneren.
• De NZa constateert dat het CAK zich bewust is van de knelpunten in de uitvoering,
zich hier transparant over verantwoordt en goede stappen heeft gezet in het kader
van risicomanagement waardoor issues naar voren komen, maar dat er nog veel moet gebeuren.
• De NZa heeft thema-onderzoeken uitgevoerd naar communicatie, klachtenafhandeling en
klanttevredenheid. Om mogelijke verbeteringen onder de aandacht te houden wordt er
een (periodiek) overleg georganiseerd met de Nationale ombudsman.
• Na afronding van het onderzoek van de NZa is aanvullende informatie beschikbaar gekomen,
hieruit blijkt dat de onrechtmatige uitvoering van de eigen bijdrageregelingen hoger
is dan opgenomen in de verantwoordingsdocumenten van het CAK. De NZa heeft hierover
een toelichting opgenomen in haar toezichtsrapport, geeft aan dat verdere analyse
en afwikkeling prioriteit moet hebben vanwege de mogelijke financiële impact op cliënten,
fondsen en gemeenten en houdt hier actief toezicht op.
• Het CAK erkent de genoemde punten door de NZa en geeft aan dat de complexe en uitdagende
omstandigheden waarin het CAK in 2020 heeft moeten functioneren een grote weerslag
hebben gehad op de organisatie. Het CAK geeft aan dat de punten van de NZa zijn opgenomen
in de meerjarige veranderopgave.
Bevindingen uit het NZa-rapport
Oordeel uitvoering
Het CAK is vanaf 2019 bezig met het op orde krijgen van de interne uitvoeringsorganisatie
van het CAK via een breed veranderprogramma met als doel om in 2024 «in control» te
zijn.
De NZa verstaat onder «in control» zijn een situatie waarin de bedrijfsvoering op
zo’n manier is ingericht dat risico’s met het oog op een rechtmatige en doelmatige
uitvoering van de wettelijke taken structureel, op een effectieve en efficiënte wijze,
tijdig worden geïdentificeerd, gemitigeerd en gecorrigeerd, in belangrijke mate gebruikmakend
van het geautomatiseerde gegevensverwerkende systeem.
Bij het onderzoek over 2020 heeft de NZa geconstateerd dat de voortgang van de verbetering
van de interne uitvoeringsorganisatie is gestagneerd en ziet de NZa op onderdelen
ook een achteruitgang van het functioneren:
– De dienstverlening aan cliënten staat onder druk. Dit betreft met name de verslechterde
bereikbaarheid en antwoordsnelheid.
– Niet alle verantwoordingsdocumenten zijn binnen de wettelijke termijn aangeleverd.
– Veel bestaande knelpunten in de uitvoering, waarover de NZa in vorige onderzoeken
rapporteerde, zijn nog niet opgelost.
– Er zijn nieuwe issuedossiers naar voren gekomen, die de uitvoeringsorganisatie van
het CAK belasten en gevolgen hebben voor de cliënten van het CAK, de fondsen en gemeenten.
– De externe accountant van het CAK heeft over 2020 diverse materiële onrechtmatigheden
en onzekerheden geconstateerd (die doorwerken in de eerste helft van 2021), die tot
gevolg hebben dat bij een aantal financiële stromen over 2020 afkeurende verklaringen
zijn afgegeven en bij een aantal financiële stromen oordeelonthoudingen.
De NZa geeft aan zich, gelet op het geconstateerde gebrek aan executiekracht bij het
CAK om knelpunten in de uitvoering daadwerkelijk structureel op te lossen en mede
gelet op de complexiteit van de vervolgaanpak van de brede veranderopgave van het CAK, grote zorgen te maken over de voortgang
en tijdige realisatie van het verandertraject en de daarbij horende doelen om het
CAK structureel «in control» te krijgen en te houden.
De NZa constateert dat het CAK zich bewust is van de knelpunten in de uitvoering en
zich hier heel transparant over verantwoordt. Alsook goede stappen heeft gezet in
het kader van risicomanagement waardoor volgens het CAK meer issues naar voren zijn
gekomen. De NZa waardeert dit, maar geeft tegelijkertijd aan dat er nog veel moet
gebeuren. De NZa geeft aan de inspanningen en voortgang nadrukkelijk te blijven monitoren.
Thema-onderzoeken
De NZa heeft een onderzoek uitgevoerd naar communicatie en klachtenbehandeling en
is gestart met een onderzoek over de klanttevredenheid dat doorloopt in 2022. De NZa
concludeert dat het CAK aandacht heeft voor de communicatie richting burger en dat
het CAK nog verbeteringen kan aanbrengen in de communicatie(processen) en klachtenbehandeling.
Om dit onder de aandacht te houden zal er een (periodiek) overleg georganiseerd worden
met de NZa, de Nationale ombudsman en het CAK.
Nagekomen informatie
Het CAK is in 2021 aan de slag gegaan met de analyse en afwikkeling van de issuedossiers.
Na afronding van het onderzoek van de NZa is aanvullende informatie beschikbaar gekomen.
Hieruit blijkt dat de onrechtmatige uitvoering van de eigen bijdrageregelingen hoger
is dan opgenomen in de verantwoordingsdocumenten van het CAK. Het CAK heeft de NZa
hierover proactief geïnformeerd. De NZa heeft hierover een toelichting opgenomen in
haar toezichtsrapport. De analysewerkzaamheden en afwikkeling van de issuedossiers
zijn nog niet volledig afgerond door het CAK. De NZa geeft aan dat de analyse en afwikkeling
prioriteit moet hebben vanwege de mogelijke financiële impact op cliënten, fondsen
en gemeenten en houdt hier actief toezicht op.
CAK
Het CAK is de NZa erkentelijk voor het rapport en erkent de geschetste problematiek
en probleempunten. Het CAK geeft aan dat de complexe en uitdagende omstandigheden
waarin het CAK in 2020 heeft moeten functioneren een grote weerslag heeft gehad op
de organisatie en deze niet los gezien kunnen worden van de gesignaleerde stagnatie
door de NZa. Waaronder de vertraagde invoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning
2020 en het beslag wat hersteloperaties leggen op de organisaties als gevolg van het
proactief oppakken van issues. De genoemde punten door de NZa zijn opgenomen in de
meerjarige veranderopgave. Het CAK geeft aan overtuigd te zijn dat zij met hun realistische
en gedegen aanpak van de meerjarige veranderopgave op de juiste weg zijn en zich hier
volledig voor in te zetten.
Tot slot
Zowel het CAK als het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) onderschrijven
de bevindingen van dit rapport en zien het belang van het tonen van executiekracht
door het CAK om knelpunten in de uitvoering daadwerkelijk structureel op te lossen.
De benodigde veranderingen in de organisatie en de ICT van het CAK zijn omvangrijk
en vergen tijd. Zoals ook vorig jaar aangegeven door de Minister voor Medische Zorg2 is het verbeteren van de uitvoering van het CAK een meerjarig traject, waarbij ook
niet alles in één keer goed gaat. Ik waardeer daarom dat het CAK issuedossiers oppakt,
deze (structureel) oplost, de NZa en ketenpartijen hierover proactief informeert en
zich hierover transparant verantwoordt.
Ik heb het CAK gevraagd om de verbeterpunten uit het NZa-rapport 2020 te betrekken
bij het bredere veranderprogramma. De primaire focus in dit programma ligt op het
op orde krijgen van de uitvoering van de regelingen, zodanig dat het CAK «in control»
komt en de uitvoering van de regelingen verbetert. Waarbij ik verwacht dat de tevredenheid
van cliënten over de uitvoering van de regeling toeneemt.
Waar mogelijk zal ik het CAK ondersteunen door terughoudend te zijn met taakwijzigingen,
zodat het CAK zijn verandercapaciteit zoveel als mogelijk kan aanwenden voor zijn
eigen veranderopgave.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
H.M. de Jonge
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport