Brief regering : Verslag Buitengewone Formele Energieraad 26 oktober 2021
21 501-33 Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie
Nr. 881 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 8 november 2021
Hierbij bied ik u het verslag aan van de Buitengewone Formele Energieraad die op 26 oktober
2021 onder Sloveens voorzitterschap plaatsvond in Luxemburg.
Tevens stuur ik u hierbij ter kennisneming de gezamenlijke verklaring over de gestegen
energieprijzen die het kabinet met acht andere lidstaten naar de Europese Commissie
heeft gestuurd1.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, D. Yeşilgöz-Zegerius
Verslag van de Extra Energieraad d.d. 26 oktober 2021
Gedachtenwisseling stijgende energieprijzen
In de raad heeft een gedachtewisseling plaatsgevonden tussen de lidstaten over de
hoge energieprijzen. De raad was georganiseerd ter opvolging van de Europese Raad
van 21 en 22 oktober jl. waar ook is gesproken over de gestegen energieprijzen. De
discussie vond plaats aan de hand van de mededeling van de Commissie van 13 oktober
jl. over een toolbox met maatregelen die lidstaten en de Commissie kunnen nemen in het kader van de gestegen
energieprijzen.2 Daarnaast had het voorzitterschap begeleidende vragen geformuleerd voor de discussie
over welke maatregelen op EU-niveau genomen kunnen worden in aanvulling op nationale
maatregelen en om toekomstige prijspieken te adresseren.
Aan het begin van de raad gaf de Commissie een samenvatting van de toolbox en benadrukte het belang van een goed functionerende markt voor gas en waterstof
en ziet daar een belangrijke rol voor gasopslag. In dit kader verwees zij naar het
aankomende decarbonisatiepakket dat zij eind dit jaar zal presenteren.
In de discussie verwelkomden lidstaten in het algemeen de toolbox en presenteerden de nationale maatregelen die zij hebben genomen, onder andere ten
aanzien van kwetsbare huishoudens. Een aantal lidstaten, waaronder Nederland, benadrukte
het belang om te blijven investeren in hernieuwbare energie en energiebesparing als
onderdeel van het «Fit-for-55» pakket. Deze lidstaten gaven aan dat dit onderdeel
is van de oplossing op middellange termijn om de energieprijzen te verlagen. Ook de
Commissie benadrukte dat de energietransitie versneld moet worden mede om afhankelijkheid
van derde landen op gebied van aardgas te verkleinen. In dit kader verwees zij naar
de herziening van de hernieuwbare energierichtlijn (RED), de energie-efficiëntierichtlijn
(EED) en de verordening voor trans-Europese energienetwerken (TEN-E) en specifiek
naar het belang van snellere vergunningsprocedures. Een kleiner aantal lidstaten waarschuwde
juist dat investeringen in hernieuwbare energie, energiebesparing en uitbreiding van
het emissiehandelssysteem (ETS) wel kunnen leiden tot hogere energieprijzen en daarmee
het draagvlak voor de energietransitie zouden kunnen schaden.
Een groep van negen lidstaten, waaronder Nederland, gaf op basis van een gezamenlijke
verklaring3 aan geen EU-maatregelen te kunnen steunen die ingrijpen op de interne energiemarkt,
omdat er geen aanwijzingen zijn dat deze markt niet goed functioneert en de oorzaak
is van de hoge energieprijzen. Een aantal extra lidstaten, die de verklaring niet
had ondertekend, droeg tijdens de discussie een vergelijkbare boodschap uit. Daar
tegenover stond een paar lidstaten die de Commissie juist opriepen om met een gedetailleerde
analyse te komen over de mogelijkheid om de elektriciteitsprijs te ontkoppelen van
de aardgasprijs. Hierdoor zouden lidstaten meer ruimte hebben om op basis van hun
energiemix een (maximum-)prijs in te stellen. Uit deze groep gaf een enkele grote
lidstaat aan hier mogelijkheden voor te zien binnen het kader van de huidige interne
marktregelgeving.
Een aantal lidstaten riep de Commissie op om op korte termijn voorstellen te doen
voor gezamenlijke gasopslag en gezamenlijke inkoop van aardgas om de leveringszekerheid
te waarborgen. Ook pleitte een aantal lidstaten voor aanvullend onderzoek naar marktmanipulatie
van gasbedrijven uit derde landen op de interne markt. Verder riepen een paar lidstaten
de Commissie op een tijdelijk staatssteunkader voor de huidige situatie voor te stellen
naar het model van het tijdelijk staatssteunkader naar aanleiding van de COVID-19
crisis.
De Commissie stelde in antwoord op deze vragen dat het belangrijk is om niet ad hoc
op de markt in te grijpen. Eventuele maatregelen moeten gebaseerd zijn op onderzoek
en analyse waarbij de Commissie verwees daarbij naar de onderzoeken, aangekondigd
in de toolbox, door het Europees Agentschap voor Samenwerking tussen Energieregulators (Agency for the Cooperation of Energy Regulators, ACER) naar de elektriciteits- en gasmarkten, waarvan de eerste uitkomsten medio
november worden verwacht. Pas dan kan een gefundeerde discussie volgen over mogelijke
maatregelen, aldus de Commissie, hetgeen in lijn met de Nederlandse inzet en de gezamenlijke
verklaring van de negen lidstaten.
Een brede groep lidstaten stelde dat het markttoezicht op financiële speculatie op
de ETS-markt moet worden aangescherpt op basis van de aankomende analyse van de Europese
Autoriteit van Effecten en Markten (European Securities and Markets Authority, ESMA) die in de toolbox door de Commissie is aangekondigd. Een andere groep lidstaten, waaronder Nederland,
gaf juist aan dat de oorzaak van de gestegen energieprijzen niet ligt bij het ETS.
Zij zien daarom geen noodzaak om op deze markt in te grijpen.
Een groot aantal lidstaten, waaronder Nederland, riep de Commissie op om op wetenschappelijke
basis de gedelegeerde handeling van de taxonomie voor wat betreft kernenergie spoedig
te presenteren. Een deel van deze lidstaten gaf aan ook aardgas als onderdeel te zien
van deze gedelegeerde handeling vanwege de transitierol van aardgas in de energietransitie.
Een paar andere lidstaten stelden juist dat kernenergie niet als duurzame technologie
in de taxonomie thuishoort. De Commissie gaf aan voor het einde van het jaar de gedelegeerde
handeling te willen presenteren.
Tot slot concludeerde het voorzitterschap dat de Energieraad opnieuw over de energieprijzen
zal spreken op de formele Energieraad van 2 december 2021, op basis van de eerste
uitkomsten van de onderzoeken van ACER en ESMA, die medio november worden gepresenteerd.
Deze Energieraad zal ter voorbereiding dienen voor de bespreking over de energieprijzen
op de Europese Raad van 16 en 17 december 2021, zoals vastgesteld in de conclusies
van de Europese Raad van 21 en 22 oktober jl.4
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat