Brief regering : Nahang Uitvoeringsbesluit WVO 2020
31 289 Voortgezet Onderwijs
N/ Nr. 497 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS EN MEDIA
Ter griffie van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen op
28 oktober 2021.
De wens dat het in de maatregel geregelde onderwerp bij wet wordt geregeld kan door
of namens een van beide Kamers of door ten minste vijftien leden van de Eerste Kamer
dan wel dertig leden van de Tweede Kamer te kennen worden gegeven uiterlijk op 25 november
2021.
Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 oktober 2021
Hierbij bied ik u aan het Uitvoeringsbesluit WVO 20201. Voor de inhoud van het besluit verwijs ik u naar de nota van toelichting2.
De voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven procedure, bedoeld
in artikel 13.1, tweede lid, van de Wet voortgezet onderwijs 2020.
Op grond van de aangehaalde bepaling geschiedt de inwerkingtreding van het besluit
niet dan nadat vier weken zijn verstreken na de overlegging van het besluit aan beide
Kamers der Staten-Generaal.
Er wordt gestreefd naar inwerkingtreding van het besluit met ingang van 1 augustus
2022.
Een gelijkluidende brief heb ik heden gezonden aan de Voorzitter van de Eerste Kamer
der Staten-Generaal.
De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,
A. Slob
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media