Brief regering : Beleidsreactie TSD factsheet ‘Het is er wel, maar je ziet het niet … Chronisch psychische problemen vragen om blijvende aandacht’
25 424 Geestelijke gezondheidszorg
Nr. 592
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 oktober 2021
Op 21 juli 2021 is de factsheet «Het is er wel, maar je ziet het niet... Chronisch
psychische problemen vragen om blijvende aandacht» aan mij aangeboden door Toezicht
Sociaal Domein (TSD)1. Hierbij doe ik uw Kamer deze factsheet en mijn beleidsinhoudelijke reactie toekomen2.
Het doel van het toezicht door TSD is om regionale en lokale partijen te stimuleren
hun aanpak persoonsgericht, passend, effectief en integraal vorm te geven. TSD heeft
in vier gemeenten onderzoek uitgevoerd naar de aanpak voor kwetsbare inwoners met
(ernstige) psychische problematiek en hun herstel na een crisis. De rode draden uit
dit onderzoek en de verbeterpunten op landelijk niveau zijn in de factsheet opgenomen.
TSD constateert in de eerste plaats dat de kwetsbare inwoners niet of onvoldoende
(integraal) in beeld zijn bij de instanties waar ze in hun herstelproces mee te maken
hebben, en daarnaast dat zij (te vroeg) weer uit beeld raken. TSD doet een viertal
aanbevelingen om deze aandachtspunten op lokaal en regionaal niveau aan te pakken:
1. Het eerder bieden van (laagdrempelige) ondersteuning aan deze kwetsbare mensen;
2. Het organiseren van integrale zorg en ondersteuning ten behoeve van duurzame oplossingen
en structurele ondersteuning;
3. Het domein overstijgend en in samenhang maken van plannen en afspraken tussen organisaties
in de regio, op basis van inzicht in de individuele problematiek en problematiek van
de totale doelgroep, en
4. Het vaker betrekken van ervaringsdeskundigen in zowel hulpverlening als beleid.
Tevens doet TSD de aanbeveling aan VWS om gesignaleerde knelpunten en aanbevelingen
op landelijk niveau in te brengen in de lopende gesprekken en discussies over de samenhang
tussen de systemen van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) en de geestelijke
gezondheidszorg (ggz).
Leeswijzer
In mijn reactie ga ik eerst in op enkele landelijke initiatieven die aansluiten op
en ondersteunend zijn aan de aanbevelingen die TSD doet aan de lokale en regionale
praktijk. Vervolgens ga ik in op de aanbeveling om de genoemde knelpunten in te brengen
in de discussie over de samenhang tussen de Wmo en de ggz.
Reactie op factsheet «Het is er wel maar je ziet het niet…»
Ik spreek allereerst graag mijn waardering uit voor het gedane onderzoek en de (herkenbare)
aandachtspunten. TSD benoemt een aantal belangrijke knelpunten.
Daarnaast constateer ik dat er veel voortgang is geboekt en veel goed gaat lokaal,
regionaal en landelijk bij de aanpak van problemen met de kwetsbare doelgroep waar
de TSD factsheet zich op richt. Ook TSD merkt op dat er op verschillende niveaus veel
werk wordt verzet om passende en samenhangende zorg te realiseren. Toch wordt geconstateerd
dat kwetsbare mensen met specifieke, complexe problemen niet altijd goed en/of tijdig
worden geholpen. Complexe problemen vragen om diverse, (soms) op maat gemaakte oplossingen,
waarbij het van belang is om levensbreed en integraal te kijken naar de problemen
van mensen.
Er lopen verschillende landelijke initiatieven die aansluiten bij de door TSD genoemde
aanbevelingen aan lokale en regionale partijen in het zorg- en veiligheidsdomein.
Ik licht onderstaand een aantal initiatieven toe. Door middel van deze initiatieven
helpen we de sector bij het verbeteren van de integrale zorg en ondersteuning aan
kwetsbare burgers.
Actieprogramma «Grip op onbegrip» ZonMW
In mijn Kamerbrief van 6 juli jl. heb ik uw Kamer geïnformeerd over het vervolgactieprogramma
«Grip op onbegrip» binnen de aanpak voor personen met verward gedrag3. Ook de komende vier jaar zal het kabinet zich samen met partners (landelijk, regionaal
en lokaal) blijven inspannen om domeinoverstijgende initiatieven te verstevigen en
best practices verder te verspreiden. Binnen het actieprogramma wordt onder andere ingezet op de
aandachtspunten en thema’s die in de factsheet van TSD worden aangestipt: er is aandacht
voor wijkgerichte initiatieven en laagdrempelige voorzieningen, voor het versterken
van de regionale samenwerking op het gebied van zorg en veiligheid en voor knelpunten
rondom gegevensdeling, waarbij steeds actief wordt ingezet op het gebruikmaken van
ervaringsdeskundigheid. Bovendien ligt de nadruk op het versterken en delen van de
opgehaalde kennis binnen en tussen regio’s.
Landelijk meldpunt zorgwekkend gedrag
Naast vroegsignalering van problemen door professionals, kunnen ook buren en naasten
een belangrijke rol spelen in het herkennen van zorgwekkende signalen. Zij kunnen
hun zorgen uiten via het landelijk Meldpunt Zorgwekkend Gedrag (0800-1205). Het landelijke
meldpunt schakelt de beller door naar een regionaal of lokaal meldpunt, wat sinds
oktober 2020 meer dan 6500 keer is gebeurd. Het lokale meldpunt kan adviseren over
wat iemand zelf kan doen. Ook kan het meldpunt op basis van de melding zorgen dat
snel de juiste zorg of ondersteuning wordt ingeschakeld, in samenwerking met betrokken
partijen in de regio. Dit draagt bij aan het vroegtijdig in beeld krijgen van kwetsbare
personen en het laagdrempelig aanbieden van zorg en ondersteuning in de wijk.
Van beschermd wonen naar een beschermd thuis
Beschermd wonen is een (tijdelijke) woonvorm die gericht is op mensen met psychische
of psychosociale problemen.
Gemeenten zijn hiervoor verantwoordelijk. Voor beschermd wonen ligt de nadruk op de
implementatie van het advies «Van beschermd wonen naar een beschermd thuis», van de
commissie Dannenberg. Activiteiten zijn erop gericht dat inwoners met een psychische
kwetsbaarheid volwaardig kunnen deelnemen aan de maatschappij. Indien mogelijk in
hun eigen wijk en met behulp van hun (sociale) netwerk en eventueel ambulante begeleiding.
Een belangrijk onderdeel van het advies van de commissie Dannenberg is gericht op
de doordecentralisatie van beschermd wonen, waarbij alle 352 gemeenten zich volledig
gaan inzetten voor inwoners die behoefte hebben aan een vorm van beschermd wonen.
Hierbij is ook van belang dat regionaal goed wordt samengewerkt met relevante (zorg)partners,
zoals ook TSD in haar aanbevelingen opmerkt. Gemeenten worden hierbij op diverse manieren
ondersteund. In mijn voortgangsrapportage van 8 juli jl. heb ik de ontwikkelingen
geschetst ten aanzien van beschermd wonen.4
Zicht op de doelgroep
Het is van belang om goed zicht te hebben op de (mentale) gezondheid van mensen. Alleen
als er een goed beeld is van de zorgbehoefte van mensen kunnen betrokken partijen
gericht sturen op een passend zorgaanbod. TSD geeft aan dat dit inzicht in de doelgroep
van belang is voor het maken van samenhangende plannen en afspraken voor het integraal
bieden van zorg en ondersteuning. In het kader van de aanpak personen met verward
gedrag zijn hiertoe in het traject «Zicht op de doelgroep» negen gemeentelijke en
regionale proeftuinen van start gegaan. Daarnaast wordt door een groep experts een
leidraad opgesteld die inzicht geeft in al beschikbare data. Hierdoor worden gemeenten/regio’s
in staat gesteld om dataverzameling te doen die uitvoerbaar en betaalbaar is, betekenisvol
is voor gemeenten en de inwoners op wie het gaat en binnen het wettelijk kader voor
gegevensdeling past (de Algemene verordening gegevensbescherming).
Op landelijk niveau wordt er daarnaast gewerkt aan de monitor psychische problematiek.
De ambitie is om periodiek een breed en samenhangend beeld te geven van de wijze waarop
ondersteuning en zorg in de wijk is vormgegeven, welk deel hiervan uit welk wettelijk
kader wordt gefinancierd en wat (mogelijke) toekomstige ontwikkelingen zijn. Het aanbestedingstraject
voor deze monitor loopt en het is mijn verwachting dat de eerste editie voor de zomer
van 2022 beschikbaar komt. Met de VNG is afgesproken dat deze hoofdzakelijk gegevens
zal bevatten die al beschikbaar zijn en/of met beperkte administratieve lasten extra
verzameld kunnen worden.
Wet aanpak meervoudige problematiek sociaal domein (Wams)
Voor het organiseren van passende zorg en ondersteuning voor kwetsbare personen is
het zaak dat professionals uit de verschillende domeinen noodzakelijke informatie
voor de uitvoering van hun werkzaamheden ten aanzien van een cliënt met elkaar kunnen
delen. TSD vraagt hier in de aanbevelingen aandacht voor, zodat integrale en duurzame
zorg en ondersteuning tot stand kan komen voor kwetsbare personen met zorg- en hulpbehoeften
op meerdere domeinen. Het wetsvoorstel Wams5 beoogt te voorzien in een expliciete grondslag voor de gegevensverwerking die nodig
is om tot een gecoördineerde aanpak en samenwerking te komen bij meervoudige problematiek
in het sociaal, zorg- en eventuele aanpalende domeinen. Tevens worden de lokale meldpunten
niet-acuut in het wetsvoorstel voorzien van een wettelijke grondslag. De ministerraad
heeft op 2 juli jl. ingestemd om dit wetsvoorstel ter advisering voor te leggen aan
de Raad van State.
Discussienota zorglandschap ggz
De aanbeveling om de genoemde knelpunten en oplossingsrichtingen op landelijk niveau
mee te nemen in lopende discussies over de samenhang tussen de systemen van de Wmo
en de ggz neem ik van harte over. Voor de zomer is de ambtelijke «Discussienota zorglandschap
ggz» openbaar gemaakt, waarbij eenieder de mogelijkheid is geboden om hierop te reageren.
Bij de geboden oplossingsrichtingen is de discussienota komt ook de samenhang tussen
de domeinen van de Wmo en de ggz aan de orde. Besluitvorming over het zorglandschap
ggz is aan een nieuw kabinet.
Tot slot
De aandachtspunten voor de lokale en regionale uitvoering zijn herkenbaar, en zoals
ik heb toegelicht zijn er zowel landelijk als regionaal initiatieven die tot doel
hebben deze aan te pakken. Het is van belang om ook in de komende periode de aandacht
voor deze knelpunten vast te houden en mee te nemen naar bredere discussies over de
toekomst van de ggz en maatschappelijke ondersteuning. Zo werken we samen aan de juiste
zorg en ondersteuning voor onze kwetsbare inwoners.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, P. Blokhuis
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P. Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport