Brief regering : Reactie op AcICT-advies op de NOK-strategie van de Aanbesteding applicatiediensten Logius
26 643 Informatie- en communicatietechnologie (ICT)
Nr. 787
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 oktober 2021
Inleiding
Tussen april en juli 2021 heeft het Adviescollege ICT-toetsing (AcICT) onderzoek gedaan
naar een conceptversie van een specifiek document van de Aanbesteding applicatiediensten
Logius. Het gaat daarbij om de NOK-strategie, een kaderstellend document dat richting
geeft aan de nadere overeenkomsten die onder de raamovereenkomst worden gesloten.
Ik wil het AcICT bedanken voor het uitgebrachte advies1 en met name de korte tijd waarin dit tot stand is gekomen. Door de goede samenwerking
met het AcICT kon tijdig worden ingespeeld op de adviezen die het AcICT formuleerde.
Daardoor was het mogelijk om (de afronding van) het onderzoek en de verschillende
stappen in de aanbesteding deels parallel te laten verlopen. Omdat de aanbesteding
volgens planning kon doorgaan, kan de continuïteit en rechtmatigheid van de contracten
worden geborgd.
Afgelopen maanden is er veel werk verzet rondom de Aanbesteding applicatie-diensten
Logius: de raamovereenkomst is gegund aan vijf partijen2, er heeft een consultatie met deze partijen plaatsgevonden en de NOK-strategie wordt
binnenkort definitief gemaakt en gepubliceerd. Uit de consultatie blijkt dat de NOK-strategie
aan de partijen voldoende basis biedt voor de samenwerking komende jaren. Op basis
van hun reacties wordt de NOK-strategie binnenkort definitief gemaakt. Het blijft
overigens een levend document dat gedurende de looptijd van de aanbesteding kan worden
geactualiseerd.
Belang aanbesteding voor Logius
Logius beheert in opdracht van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
producten en diensten voor de digitale overheid. Daarnaast beheert Logius standaarden
die alle overheidsorganisaties gebruiken in hun digitale dienstverlening en is Logius
actief betrokken bij meerdere afspraken-stelsels. De dienstverlening van Logius is
opgedeeld in vijf domeinen: Toegang (o.a. DigiD en DigiD Machtigen), Interactie (o.a.
MijnOverheid), Gegevens-uitwisseling (o.a. Digipoort voor berichtenverkeer tussen
de overheid), Infrastructuur (het IT-fundament van Logius) en Regie op stelsels en
standaarden. De Aanbesteding applicatiediensten Logius richt zich op de primaire applicaties
die in de verschillende domeinen vallen3. De aanbesteding is belangrijk voor Logius, omdat Logius hiermee zorgt voor rechtmatigheid,
doelmatigheid en flexibiliteit in de contracten voor haar primaire applicaties om
digitale dienstverlening voor burgers en bedrijven mogelijk te maken. Het is van groot
belang dat de applicaties beheerst en toekomstvast worden onderhouden en ontwikkeld.
Herkenning
Ik herken mij in het advies dat het AcICT heeft uitgebracht. Ik onderschrijf het belang
om steeds het goede gesprek te voeren met de marktpartijen die de primaire applicaties
van Logius in de komende jaren gaan beheren en doorontwikkelen, gezien het strategische
belang voor de continuïteit en verdere ontwikkeling van de digitale overheid. Ook
de aanbevelingen rondom het versterken van de aansturing van leveranciers onderschrijf
ik.
Ik heb adviezen die het AcICT geeft verwerkt in de NOK-strategie of ik neem ze mee
in de volgende fasen van dit traject, als de diverse nadere offerte-uitvragen en nadere
overeenkomsten worden uitgewerkt. Hiermee sluit ik aan op het eerdere BIT-advies op
het programma SAMEN4, namelijk om stapeling van werkzaamheden te voorkomen en om stapsgewijs verandering
door te voeren. Daarnaast werk ik parallel aan de verdere inrichting en professionalisering
van de regiefunctie die Logius inneemt voor de aansturing van leveranciers en het
beheer van contracten. De verdere opvolging van de adviezen wordt geborgd via de CIO-Logius.
Hierna ga ik in meer detail in op de deeladviezen en de opvolging ervan.
Uitwerking deeladviezen
Bereid de consultatie van de leveranciers voor door de NOK-strategie aan te vullen
Het eerste deeladvies van AcICT is om de voorgenomen opdrachten en condities voor
de inzet van leveranciers in die opdrachten verder uit te werken in de NOK-strategie,
gericht op toetsing door leveranciers, en om business cases op te stellen.
De NOK-strategie is mede op basis van het AcICT-advies verder uitgewerkt, zoals op
het gebied van voorgenomen prestatie-indicatoren, de subgunningcriteria per nadere
overeenkomst en prestatieafspraken. Daarnaast zijn de doelstellingen per fase verder
aangevuld. De bijgewerkte versie van de NOK-strategie is de basis geweest voor de
consultatie van de marktpartijen, waar het AcICT naar verwijst als «toetsing door
leveranciers». De verdere, meer gedetailleerde uitwerking van opdrachten vindt plaats
in voorbereiding op de diverse nadere offerte-uitvragen, wat komende jaren gaat plaatsvinden.
Op basis van het advies heb ik de mogelijkheid toegevoegd om een aanvullende consultatie
met leveranciers te houden in voorbereiding op een specifieke nadere overeenkomst.
Ik kies voor deze stapsgewijze aanpak om zo flexibel te kunnen inspelen op de dan
actuele situatie en ontwikkelingen, een van de uitgangspunten van de aanbesteding,
en om bij elke minicompetitie te kunnen leren van eerdere ervaringen.
In de NOK-strategie benoem ik dat per nadere overeenkomst een (verkorte) business
case zal worden opgesteld, met de nadruk op financiële en inkoopaspecten. Het AcICT
onderkent het belang hiervan en stelt een proces voor om tot deze business cases te
komen en benoemt rollen die hierbij betrokken zijn. Ik deel de constatering dat het
proces rondom de business cases verder moet worden ingericht voor intern gebruik.
Daarom heb ik inmiddels opdracht gegeven om financiële verkenningen uit te voeren.
De voorgenomen verdeling naar nadere overeenkomsten is gebaseerd op uitvoerige gesprekken,
waarbij onder meer is gekeken naar de samenhang tussen en beheersbaarheid van het
aantal nadere overeenkomsten voor Logius. Als er aanleiding is om de indeling van
de nadere overeenkomsten te herzien, dan kan de NOK-strategie hierop worden aangepast.
Logius werkt volgens «SAFe bij Logius»5, een werkwijze die is gebaseerd op de internationaal gebruikte SAFe-werkwijze, die
Logius passend heeft gemaakt binnen de context waarin de organisatie actief is. De
taken en verantwoordelijkheden die het AcICT noemt zijn of worden allemaal binnen
Logius belegd. Zo is de product owner verantwoordelijk voor het beheer en de doorontwikkeling
van een applicatie en de product manager die de belangen van de afnemers en technologie
verbindt.
Realiseer randvoorwaarden voor meer sturing op leveranciers
Het tweede deeladvies betreft het realiseren van randvoorwaarden voor meer sturing
op leveranciers. Het AcICT merkt hierin terecht op dat Logius inzet op flexibele opdrachten,
maar dat de organisatie daarvoor zelf ook flexibel moet zijn. Er wordt op dit moment
al gewerkt aan het verder professionaliseren van de rollen die betrokken zijn bij
de sturing op leveranciers, en op de informatievoorziening die dit ondersteunt. De
uitgebrachte adviezen neem ik hierin mee. Daarnaast heb ik afgelopen periode al nieuwe
afspraken gemaakt over verschillende bevoegdheden, wat besluitvorming binnen Logius
moet vereenvoudigen en versnellen.
Het AcICT adviseert om te beginnen met de nadere overeenkomst met de grootste toegevoegde
waarde, zodat hiervan geleerd kan worden. In verband met een naderende onrechtmatigheid
kies ik er echter voor om een andere nadere overeenkomst, met een beperkte omvang
en complexiteit, als eerste op te pakken. Daarbij sluit ik vanzelfsprekend aan bij
het advies om ervaringen bij het uitwerken en sluiten van deze nadere overeenkomst
te gebruiken als geleerde lessen voor andere nadere overeenkomsten die hierna moeten
worden gesloten.
Tot slot
Ik zie de adviezen van het AcICT als ondersteuning van de gekozen aanpak en dank het
AcICT voor de aanbevelingen die Logius helpen om de uitvoering verder stevig vorm
te geven.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
R.W. Knops
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.W. Knops, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties