Brief regering : Geannoteerde agenda Eurogroep en Ecofinraad 4 en 5 oktober 2021
21 501-07 Raad voor Economische en Financiële Zaken
Nr. 1782
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 september 2021
Hierbij zend ik u de geannoteerde agenda van de Eurogroep en Ecofinraad 4 en 5 oktober
2021 a.s. in Luxemburg. Ik ben voornemens deel te nemen aan deze vergaderingen.
Het is mogelijk dat nog punten worden toegevoegd aan de agenda of dat bepaalde onderwerpen
worden afgevoerd of worden uitgesteld tot de volgende vergadering.
De Minister van Financiën,
W.B. Hoekstra
Geannoteerde agenda Eurogroep en Ecofinraad 4 en 5 oktober 2021
Eurogroep
Reguliere samenstelling
Gedachtewisseling over de macro-economische en budgettaire ontwikkelingen in de eurozone
en de beleidsvooruitzichten
Document: n.v.t.
Aard bespreking: gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
De Eurogroep zal van gedachten wisselen over de economische situatie in de eurozone
waaronder de energieprijsontwikkeling, die de inflatie beïnvloedt. In de Eurogroep
en Ecofinraad is sinds het uitbreken van de COVID-19-crisis reeds meermaals gesproken
over de economische gevolgen van de COVID-19-crisis en de impact hiervan op lidstaten.
Indien er sprake is van voldoende economisch herstel in lidstaten, is het van belang
dat deze lidstaten de steun voor hun economieën om de gevolgen van de crisis te mitigeren,
tijdig afbouwen. Tegelijkertijd moet het vroegtijdig intrekken van steun worden vermeden,
vanwege het procyclische effect dat dit kan hebben. Om de houdbaarheid van overheidsfinanciën
te waarborgen zal een terugkeer naar begrotingsdiscipline na de crisis noodzakelijk
zijn. Daarnaast blijft het volgens Nederland van belang dat lidstaten aandacht besteden
aan het versterken van hun economie om duurzame economische groei en weerbaarheid
te vergroten. Bovenal is het cruciaal dat lidstaten structurele hervormingen implementeren
die bijdragen aan economische groei en de veerkracht van de economie. De Recovery and Resilience Facility (RRF), die vereist dat lidstaten plannen opstellen voor zowel structurele hervormingen
als investeringen, kan hiervoor een stimulans bieden.
Wisselkoersontwikkelingen ter voorbereiding van internationale bijeenkomsten
Document: n.v.t.
Aard bespreking: gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
De Europese Commissie zal een presentatie geven van de ontwikkelingen op het gebied
van de wisselkoers van de euro. De Eurogroep spreekt elk half jaar over wisselkoersontwikkelingen.
De bespreking in de Eurogroep dient ter voorbereiding van internationale bijeenkomsten
zoals de jaarvergadering van het Internationaal Monetair Fonds op 13–14 oktober en
de G20-vergadering van Ministers van Financiën en presidenten van centrale banken
op 12–13 oktober, waar tevens over de wisselkoersontwikkeling van de euro en andere
valuta kan worden gesproken.
De euro verzwakte matig in nominaal effectieve termen tussen januari en augustus 2021.
Onderliggend aan de waardevermindering van de euro lag een verzwakking ten opzichte
van de Amerikaanse dollar, de Chinese renminbi, het Britse pond en enkele valuta's
van opkomende markten. De appreciatie van de euro ten opzichte van de Japanse yen
kon de dalende trend slechts gedeeltelijk compenseren. In reële effectieve termen
was de euro echter stabiel, aangezien de inflatie in het eurogebied hoger was in vergelijking
met handelspartners. Specifiek t.o.v. de dollar geldt dat de euro tussen januari en
augustus met 2,7% in nominale waarde is gedaald. Dit is te verklaren door het feit
dat de Amerikaanse rente sterker steeg dan de rente in het eurogebied, als gevolg
van een sterker herstel in de VS en stijgende inflatieverwachtingen in de VS. Factoren
die traditioneel de neiging hebben om de dollar te verzwakken tijdens perioden van
wereldwijd herstel (stijgende olieprijzen, verminderde onzekerheid op de financiële
markten) lijken tijdens deze periode een minder belangrijke rol te hebben gespeeld.
Wat de toekomst betreft zullen wisselkoersschommelingen waarschijnlijk afhangen van
de economische vooruitzichten, de ontwikkelingen van de pandemie en de beleidsreacties
daarop, evenals van inflatieverwachtingen. Nieuwe varianten van het COVID19-virus,
verschillen in vaccinatiegraad en verschillen in beleidsondersteuning zullen de economische
ontwikkelingen op mondiaal niveau grotendeels beïnvloeden. Voor zover deze factoren
de bestaande verschillen in economische activiteit tussen regio's versterken, kunnen
ze wisselkoersen beïnvloeden. Een verandering van de inflatieverwachtingen op middellange
tot lange termijn zou ook een impact kunnen hebben op wisselkoersen via het effect
op de relatieve renteontwikkelingen.
Stand van zaken van de implementatie van de eurozone prioriteiten in de herstel- en
veerkrachtplannen en lessen uit de Europese reactie op Covid-19
Document: n.v.t.
Aard bespreking: gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
De Eurogroep zal spreken over de wijze waarop de prioriteiten van de eurozone een
plaats hebben gekregen in de herstel- en veerkrachtplannen (Recovery and Resilience Plans; RRP’s) die lidstaten in het kader van de herstel- en veerkrachtfaciliteit (Recovery and Resilience Facility; RRF) hebben ingediend. Inmiddels hebben 25 lidstaten hun RRP ingediend, waarvan
er 18 zijn goedgekeurd. Op grond van de RRF-verordening moeten plannen voldoen aan
diverse voorwaarden en daarnaast ook consistent zijn met de meest recente aanbevelingen
van de Raad voor het economisch beleid van de eurozone.
Daarnaast zal de Eurogroep spreken over de lessen uit de Europese reactie op COVID-19.
Op Europees niveau zijn vele en omvangrijke maatregelen genomen in reactie op COVID-19.
Zo is de algemene uitzonderingsclausule van het Stabiliteits- en Groeipact (SGP) in
werking getreden en een tijdelijk staatssteunkader voor COVID-19 vastgesteld. Het
Emergency Support Instrument (ESI) is voor een periode van twee jaar opnieuw in werking gesteld voor de bestrijding
van de COVID-19 crisis. Een tijdelijk instrument (SURE) is opgericht waarmee financiële
bijstand kan worden verleend in de vorm van leningen aan lidstaten ten behoeve van
vooral maatregelen gericht op arbeidsduurverkorting, alsook om sommige uitgaven ten
behoeve van gezondheid te financieren. De EIB-groep heeft een pan-Europees garantiefonds
opgericht waarmee financiering voor Europese bedrijven, met name het mkb, kan worden
gemobiliseerd. Tot slot is de bestaande kredietlijn van het Europees Stabiliteitsmechanisme
(ESM) tijdelijk beschikbaar gesteld ter bestrijding van de COVID-19 crisis. Deze Pandemic Crisis Support kredietlijn kan worden ingezet ter ondersteuning van de binnenlandse financiering
van directe en indirecte gezondheidszorg, genezing en kosten gerelateerd aan preventie
als gevolg van de COVID-19 crisis.
Tot slot is voor de herstelfase een omvangrijk Europees herstelinstrument (NGEU) opgericht.
Het grootste onderdeel hiervan is de RRF, waarin financiering verleend zal worden
op basis van coherente plannen voor hervormingen en investeringen.
Thematische discussies in het werkprogramma van de Eurogroep voor 2022
Document: n.v.t.
Aard bespreking: gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
In de Eurogroep wordt met regelmaat een thematische discussie gevoerd over een onderwerp
dat relevant is voor alle lidstaten in de Eurozone.1 Het afgelopen jaar stonden deze discussies meestal in het teken van de COVID-19-crisis
en gerelateerde onderwerpen. De thematische discussies kunnen nuttig zijn om ervaringen
met elkaar te delen en gemeenschappelijke uitdagingen te identificeren. Deze discussies
zullen op de agenda van de Eurogroep blijven en in de aankomende Eurogroep zal worden
stilgestaan bij welke onderwerpen interessant zouden zijn om te bespreken in 2022.
Mogelijke onderwerpen die in aanmerking komen zijn de arbeidsmarkt in nasleep van
COVID-19-crisis, de ontwikkelingen op de huizenmarkt en de internationale rol van
de euro. Nederland vindt het nuttig dat op de Eurogroep thematische discussies worden
gevoerd en staat open voor een breed scala aan onderwerpen om te bespreken.
Griekenland: Elfde enhanced surveillance-rapport
Document:
https://ec.europa.eu/info/publications/enhanced-surveillance-report-gre…–0_en
Aard bespreking: Gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: N.v.t.
Toelichting:
De Eurogroep zal een terugkoppeling ontvangen van de elfde missie in het kader van
enhanced surveillance (verscherpt toezicht) naar Griekenland. De missie, waaraan naast de Europese Commissie
ook de Europese Centrale Bank, het Europees Stabiliteitsmechanisme2 en het Internationaal Monetair Fonds3 deelnamen, heeft op afstand plaatsgevonden op 15 juli jl. Het rapport van de Europese
Commissie is op 22 september jl. gepubliceerd en geschreven op basis van regulier
contact met de Griekse autoriteiten en de missie op afstand.
Elk kwartaal wordt de balans opgemaakt door de Europese Commissie t.a.v. onder andere
de macro-economische ontwikkelingen, overheidsfinanciën, arbeidsmarktbeleid, openbaar
bestuur en het rechtssysteem in Griekenland. Daarnaast wordt elk halfjaar, op basis
van een verscherpt-toezichtrapport en een terugkoppeling door de Europese instellingen,
door de Eurogroep beoordeeld of Griekenland aan de afgesproken hervormingen heeft
voldaan. Indien dat het geval is kunnen de lidstaten besluiten of de schuldmaatregelen,
zoals afgesproken in juni 2018, worden geactiveerd.4 Met dit rapport ligt geen besluitvorming ten aanzien van het activeren van schuldmaatregelen
voor. Griekenland heeft tot juni 2022 om de afgesproken hervormingen door te voeren
en aanspraak te maken op schuldmaatregelen, zoals is afgesproken na het afgelopen
van het ESM-programma in 2018.
De Griekse economie wordt verwacht te herstellen met 4,3% groei in 2021 en 6,0% in
2022. Hierbij is reeds rekening gehouden met de verwachte impact van het herstelplan
in het kader van de Recovery and Resilience Facility (RRF), maar het mogelijke langetermijneffect van dit plan voor de groei na 2026 is
nog niet meegenomen. Dit plan is 13 juli jl. door de Raad goedgekeurd, waarna Griekenland
in augustus bijna 4 mld. euro heeft ontvangen ter voorfinanciering van het herstelplan.
Het begrotingsbeleid in Griekenland blijft expansief om tijdelijke en gerichte steun
te kunnen verlenen in het kader van de COVID-19 pandemie, alsook door uitgaven in
reactie op de bosbranden in augustus. De werkloosheid is, mede dankzij de ingrepen
van de Griekse overheid en EU leningen middels Support to mitigate Unemployment Risks in an Emergency (SURE) uitgekomen op 15,9% in het tweede kwartaal van 2021 (17,1% in 2020).
De Europese Commissie concludeert dat Griekenland significante vooruitgang heeft geboekt
met de overeengekomen hervormingen. Daarbij wijst de Europese Commissie onder meer
op de voortgang op gebied van privatiseringsprojecten waaronder Hellenikon, het voltooien
van het ICT-systeem van het investeringslicentiekader en de voortgang op het IT-systeem
voor belastingadministratie. Daarnaast zijn er meerdere anti-corruptiemaatregelen
voorgesteld, is er voortgang geboekt t.a.v. digitaliseringsmaatregelen in het rechtssysteem
en is er een nationale strategie aangenomen t.a.v. aanbestedingen in 2021–2025. Voor
veel van de afgesproken hervormingen zijn de bestaande tijdslijnen aangescherpt of
herbevestigd met het oog op het aflopen van de periode tot midden 2022 waarover na
afloop van het ESM-programma in 2018 afspraken zijn gemaakt.
De Europese Commissie constateert verder op een aantal vlakken de vooruitgang beperkt
is. Zo zijn de betalingsachterstanden van de overheid (aan bijvoorbeeld huishoudens,
bedrijven en lokale overheden) niet verder afgenomen sinds het tiende verscherpt toezicht
rapport. De Europese Commissie roept Griekenland op om het wegwerken van deze achterstanden
te versnellen.
Het rapport concludeert over het geheel genomen dat Griekenland ondanks de aanhoudende
huidige uitzonderlijke omstandigheden, toch relevante voortgang heeft geboekt. Nederland
erkent de uitdagingen voor Griekenland veroorzaakt door COVID-19 en waardeert de getoonde
inzet van de Griekse autoriteiten op het doorvoeren van hervormingen tijdens deze
crisis en de additionele hervormingen zoals vastgesteld in juni 2020.5 Het doorvoeren van hervormingen blijft essentieel voor de potentiële economische
groei en weerbaarheid van Griekenland.
Het twaalfde rapport onder verscherpt toezicht zal naar verwachting in november 2021
worden gepubliceerd. Hierin zal opnieuw worden gekeken naar de voortgang op de hervormingen.
Inclusieve samenstelling
Rapportage over de operationele aspecten van de Banken Unie door voorzitters van de
Gemeenschappelijk Toezichtsmechanisme en de Gemeenschappelijke Afwikkelingsraad
Document: nog niet openbaar
Aard bespreking: Periodieke rapportage van SRB en SSM in Eurogroep
Besluitvormingsprocedure: N.v.t.
Toelichting:
Op grond van een memorandum van overeenstemming tussen de Ecofinraad en de Europese
Centrale Bank (ECB) neemt de voorzitter van het Gemeenschappelijk Toezichtsmechanisme
(SSM) twee keer per jaar deel aan de Eurogroep om van gedachten te wisselen. Tijdens
de Eurogroep van november 2016 is afgesproken dat ook de voorzitter van de Gemeenschappelijke
Afwikkelingsraad (SRB) elk halfjaar een toelichting geeft over haar werkzaamheden
met betrekking tot resolutieplanning, opbouw van de Minimum Requirement for own funds and Eligible Liabilities (MREL), beleidsontwikkelingen en het Single Resolution Fund (SRF).
In de SRB reporting note valt te lezen dat de SRB voor 2022 drie operationele prioriteiten voor de resolutieplanning
heeft vastgesteld. Allereerst is liquiditeit en financiering in resolutie een prioriteit.
De SRB gaat bekijken of banken wel voldoen aan de eisen voor liquiditeit en financiering
in hun resolutieplannen. Daarnaast zal de SRB kijken of banken voldoende op te knippen
zijn in het geval dat in resolutie voor een «sale of transfer» strategie wordt gekozen. Als laatste kijkt de SRB in de resolutieplanning naar de
managementinformatiesystemen van de banken. Wat betreft de opbouw van MREL geeft de
SRB aan dat ze zullen blijven monitoren of banken voldoen aan de intermediate MREL-targets van januari 2022. Op 1 januari 2024 worden banken verwacht om te voldoen
aan de definitieve MREL-targets.
Uit het verslag van de voorzitter van het gemeenschappelijk toezichtmechanisme blijkt
dat Europese banken goed door de coronacrisis heen zijn gekomen. Het niveau niet presterende
leningen (NPLs) is zelfs nog verder gedaald gedurende het eerste kwartaal van 2021.
Wel blijven er risico’s; zeker nu de overheidssteun in veel landen afloopt nemen faillissementen
weer toe en zijn er ook eerste tekenen van verslechtering van de kwaliteit van activa
op bankbalansen. Daarnaast benoemt de voorzitter van het SSM ook opkomende risico’s
bijvoorbeeld met betrekking tot digitalisering en klimaatverandering.
Ecofinraad
Solvency II
Document: de herziene richtlijn is publiek beschikbaar op de website van de Europese Commissie
https://ec.europa.eu/
Aard bespreking: gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
De Commissie zal het onlangs gepubliceerde voorstel voor een herziening van de Solvency
II-richtlijn presenteren. Dit voorstel van de Europese Commissie zal de gebruikelijke
lijn van Europese besluitvorming doorlopen. Met betrekking tot dit voorstel zal een
BNC-fiche worden opgesteld, dat aan de Tweede Kamer zal worden toegezonden. De kern
van het Nederlandse standpunt is al eerder per brief met de Tweede Kamer gedeeld.6
De Solvency II richtlijn is er om polishouders te beschermen. Voor Nederland blijft
dit doel altijd het belangrijkste uitgangspunt. Nederland is daarnaast van mening
dat een goede toegang tot verzekeringsproducten van groot belang is voor de financiële
weerbaarheid van huishoudens, ook in de tijd van lage rente die druk zet op het bedrijfsmodel
van verzekeraars. Daarom is Nederland van mening dat er voldoende erkenning moet zijn
voor het langetermijnkarakter van het verzekeringsbedrijf. Dit langetermijnperspectief
vereist een betere verdeling van kapitaaleisen over de verschillende risico’s die
verzekeraars lopen, zodat zij de juiste prikkels ervaren om polishouders optimaal
te kunnen bedienen. Ook bij een Europees initiatief tot regelgeving voor herstel en
afwikkeling van verzekeraars dient het belang van de polishouder voorop te staan middels
een set van geharmoniseerde regels in aansluiting op de Nederlandse wetgeving op dit
vlak. Daarbij is het van belang de complexiteit van de richtlijn in het oog te houden,
om de effectiviteit van de richtlijn te waarborgen.
AOB – Stand van zaken financiële diensten dossiers
Document: nog niet beschikbaar. Het document wordt voorafgaand aan de vergadering op het Delegates
Portal geplaatst onder de titel «Progress on financial services legislative files».
Aard bespreking: gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: N.v.t.
Toelichting:
Het voorzitterschap van de Raad van de Europese Unie (de Raad) voorziet de Ecofinraad
op reguliere basis van informatie over de lopende wetgevingsvoorstellen op het terrein
van financiële diensten. Zo is er bijvoorbeeld in de triloog een akkoord bereikt ten
aanzien van de richtlijn van het Europees Parlement en de Raad inzake kredietservicers
en kredietkopers. Deze richtlijn reguleert het beheer en verkoop van niet-presterende
leningen (NPLs) zodat belemmeringen worden weggenomen en standaarden worden gesteld
voor het beter functioneren van de Europese secundaire markt voor krediet en opeenhoping
van niet-presterende kredieten op de balansen van banken kan worden aangepakt. Nederland
zal de updates van het voorzitterschap ten aanzien van financiële diensten dossiers
aanhoren
Implementatie van de herstel- en veerkrachtfaciliteit
Document: de voorstellen voor uitvoeringsbesluiten voor de plannen van individuele lidstaten
zijn hier te vinden: https://ec.europa.eu/info/business-economy-euro/recovery-coronavirus/re…
Aard bespreking: goedkeuring uitvoeringsbesluit
Besluitvormingsprocedure: gekwalificeerde meerderheid
Toelichting:
Tijdens de Ecofinraad staat de bespreking van een uitvoeringsbesluit van de Raad in
het kader van de Recovery and Resilience Facility (RRF) op de agenda, namelijk voor Malta. De Ecofinraad stemde reeds in met de uitvoeringsbesluiten
voor achttien lidstaten. De Tweede Kamer is hierover geïnformeerd in brieven van 30 juni,
7 juli, 21 juli en 30 augustus.7 Met het uitvoeringsbesluit wordt de beoordeling van een herstelplan in het kader
van de RRF goedgekeurd. Daarnaast worden in het uitvoeringsbesluit de hervormingen
en investeringen die een lidstaat zal ondernemen vastgelegd, inclusief de bijbehorende
mijlpalen en doelen, alsook de financiële bijdrage waarop de lidstaat aanspraak kan
maken. De Tweede Kamer zal voorafgaand aan het Commissiedebat over de Ecofinraad een
kabinetsappreciatie van dit uitvoeringsbesluit ontvangen, waarin ook aangegeven zal
worden of Nederland voornemens is om in te stemmen met het uitvoeringsbesluit.
Europees Semester 2021: geleerde lessen en de weg voorwaarts met betrekking tot de
herstel- en verkrachtfaciliteit
Document: n.v.t.
Aard bespreking: gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
In de Ecofinraad zal gesproken worden over de lessen uit de aanpassing van het Europees
Semester 2021 (hierna: Semester) en over de toekomst van het Semester in het licht
van de implementatie van de faciliteit voor veerkracht en herstel (Recovery and Resilience Facility, RRF). In 2021 is het Semester tijdelijk aangepast om het zoveel als mogelijk complementair
te maken aan de RRF en de administratieve last voor lidstaten te beperken.
Het kabinet is van mening dat de normale Semestercyclus voor het komende jaar weer
toegepast dient te worden met daarin als kernelementen de landenrapporten, landspecifieke
aanbevelingen en de macro-economische onevenwichtighedenprocedure (MEOP). Dubbele
administratieve lasten die ontstaan door de overlap tussen de RRF en het Semester
dienen zoveel als mogelijk voorkomen te worden. Daarnaast staat het kabinet open voor
suggesties die de effectiviteit van het Semester kunnen vergroten. Dit kan bijvoorbeeld
door de formulering van de landspecifieke aanbevelingen te verduidelijken en meetbare
streefdoelen toe te voegen.
Implementatie van SURE
Document: ST 12090 2021 INIT
Aard bespreking: gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
De Raad zal spreken over de implementatie van het noodinstrument SURE (European instrument for temporary support to mitigate unemployment risks in an emergency). Op 19 mei 2020 heeft de Raad van de Europese Unie SURE goedgekeurd. Het is een
instrument voor tijdelijke steun om inkomensverlies van burgers als gevolg van de
COVID-19-uitbraak op te vangen en de toename in werkloosheid en de gevolgen ervan
te beperken, alsook sommige uitgaven ten behoeve van gezondheid te financieren.
De Europese Commissie kan onder SURE namens de Europese Unie tot 31 december 2022
voor 100 miljard euro aan leningen aantrekken op de kapitaalmarkten of bij financiële
instellingen, om die vervolgens als leningen aan lidstaten te verstrekken. Terugbetaling
wordt gegarandeerd door de marge onder het Eigenmiddelenplafond en de aanvullende
bilaterale garantie die alle EU-lidstaten hebben afgegeven. De bilaterale garanties
lopen tot 31 december 2053.
In artikel 14(1) van de SURE-verordening8 is vastgelegd dat de Europese Commissie elk half jaar een voortgangsrapportage aangaande
SURE zal publiceren. Op 22 maart jl. heeft de Europese Commissie haar eerste halfjaarlijkse
evaluatie over SURE gepubliceerd.9 De Tweede Kamer is hierover in april geïnformeerd per brief.10
De eerste rapportage is ingegaan op de verleende financiële steun, de sociaaleconomische
impact hiervan en de bijhorende leningen die de Commissie namens de Unie hiervoor
is aangegaan. Op moment van publicatie van deze eerste evaluatie was € 90 mld. van
de beschikbare € 100 mld. toegekend aan achttien verschillende lidstaten. Na het beschikbaar
komen van de eerste halfjaarrapportage is het in totaal gecommitteerde bedrag via
vervolgaanvragen van landen opgelopen tot € 94,3 mld. voor 19 verschillende landen.11
De tweede voortgangsrapportage gaat voornamelijk op bovengenoemde onderwerpen in.
Voorbereiding G20-vergadering van Ministers van financiën en presidenten van centrale
banken en de IMF-jaarvergadering
Document: nog niet beschikbaar. De documenten worden voorafgaand aan de vergadering op het Delegates Portal geplaatst onder de titel «EU terms of reference for the G20 Finance Ministers and Central Bank Governors Meeting
on 12–13 October 2021» en «EU IMFC Statement for the annual IMF Meeting on 13 and 14 October 2021». Na de
IMF-jaarvergadering zal de verklaring op https://www.imf.org/en/news worden gepubliceerd.
Aard bespreking: goedkeuring EU IMFC-verklaring en EU Terms of Reference
Besluitvormingsprocedure: consensus
Toelichting:
De Ecofinraad zal spreken over de G20-vergadering van Ministers van Financiën en presidenten
van centrale banken op 12 en 13 oktober a.s. en over de jaarvergadering van het IMF
op 13 en 14 oktober a.s.
Onder het Italiaanse voorzitterschap van de G20 staat de crisisrespons en de gezamenlijke
uitdaging voor een duurzaam en inclusief economisch herstel na de COVID-19-crisis
centraal. De G20-vergadering in oktober zal naar verwachting onder andere stilstaan
bij de verschillen tussen landen in hun economisch herstel, steun aan kwetsbare landen,
de mondiale gezondheids- en financieringsarchitectuur, belastingheffing in een digitaliserende
economie en duurzame financiering. Nederland is als gastland uitgenodigd.
De EU-inzet voor de G20-vergadering wordt afgestemd door middel van een «EU Terms of Reference» (EU ToR). Hierin wordt gewezen op het belang van toegang tot vaccins door ontwikkelingslanden,
de geleidelijke verschuiving van begrotingssteunmaatregelen naar meer gerichte acties
en hervormingen met het oog op lange termijn uitdagingen ten behoeve van een duurzaam
en inclusief herstel, het afronden van de overeenkomst over internationale belastingregels
(BEPS), het concretiseren van internationale rapportage standaarden ten aanzien van
klimaat- en milieurisico’s en het initiëren van een gestructureerde dialoog over klimaatmitigatiebeleid
inclusief een CO2-heffing.
De IMF-jaarvergadering vindt in hybride format plaats in Washington D.C. België vertegenwoordigt
dit jaar de kiesgroep in het International Monetary and Financial Committee (IMFC). De Kamer wordt apart over deze inzet geïnformeerd door middel van de DG-conclusies.
De EU-inzet voor het IMFC wordt geformuleerd in het IMFC-statement. In deze Europese verklaring wordt ingegaan op hoe de mondiale economie herstelt
van de schok van de COVID-19 pandemie. De EU steunt de verkenning van doorlenen van
special drawing rights (SDR’s) en ziet de Poverty Reduction and Growth Trust en de nog op te richten Resilience and Sustainability Trust hiervoor als mogelijkheden. Verder verwelkomt de EU de inzet van het IMF op het gebied
van klimaat. Daarnaast benadrukt de EU het belang van effectieve implementatie van
het Common Framework for Debt Treatments van de G20 en de Club van Parijs en verbetering van schuldentransparantie.
Tijdens de Ecofinraad zullen de EU ToR en het IMFC statement formeel worden aangenomen.
Nederland kan hiermee instemmen, aangezien de Europese inzet goed aansluit bij de
Nederlandse inzet.
Klimaatfinanciering ter voorbereiding op COP26
Document: nog niet beschikbaar. Het document wordt voorafgaand aan de vergadering op het Delegates
Portal geplaatst onder de titel «ECOFIN climate finance conclusions».
Aard bespreking: besluitvorming
Besluitvormingsprocedure: consensus
Toelichting:
De Raad zal spreken over klimaatfinanciering in voorbereiding op de 26e Conferentie
van de Partijen (COP26) die van 1 t/m 12 november gehouden zal worden in Glasgow onder
het United Nations Framework Convention on Climate Change (UNFCCC). De Ecofinraad is verantwoordelijk voor de financiële aspecten van de internationale
klimaatonderhandelingen, gegeven de potentiële budgettaire en economische implicaties
die de onderhandelingen kunnen hebben. Jaarlijks worden daarom Raadsconclusies overeengekomen
die de EU-positie uiteenzetten.
De COP26 in Glasgow staat in het teken van het stellen van ambities, die in de nationale
plannen en de langetermijnstrategieën van landen worden gereflecteerd. Daarnaast zal
het Rulebook voor de uitvoering van het Parijsakkoord worden afgerond.
Belangrijk voor Nederland is onder andere het onderstrepen van het belang van het
in lijn brengen van financiële stromen (publiek en privaat) met een broeikasgasarme
en klimaatbestendige toekomst, zoals afgesproken in het Parijsakkoord (Art. 2.1.c).
Daarnaast is aandacht voor de noodzaak om klimaatfinanciering vanuit de ontwikkelde
landen jaarlijks te verhogen om invulling te geven aan de toezegging om jaarlijks
USD 100 miljard te mobiliseren tot 2025. Ook wordt ingegaan op het belang van beter
inzicht in klimaatgerelateerde financiële risico’s en wordt de belangrijke rol van
multilaterale ontwikkelingsbanken (MDB’s) benoemd. MDB’s en ook nationale ontwikkelingsbanken
worden daarbij opgeroepen hun beleid in lijn te brengen met het Parijsakkoord.
Voor Nederland is het van belang dat er in de conclusies naast mitigatie ook aandacht
is voor adaptatie en dat het belang van mobilisatie van meer middelen voor financiering
in klimaat wordt benadrukt. Nederland hecht daarnaast onder andere belang aan het
benadrukken van de noodzaak om koolstof te beprijzen en fossiele subsidies uit te
faseren en Nederland ziet graag dat er aandacht wordt geschonken aan het werk dat
wordt verzet op het gebied van een gezamenlijke EU-taxonomie.
De verwachting is dat er beperkt discussie zal zijn over de Raadsconclusies en dat
Nederland kan instemmen.
Herziening van de Europees fiscale lijst van niet coöperatieve jurisdicties
Document: niet van tevoren openbaar
Aard bespreking: besluitvorming
Besluitvormingsprocedure: consensus
Toelichting:
De Raad zal conclusies van de gedragscodegroep aannemen over de wijziging van de huidige
Europees fiscale lijst van niet-coöperatieve jurisdicties.
De gedragscodegroep is oorspronkelijk in het leven geroepen om binnen de EU schadelijke
belastingconcurrentie op het gebied van bedrijfsbelastingen tegen te gaan. Sinds 2016
heeft de gedragscodegroep ook een tweede, externe taak: het beoordelen of landen buiten
de EU voldoen aan de Europese minimum fiscale standaard. Landen die daar niet aan
voldoen komen te staan op de Europese fiscale lijst van niet-coöperatieve jurisdicties
(hierna: de Europese zwarte lijst). De gedragscodegroep is een politieke afspraak
tussen de lidstaten en valt niet binnen het toepassingsbereik van het Verdrag betreffende
de werking van de Europese Unie. De besluitvorming vindt plaats met consensus.
Tijdens de Ecofinraad van 5 december 2017 is de eerste versie van de zwarte lijst
vastgesteld. Daarnaast werd ook een grijze lijst opgesteld van landen die niet voldeden
aan de standaard maar op hoog politiek niveau hadden toegezegd om binnen een bepaalde
periode alsnog aan de hieronder opgestelde criteria te voldoen:
1. Fiscale transparantie: de jurisdicties voldoen aan de wereldwijde standaard op het
gebied van de uitwisseling van fiscale informatie;
2. Geen schadelijk belastingconcurrentie: de jurisdicties mogen geen schadelijke preferentiële
regimes of schadelijke generieke 0% regimes toepassen;
3. De jurisdicties participeren aan het internationale proces van de OESO om grondslaguitholling
en winstverschuiving tegen te gaan.
Sindsdien worden de lijsten op halfjaarlijkse basis aangepast. Het is de bedoeling
om in de toekomst naar één aanpassing per jaar te gaan, nu het aantal wijzingen gestaag
aan het afnemen is. De huidige lijsten zijn tijdens de Ecofinraad van 26 februari
van dit jaar vastgesteld: twaalf landen12 staan er nu op de zwarte lijst en negen landen13 op de grijze lijst. Beide lijsten zullen gedurende deze Ecofinraad worden herzien.
Nederland kan zich vinden in de voorgestelde wijzigingen van zowel de zwarte als de
grijze lijst.
De lijst kan voorafgaand aan de Ecofinraad niet bekend worden gemaakt met het oog
diplomatieke gevoeligheid. In het verslag van de Ecofinraad zal nader worden ingegaan
op de aangenomen aanpassingen van beide lijsten.
AOB – Stand van zaken financiële diensten dossiers
Document: n.v.t.
Aard bespreking: gedachtewisseling
Besluitvormingsprocedure: n.v.t.
Toelichting:
De Europese Commissie voorziet de Ecofinraad op reguliere basis van informatie over
de implementatie van wetgeving op het terrein van financiële diensten. Nederland zal
de updates van de Commissie ten aanzien van financiële diensten dossiers aanhoren.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Financiën