Brief regering : Verzending zienswijzen Raad voor Dierenaangelegenheden (RDA) met kabinetsreactie
28 286 Dierenwelzijn
Nr. 1211
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 26 augustus 2021
Hierbij zend ik uw Kamer twee zienswijzen die de Raad voor Dierenaangelegenheden (RDA)
in de afgelopen jaren naar buiten bracht. Hoewel het geen wettelijke verplichting
is, heb ik besloten iedere zienswijze van de RDA naar uw Kamer te sturen inclusief
mijn reactie. Op deze manier maak ik het werk dat de RDA voor mij doet zichtbaarder
en krijgt uw Kamer inzage in de manier waarop ik zijn adviezen apprecieer. Ik zend
uw Kamer hierbij de zienswijzen Digitalisering van de veehouderij (2019)1 en Dierenwelzijn in de kringlooplandbouw (2020) toe2.
Digitalisering van de veehouderij
De RDA-zienswijze Digitalisering van de veehouderij geeft een overzicht van en inzicht in hoe digitalisering zich de afgelopen jaren
binnen de veehouderij heeft ontwikkeld en genesteld. De zienswijze geeft verder aan
wat op termijn nog meer mogelijk is. Daarbij benoemt de zienswijze de kansen en bedreigingen.
Zo biedt digitalisering kansen door een betere informatiehuishouding, door meer en
betere data, waardoor het mogelijk wordt individuele of groepen van dieren die behandeling
of omgeving te bieden die voor de gezondheid en het welzijn optimaal zijn. Tevens
levert dit voor veehouders de mogelijkheid hun arbeid efficiënter en effectiever te
verrichten, en zijn de verkregen data ook inzetbaar in de keten, waardoor die transparanter
kan worden.
De bedreigingen liggen, volgens de zienswijze, in de hoek van het op een veilige manier
verwerken van big data in bruikbare informatie en advies. Ook de afnemende vrijheid
voor veehouders en consumenten om eigen keuzes te maken, door een grotere afhankelijkheid
van (verwerkte) data waar men geen invloed meer op heeft, wordt als een bedreiging
gezien.
De RDA concludeert in de zienswijze dat het effect van digitalisering op de veehouderij
en de rest van de keten niet alleen afhankelijk is van de technologieontwikkeling
zelf, maar ook van enkele voor deze technologie bepalende contextuele factoren zoals
de heersende normen en waarden in de samenleving, wettelijke bepalingen en economische
wetmatigheden in de voedselketen.
De RDA adviseert tot slot:
• Baseer systemen meer en sneller op doelvoorschriften;
• Dring de administratieve lasten terug;
• Neem als overheid de verantwoordelijkheid voor het onderhouden van netwerken van open
data en stel een meldpunt in waar niet-beschikbare datanetwerken kunnen worden gemeld;
• Stimuleer als overheid en marktpartijen open innovaties waarbij high tech en de veehouderij een laagdrempelige toegang tot elkaar hebben;
• Integreer digitalisering in onderzoek en onderwijs;
• Zorg voor meer zicht op de validatie en robuustheid van de ontwikkelde en gebruikte
algoritmen;
• Voer de discussie over digitalisering van de veehouderij niet los van die over beleidsmaatregelen
in andere domeinen.
De RDA-zienswijze geeft een waardevol inzicht in de kansen en bedreigingen van de
inzet van digitalisering in de veehouderij. Verder doet de RDA een aantal zinvolle
en herkenbare aanbevelingen, die passen in een bredere visie op digitalisering in
relatie tot het LNV-terrein. Deze LNV-digitaliseringsvisie wordt op korte termijn
naar uw Kamer verstuurd.
In deze reactie licht ik er twee punten uit. Het eerste is de verbinding tussen de
digitalisering en de doelen van kringlooplandbouw en van het missiegedreven innovatiebeleid.
In mijn visie op kringlooplandbouw heb ik een aantal maatschappelijke doelen geformuleerd
waar een nieuw voedselproductiesysteem aan zou moeten voldoen. Tevens heb ik in het
kader van het missiegedreven innovatiebeleid gewerkt aan een kennis- en innovatieagenda
Landbouw, Water en Voedsel (KIA-LWV) waarin een zestal missies met bijbehorende doelen
zijn beschreven. In deze KIA-LWV is ook ruimte en aandacht voor de inzet van digitalisering,
zowel op de deelmissies als missie-overstijgend in een (sleutel)technologieprogramma.
Digitale technieken zijn daarmee op deze manier ondersteunend voor specifieke doelen
van zowel de visie op kringlooplandbouw als die op het missiegedreven innovatiebeleid.
En dat sluit aan bij het eerste advies van de RDA bij deze zienswijze, om toch vooral
te werken met doelvoorschriften. Tevens bieden de kaders van de LNV-visie en de missiegedreven
aanpak de mogelijkheid om breder te kijken dan alleen de veehouderij en de kansen
en bedreigingen van digitalisering daarvoor. Van belang is juist om sector- en domeinoverstijgend
naar de randvoorwaarden te kijken die nodig zijn om deze technologie op een verantwoorde
wijze te ontwikkelen en te implementeren. Daarmee onderschrijf ik het laatste advies
van de RDA om in ogenschouw te nemen wat in andere domeinen voor beleid wordt gevoerd.
Dierenwelzijn in de kringlooplandbouw
Naar aanleiding van de LNV-visie «waardevol en verbonden» heeft de RDA op eigen initiatief
een zienswijze opgesteld die ingaat op de gevolgen van een omslag naar kringlooplandbouw
op het dier. Deze zienswijze, Dierenwelzijn in de kringlooplandbouw van mei 2020, gaat in op de kansen en bedreigingen van een transitie naar kringlooplandbouw
voor het verbeteren van dierenwelzijn en diergezondheid in de Nederlandse veehouderij.
De RDA concludeert dat verbetering van dierenwelzijn in de kringlooplandbouw niet
vanzelf gaat en dat in de transitie naar een nieuw voedselsysteem rekening moet worden
gehouden met alle dimensies van duurzaamheid, waaronder een goed dierenwelzijn. Naast
deze conclusies doet de Raad enkele aanbevelingen, welke ik ter harte heb genomen.
Zo adviseert de Raad het instellen van een onafhankelijke adviescommissie. Deze commissie
zou concrete parameters moeten vaststellen die het mogelijk maken het dierenwelzijn
te meten en te borgen in de transitie naar een duurzame veehouderij.
Ik deel de conclusie dat dierenwelzijn centraler moet komen te staan in het denken
over de veehouderij van de toekomst en heb de aanbeveling voor het instellen van een
adviescommissie daarom overgenomen en deze ingevuld door de RDA zelf te vragen een
aanvullende zienswijze op te stellen met de centrale vraag: wat zijn de randvoorwaarden
voor een integraal duurzame veehouderij, waarin het dier een positieve staat van welzijn
ervaart? Deze zienswijze is daarmee een logisch vervolg op de zienswijze welke ik
uw Kamer met deze brief doe toekomen. Tevens geef ik met dit verzoek voor een aanvullende
zienswijze invulling aan de gewijzigde motie van het lid Ouwehand om concretere voorwaarden
te stellen aan dierenwelzijn in de omslag naar kringlooplandbouw (Kamerstuk 35 300 XIV, nr. 57). De RDA zal naar verwachting dit najaar deze aanvullende zienswijze opleveren.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit