Brief regering : Compromisvoorstel EUAA-verordening (asielagentschap van de EU)
22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie
Nr. 3143 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 juni 2021
Op 16 juni 2021 hebben de EU-lidstaten in het Comité van Permanente Vertegenwoordigers
(Coreper) een compromis bereikt over de verordening inzake het Asielagentschap van
de EU. Met deze brief informeer ik over dit compromis, het Nederlandse standpunt terzake
en het vervolg van de procedure.
Achtergrond EUAA-verordening
In 2016 heeft de Europese Commissie het voorstel voor een verordening inzake het asielagentschap
van de EU (EUAA) uitgebracht. Met het voorstel wordt beoogd het huidige Europees Ondersteuningsbureau
voor asielzaken (EASO) om te vormen tot een volwaardig agentschap dat tot taak heeft
het gemeenschappelijk Europees asielstelsel (GEAS) beter te laten functioneren, te
zorgen voor convergentie in de beoordeling van asielverzoeken in de Unie en operationele
en technische bijstand te bieden aan de lidstaten op het gebied van asiel en opvang.
Er komt een reserve pool van 500 deskundigen uit de lidstaten en een verplichting
(zoals bij Frontex) om experts te leveren voor operationele ondersteuning in een andere
lidstaat. Voor Nederland komt deze verplichting neer op het leveren van 24 experts
aan de pool. Ook krijgt, in het Commissievoorstel, het EUAA bevoegdheden op het terrein
van het monitoren van de asielprocedures en de (operationele en technische) tenuitvoerlegging
van EU-asielwetgeving door lidstaten. Het agentschap kan, op aanwijzing van de Commissie
en Raad, ingrijpen wanneer een lidstaat onder grote asieldruk staat, het GEAS in gevaar
komt door het niet adequaat handelen van deze lidstaat en de lidstaat niet zelf om
bijstand vraagt. Iedere lidstaat zal tenminste eens in de vijf jaar worden gemonitord.
Via het BNC-fiche van 31 mei 20161 is uw Kamer over het voorstel en de Nederlandse positie geïnformeerd. Op het voorstel
is de gewone EU-wetgevingsprocedure van toepassing: de Raad besluit met gekwalificeerde
meerderheid van stemmen en het Europees parlement met meerderheid van stemmen. Ondanks
dat er in juni 2017 een politiek akkoord werd bereikt tussen de Europese Unie-wetgevers
over het voorstel werd deze niet formeel aangenomen, ook omdat een substantieel aantal
lidstaten vasthield aan een «pakketbenadering» met de voorstellen uit het asiel- en
migratiepact van september 2020.
Het compromisvoorstel
De onderhandelingen over de EUAA-verordening zijn rond de JBZ-Raad van 7 en 8 juni
jl. in een versnelling gekomen toen de «Med-5» (Spanje, Italië, Griekenland, Cyprus
en Malta) kenbaar maakten bereid te zijn de pakketbenadering ten aanzien van de EUAA-verordening
los te laten. Hierop heeft het Portugese Voorzitterschap van de Raad van de Europese
Unie, op 15 juni jl., een compromisvoorstel voorgelegd aan de lidstaten.
Het compromisvoorstel behelst enkele aanpassingen ten opzichte van het vorige voorstel,
met name inzake de monitoring. Hierop is een zogenaamde »sunrise» clausule van toepassing,
die regelt dat EUAA zijn monitorende taak met uitstel, d.w.z. per 1 juni 2024, gaat
uitvoeren. Bovendien treden de artikelen over de uit de monitoring volgende aanbevelingen
en de vervolgstappen ten aanzien van een lidstaat die onvoldoende opvolging geeft
aan deze aanbevelingen, pas in werking als de EU-Dublinverordening (EU-604/2013) wordt
ingetrokken en wordt vervangen door een nieuwe verordening. Met die nieuwe verordening
wordt gedoeld op de Asiel- en migratiemanagementverordening (AMMR), die de Commissie
op 23 september 2020 heeft voorgesteld. Eenzelfde link met de Dublinverordening en
de AMMR geldt voor de bepaling die ziet op het ingrijpen van de EUAA, op aanwijzing
van de Commissie en Raad, wanneer een lidstaat onder grote asieldruk staat, het GEAS
in gevaar komt door het niet adequaat handelen van deze lidstaat en de lidstaat niet
zelf om bijstand vraagt.
In Coreper van 16 juni 2021 gaf een gekwalificeerde meerderheid van de lidstaten blijk
het voorstel te kunnen steunen, waarmee het voorstel als onderhandelingsmandaat aan
het Voorzitterschap is meegegeven.
Appreciatie
Het kabinet waardeert dat er met dit compromisvoorstel eindelijk weer een stap wordt
gezet in het onderhandelingsproces richting een efficiënt Europees migratie- en asielsysteem
en onderschrijft dan ook het belang van een snelle aanname van de EUAA-verordening.
Het kabinet heeft de overtuiging dat de EU een sterk asielagentschap behoeft, met
een solide rechtsgrond en meer capaciteit om de lidstaten indien nodig te ondersteunen.
Met het voorstel worden, zoals hierboven aangegeven, het mandaat en de middelen van
het agentschap versterkt en zal het agentschap daarmee beter in staat zijn lidstaten
te ondersteunen die te maken hebben met migratiedruk. Het kabinet beoordeelt dit als
positief. Hoewel de bevoegdheden voor het monitoren van de asielprocedures en de tenuitvoerlegging
van EU-asielwetgeving door lidstaten, alsook de follow-up daarvan, nog steeds onderdeel
zijn van de ontwerpverordening, is het kabinet teleurgesteld over de afzwakking van
het monitoringsysteem. De afgelopen jaren hebben duidelijk gemaakt dat het disfunctioneren
van het asielstelsel in de ene lidstaat gevolgen heeft voor het functioneren van het
asielstelsel in de andere. De EU heeft daarom behoefte aan een robuust asieltoezichtsysteem.
Het besluit om vijf jaar na het oorspronkelijke Commissievoorstel te besluiten om
de monitoring met drie jaar uit te stellen is niet bevredigend. Daarenboven is het
kabinet teleurgesteld over het voorstel om de opvolging van de monitoring te koppelen
aan een toekomstige vervanging van de Dublin-verordening. Dit drukmiddel om lidstaten
te bewegen afspraken over asiel en migratie daadwerkelijk na te komen wordt hiermee
onzeker. Dit maakt monitoring – in ieder geval voor de nabije toekomst – minder effectief.
Tegen deze achtergrond heeft het kabinet besloten geen steun aan het voorstel te verlenen
en zich te onthouden van het innemen van een positie.
Triloog
Zoals hierboven gemeld, heeft een gekwalificeerde meerderheid van de lidstaten in
Coreper van 16 juni jl. blijk gegeven het compromisvoorstel te kunnen steunen. Hiermee
is aan het Voorzitterschap van de Raad een onderhandelingsmandaat verleend. Een volgende
fase in het besluitvormingsproces is de triloog tussen Europees parlement, de Raad
en de Europese Commissie. Deze zal naar verwachting op zeer korte termijn van start
gaan. Over de uitkomst van de triloog zal uw Kamer uiteraard worden geïnformeerd.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
A. Broekers-Knol
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid