Brief regering : Uitwerking EU-taxonomie
32 013 Toekomst financiële sector
Nr. 248
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 juni 2021
Begin juni heeft de Europese Commissie de uitwerking van de Europese Taxonomie ten
aanzien van klimaatmitigatie en -adaptatie formeel aangenomen.1 De EU-taxonomie maakt onderdeel uit van het Europese actieplan duurzame groei financieren.2
Deze eerste uitwerking van de EU-taxonomie is onderdeel van een breder duurzaam financieringspakket
van de Commissie3, dat bestaat uit een voorstel Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD),
amenderende gedelegeerde handelingen over rapportagevereisten, en de voorliggende
gedelegeerde handeling. Over het CSRD-voorstel volgt separaat een BNC-fiche. Ten aanzien
van gedelegeerde handelingen is het niet gebruikelijk dat de Kamer een appreciatie
toegaat. Gelet op het feit dat over de overkoepelende mededeling geen separaat BNC-fiche
zal worden opgesteld, aangezien dit een chapeau mededeling is voor het CSRD-voorstel
en de gedelegeerde handeling, en gelet op de relevantie van en de belangstelling voor
het onderwerp EU-taxonomie, wordt uw Kamer bij uitzondering per brief over de gedelegeerde
handeling geïnformeerd. In deze brief informeer ik uw Kamer, mede namens de Minister
van Financiën over deze uitwerking, geplaatst in de bredere context van de EU-taxonomie,
en het vervolg van dit traject inclusief de Nederlandse inzet daarin.
Taxonomie algemeen
De EU-Taxonomie is een classificatie van duurzame economische activiteiten, bedoeld
voor vrijwillig gebruik door de private markt voor financieringen. Dit beoogt het
spreken van één taal over duurzaamheid te vergemakkelijken, en te voorkomen dat private
investeringen als duurzaam worden aangemerkt, als deze in feite niet in lijn zijn
met de lange termijn EU-milieudoelstellingen (het zogenaamde «groenwassen»).
Met de EU-taxonomie wordt bepaald welke investeringen in economische activiteiten
op basis van zes milieudoelstellingen als duurzaam kunnen worden bestempeld, te weten:
(1) Klimaatmitigatie
(2) Klimaatadaptatie
(3) Duurzaam gebruik en bescherming van water en mariene hulpbronnen
(4) Transitie naar een circulaire economie
(5) Preventie en beheersing van vervuiling
(6) Bescherming en het herstel van biodiversiteit en gezonde ecosystemen
Om als duurzaam te worden bestempeld onder de EU-taxonomie, moet een economische activiteit
in substantiële mate bijdragen aan een of meer van de zes milieudoelstellingen en
geen significante schade opleveren voor een van de andere milieudoelstellingen. Zowel
de substantiële bijdrage als significante schade wordt uitgewerkt in technische beoordelingscriteria.
De EU-taxonomie wordt ontwikkeld op basis van de meest recente wetenschappelijke inzichten.
Het gebruik van deze «taal» is vrijwillig en daarom kunnen deze hierin opgenomen vereisten
voor substantiële bijdragen op sommige gebieden verder gaan dan de relevante Europese
wetgeving. De EU-taxonomie is technologie-neutraal, op voorhand worden geen duurzame
technologieën uitgesloten van opname daarin.4
De EU-taxonomie-verordening5 vraagt van financiële instellingen en bedrijven die onder de toepassing van de Richtlijn
niet-financiële rapportage vallen, dat zij rapporteren over in hoeverre hun investeringen
en activiteiten in lijn zijn met de EU-taxonomie. Daarnaast zullen er in de toekomst
vrijwillige Europese standaarden voor duurzame financiële producten worden ontwikkeld
op basis van de EU-taxonomie. Ook zal de EU-taxonomie een belangrijke basis vormen
voor andere Europese rapportagevereisten, zoals bijvoorbeeld de toekomstige Corporate
Sustainability Reporting richtlijn.
Uitwerking t.a.v. klimaatmitigatie en -adaptatie
De recent vastgestelde uitwerking van technische beoordelingscriteria betreft de eerste
twee milieudoelstellingen van de EU-taxonomie.6 In algemene zin is het kabinet tevreden met het grondige proces dat de Commissie
heeft gevolgd om tot deze gedelegeerde handeling te komen, net als met het algehele
ambitieniveau van deze uitwerking.
Klimaatmitigatie
De uitwerking t.a.v. klimaatmitigatie betreft 88 economische activiteiten in negen
sectoren.7 Onderstaand zijn enkele belangrijke elementen uitgelicht die tijdens de onderhandelingen
over de uitwerking van de gedelegeerde handeling tussen de lidstaten en de Commissie
tot discussies hebben geleid. Dit betreft echter geen uitputtend overzicht. De Commissie
heeft besloten later nader terug te komen op een aantal sectoren en activiteiten,
die nu om verschillende redenen nog niet gereed waren om te worden opgenomen in de
uitwerking. Naar verwachting zal de Commissie na de zomer met een aanvullende uitwerking
komen op deze sectoren en activiteiten.
Zo is de sector landbouw nu niet opgenomen in de uitwerking, en zal deze sector worden opgepakt na de herziening
van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid.
In de huidige technische uitwerking wordt voor elektriciteitsproductie een drempelwaarde gehanteerd van 100gram CO2/kWh, waarbij de uitstoot gemeten wordt over de hele levenscyclus (LCA). Elektriciteitsproductie
onder deze drempelwaarde wordt duurzaam geacht. In de praktijk halen aardgascentrales
die drempelwaarde niet. Eerder gelekte concept-uitzonderingen t.a.v. elektriciteitsopwekking
op basis van aardgas, zitten niet in deze uitwerking. De Commissie heeft aangekondigd
op het onderwerp aardgas later dit jaar terug te komen. Zoals reeds aangegeven is
het kabinet voorstander van een technologie-neutrale EU-taxonomie, waarin economische
activiteiten aan de hand van wetenschappelijke criteria worden beoordeeld en wil het
kabinet voorts vasthouden aan de huidige drempelwaarde van 100gram CO2/kWh.
De criteria ten aanzien van productie van waterstof zijn op basis van o.a. Nederlandse input iets versoepeld ten opzichte van een eerdere
concept-uitwerking. Bij de toe te passen drempelwaarde in de EU-taxonomie (3tCO2eq/tH2) is productie van blauwe waterstof (op basis van fossiele brandstof) met hoge mate
(~90%) van CO2-afvang mogelijk. In de meeste gevallen is dit alleen technisch/economisch haalbaar
voor installaties die specifiek zijn ontworpen voor hoge mate van CO2-afvang. Het kabinet is positief dat de drempelwaarden ten aanzien van productie van
waterstof zijn versoepeld, maar had deze gezien de beoogde rol van (blauwe) waterstof
graag nog iets flexibeler gezien. De taxonomie kan een rol spelen in het faciliteren
van private investeringen in waterstof en kan daarmee een positief effect hebben op
de verdere ontwikkeling van deze markt.
De uitwerking ten aanzien van zowel bosbouw als bioenergie is opgenomen met iets afgezwakte criteria t.o.v. eerdere concepten en sluiten grotendeels
aan op de criteria in o.a. REDII-wetgeving. Volgens de Commissie kunnen deze criteria
na herziening van respectievelijk de REDII en de EU Forest Strategy worden aangescherpt.
Europese bossen vervullen functies die de landsgrenzen overstijgen. Daarmee vervullen
bossen dus een rol voor de gehele EU en dus ook voor Nederland. Veel beleidsvelden
zoals klimaat, energie, biodiversiteit en groene economie hebben invloed op bossen
en spelen bossen een rol bij het realiseren van betreffende beleidsdoelstellingen.
Effectief duurzaam bosbeheer is gebaat bij coherentie tussen deze beleidsvelden. Duurzaam
bosbeheer, via een geïntegreerde aanpak met gelijkwaardige aandacht voor ecologische,
economische en sociale aspecten, is uitgangspunt van het Nederlandse nationale en
internationale beleid. Het kabinet verwelkomt daarom het voornemen van de Europese
Commissie om dit jaar een EU-bossenstrategie uit te brengen.
Nederland heeft eerder t.a.v. de REDII ingezet op aansluiting bij de daarin opgenomen
criteria. Na herziening van de REDII zal de inzet voor de gerelateerde taxonomie-criteria
worden bezien. Met betrekking tot duurzame investeringen in bossen is de EU-Taxonomie
een belangrijk hulpmiddel voor het identificeren van criteria voor groene investeringen
in de bosbouwsector. Het kabinet vindt het van belang dat in het kader van de EU Bossenstrategie
de verschillende criteria voor duurzaam bosbeheer in de instrumenten van de EU, zoals
LULUCF-Verordening8, REDII en de EU-taxonomie meer met elkaar in overeenstemming worden gebracht.
Het valt het kabinet op dat de gelegeerde verordening geen activiteiten voor de luchtvaart
bevatten (met uitzondering van luchthavens) en dat de opgenomen criteria voor de scheepvaart
nog steeds onvoldoende recht doen aan de transitiefase naar emissieloze scheepvaart
die deze sector te wachten staat. Het gevolg hiervan is dat investeringen in de luchtvaart
momenteel niet als duurzaam bestempeld worden. Het kabinet acht de criteria in de
scheepvaart te streng, waardoor investeringen op basis van de meest schone technologieën
die de komende jaren voorhanden zijn, buiten de boot vallen. Het kabinet zal de Commissie
blijven verzoeken om met aanvullende, realistischer criteria te komen voor de luchtvaart
en scheepvaart, zodat private financiering optimaal benut kan worden voor de noodzakelijke
energietransitie in deze sectoren.
Klimaatadaptatie
De uitwerking t.a.v. klimaatadaptatie betreft 95 economische activiteiten in 13 sectoren.9 Van een substantiële bijdrage aan klimaatadaptatie is sprake als maatregelen zijn
genomen om de belangrijkste klimaatrisico’s die aan een specifieke activiteit kleven
te reduceren. Dit vereist dat de risico’s in kaart zijn gebracht die gedurende de
gehele duur van de activiteit kunnen optreden en de mogelijke maatregelen om die risico’s
te voorkomen of de effecten ervan te verminderen. De eisen die aan activiteiten worden
gesteld zijn uiteraard afhankelijk van de specifieke kenmerken van de verschillende
activiteiten. Wel zijn er een aantal algemene vereisten aan de te nemen maatregelen
te noemen. Zo mogen de maatregelen die worden geïmplementeerd geen negatief effect
hebben op andere adaptatie inspanningen of het bestaande niveau van klimaatadaptie
aantasten. De maatregelen dienen in overeenstemming te zijn met algemene en sectorale
lokale, regionale en nationale adaptatieplannen en -strategieën.
De gedelegeerde handeling ter uitwerking van de EU-taxonomie klimaatadaptatie sluit
aan bij de EU-klimaatadaptatiestrategie die de Europese Commissie op 24 februari 2021
heeft gepubliceerd.10 De EU-taxonomie draagt bij aan het vergroten van het bewustzijn omtrent klimaateffecten
en de noodzaak tot het nemen van mitigatie- en adaptatie maatregelen. In de EU-klimaatadaptatiestrategie
is aangegeven dat aanpassing aan klimaatadaptatie niet uitsluitend een kostenpost
vormt, maar een investering is voor de toekomst. De EU-taxonomie maakt van de uitvoering
hiervan een belangrijk deel uit en het kabinetstreven is gericht op een ambitieuze
uitwerking van de EU-taxonomie voor klimaatadaptatie.
De gedelegeerde handeling ziet op een beoordeling van de bijdragen van individuele
activiteiten aan klimaatadaptatie en draagt zo bij aan het halen van de nationale
doelstelling om Nederland in 2050 klimaatbestendig en waterrobuust te hebben ingericht.11
Vervolgproces
Nederland blijft via de Member States Expert Group aangesloten op de verdere ontwikkeling
van de EU-taxonomie. Daarbij zal in hoofdlijnen telkens worden gepleit voor een technologie-neutrale
EU-taxonomie, waarin economische activiteiten aan de hand van wetenschappelijke criteria
worden beoordeeld.
Zoals reeds eerder gecommuniceerd12, heeft de Commissie het Joint Research Centre (JRC) van de Europese Commissie verzocht
een technisch adviesrapport te schrijven over de «do no significant harm»-aspecten
van kernenergie. Dit rapport is eind maart gepubliceerd en aan twee groepen experts
voorgelegd voor een review. Daarna neemt de Commissie op basis van deze stukken een
beslissing of kernenergie onder de EU-taxonomie wordt gebracht.
Op het terrein van klimaatmitigatie zal de Commissie naar verwachting na de zomer
terugkomen op de genoemde onderdelen: kernenergie; landbouw; bosbouw en bioenergie;
en de rol van aardgas. Eerder gaf de Commissie aan dat het proces rondom kernenergie
in juni zou worden afgerond. De Commissie heeft de timing gewijzigd en zal na de zomer
terugkomen op alle openstaande punten van de taxonomie. Voor activiteiten die door
de Commissie in de EU-taxonomie worden opgenomen, komt de Commissie met een aanvullende
uitwerking in een gedelegeerde handeling.
Daarnaast zal de Commissie zich komende periode o.a. richten op de technische uitwerking
van milieudoelstellingen 3 t/m 6. Voor het einde van het jaar neemt de Commissie daar
gedelegeerde handelingen over aan. Rond de zomer zullen hierover tevens publieke consultaties
over plaatsvinden.
Voorts zullen de technische beoordelingscriteria van de EU-taxonomie door de Europese
Commissie op advies van het Platform regelmatig (tenminste elke drie jaar) opnieuw
worden beoordeeld en zo nodig worden herzien of aangescherpt.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
D. Yeşilgöz-Zegerius
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
D. Yesilgöz-Zegerius, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat