Brief regering : Verslag van de NAVO ministeriële bijeenkomst van de ministers van Buitenlandse Zaken en de ministers van Defensie van 1 juni 2021
28 676 NAVO
Nr. 371
BRIEF VAN DE MINISTERS VAN BUITENLANDSE ZAKEN EN DEFENSIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 juni 2021
Hierbij bied ik het verslag aan van de NAVO ministeriële bijeenkomst van de Ministers
van Buitenlandse Zaken en de Ministers van Defensie van 1 juni 2021.
De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A.M. Kaag
De Minister van Defensie, A.Th.B. Bijleveld-Schouten
VERSLAG VAN DE NAVO BIJEENKOMSTEN VAN DE MINISTERS VAN BUITENLANDSE ZAKEN EN DEFENSIE
OP 1 JUNI 2021
Op 1 juni vonden achtereenvolgens de bijeenkomsten van de NAVO-Ministers van Buitenlandse
Zaken en van de NAVO-Ministers van Defensie plaats. Minister Kaag en Minister Bijleveld
namen deel aan de bijeenkomsten, die via videoconferentie plaatsvonden. Tijdens de
beide bijeenkomsten bespraken de bondgenoten o.a. de voorstellen van de Secretaris-Generaal
van de NAVO (hierna: SG NAVO) om de NAVO toekomstbestendig te houden, het zogenoemde
«NAVO2030-proces». De bijeenkomst van NAVO-Ministers van Buitenlandse Zaken was speciaal
ingelast om hen de gelegenheid te geven de SG NAVO, nog voor de Top van 14 juni, sturing
te geven met betrekking tot zijn voorgenomen aanbevelingen. De bijeenkomst van NAVO-Ministers
van Defensie betrof een reguliere bijeenkomst, die vanwege de Top was vervroegd. Tijdens
deze bijeenkomst is daarnaast gesproken over afschrikking en verdediging, Afghanistan,
NAVO-EU samenwerking, cyber, conflict gerelateerd seksueel geweld en klimaat.
NAVO2030
In veel interventies van zowel Ministers van Buitenlandse Zaken als van Defensie klonk
optimisme over de trans-Atlantische relatie. Minister Kaag onderstreepte dat het NAVO2030-proces
een historische kans biedt om het bondgenootschap «fit for purpose, relevant, resilient and ready for the future» te maken en huidige en nieuwe dreigingen het hoofd te kunnen bieden. De notie dat
trans-Atlantische eenheid en onderlinge solidariteit noodzakelijk zijn om NAVO toekomstbestendig
te houden klonk in veel interventies door.
Ten algemene spraken bondgenoten in beide bijeenkomsten hun steun uit voor de koers
van de SG NAVO. De noodzaak voor een aanpassing van het Strategisch Concept aan de
hedendaagse en toekomstige dreigingen, werd door alle bondgenoten gedeeld. De gedeeltelijk
hernieuwde en nieuwe uitdagingen waarvoor Rusland en China het bondgenootschap plaatsten,
vragen om een antwoord. De weerbaarheid van de NAVO en van bondgenoten dient op orde
te komen. Eenheid en cohesie vormen volgens veel Ministers een van de kernelementen
van verdediging en van kracht. Daarom is het essentieel onderlinge consultatie te
versterken. Ook refereerden bondgenoten aan het belang van het behoud van een technologische
voorsprong. De Nederlandse Minister van Buitenlandse Zaken wees in het bijzonder op
de veiligheidsimplicaties van klimaatverandering, de (kwaadwillende) toepassing van
nieuwe technologieën en misbruik van het cyberdomein.
Tijdens het Commissiedebat over de NAVO met de vaste Kamercommissie van Defensie op
25 mei 2021 heeft de Minister van Defensie toegezegd uw Kamer te informeren welk overzicht
van Emerging and Disruptive Technologies (EDTs) met de Kamer kan worden gedeeld. Onder
EDTs wordt verstaan: 1) data, 2) kunstmatige intelligentie, 3) autonome systemen,
4) ruimte, 5) hypersonische en nieuwe rakettechnologie, 6) kwantumtechnologie en 7) biotechnologie
& human augmentation / enhancement (Kamerstuk 28 676, nr. 367).
De NAVO-bondgenoten beschikken of ontwikkelen per domein verschillende EDTs. Informatie
over welke bondgenoot over welke EDTs beschikt is vertrouwelijk.
Het bondgenootschap kan aan veel uitdagingen waarvoor het staat niet alleen het hoofd
bieden. De NAVO heeft daarom partners en partnerschappen nodig. De SG NAVO noemde
in het bijzonder partners in het Indo-Pacifische gebied, in Zuid-Amerika en in Afrika.
De beide Nederlandse Ministers onderstreepten daarbij in het bijzonder het belang
van een versterkte en ambitieuze NAVO-EU samenwerking en werden daarin door veel bondgenoten
bijgevallen.
De SG NAVO presenteerde tijdens de bijeenkomst van de Ministers van Defensie de voortgang
op het gebied van de 74 projecten van samenwerking tussen de EU en de NAVO. Verschillende
Ministers noemden in hun inbreng het belang om NAVO-EU samenwerking te versterken.
Nederland benadrukte hierbij dat het opvolgen van de voorstellen van de gezamenlijke
Nederlands Duitse schriftelijke bijdrage over dit thema hierbij prioriteit moet hebben.
Nederland ziet mogelijkheden om de NAVO-EU samenwerking te verbeteren op onder meer
het gebied van politieke consultaties, hybride dreigingen, cyberweerbaarheid, klimaat
en defensie, alsook disruptieve technologieën, militaire mobiliteit, interoperabiliteit
en standaardisatie. De Nederlands Duitse bijdrage is u eerder vertrouwelijk toegekomen,
als bijlage bij de geannoteerde agenda van beide bijeenkomsten (Kamerstuk 28 676, nr. 368).
Om uitvoering te kunnen blijven geven aan de drie kerntaken, en om de ambitieuze NAVO2030
agenda ook daadwerkelijk te kunnen uitvoeren, is voldoende financiering nodig. Daarom
stelt de SG NAVO voor het gemeenschappelijk budget te verhogen. Dit was geen punt
dat ter besluitvorming voorlag. Wel zal de SG NAVO op de Top een principebesluit over
verhoging voorleggen aan Staatshoofden en Regeringsleiders. De precieze omvang en
toepassing daarvan zal dan na de Top verder vorm worden gegeven en worden uitonderhandeld.
Bij deze bijeenkomsten hebben NAVO-Ministers hierover met elkaar gesproken. Beide
Nederlandse Ministers stelden zich positief-kritisch op en steunden een eventuele
verhoging, mits de noodzaak ertoe goed wordt onderbouwd en een verhoging daadwerkelijk
een bijdrage levert aan de beoogde versterking.
Tijdens de Top van 14 juni zal de SG NAVO een rapport presenteren inzake lastenverdeling.
In het verslag van de Top zal de Minister van Defensie een overzicht geven van de
Nederlandse defensie uitgaven en de meest recente percentages en brutobedragen, conform
de toezegging tijdens het Commissiedebat over de NAVO met de vaste Kamercommissie
van Defensie op 25 mei 2021.
Rusland
Ministers waren het met elkaar eens dat het van belang is een heldere koers te blijven
varen ten aanzien van Rusland. Zij wezen in beide bijeenkomsten op het zorgelijke
en in toenemende mate agressieve gedrag van Rusland in de regio alsmede op de instabiliteit
in de regio in het algemeen. Daarbij haalden zij de recente gebeurtenissen met de
Ryanairvlucht in Belarus aan als verontrustend voorbeeld van instabiliteit in de regio.
Nederland onderstreepte, net als veel andere bondgenoten, het belang van de tweesporenbenadering:
naast druk ook het zo veel mogelijk open houden van het dialoogspoor.
Afghanistan
Bondgenoten bespraken ook Afghanistan in beide bijeenkomsten. Alle aan Resolute Support
Mission deelnemende landen zijn bezig met de terugkeer van troepen. De VS bevestigden
nogmaals dat bondgenoten tot het laatste moment van de redeployment kunnen rekenen op de steun van Amerikaanse enablers en force protection capaciteiten. De Ministers van Defensie spraken over de toekomstige relatie van de
NAVO met Afghanistan. Het bondgenootschap blijft betrokken bij Afghanistan. Nederland
stond stil bij het belang zo veel mogelijk te waarborgen dat de voortuitgang van 20
jaar inzet niet teloor zou gaan. Het is belangrijk dat de toekomstige relatie tussen
de NAVO en Afghanistan hieraan bijdraagt. Voortgezette steun aan Afghanistan vereist
een overheidsbrede inzet, voorzien van de nodige waarborgen. Het kabinet informeert
uw Kamer voor het zomerreces nader over de Nederlandse betrokkenheid bij Afghanistan.
De Minister van Defensie benadrukte dat de alliantie een morele verantwoordelijkheid
draagt voor Afghaans personeel, waaronder tolken, die voor de internationale coalitie
hebben gewerkt. Ook riep zij bondgenoten op hun activiteiten om deze groep in veiligheid
te brengen, op elkaar af te stemmen.
Afschrikking en verdediging
De Ministers van Defensie bespraken de voortgang van de versterking van de afschrikking
en verdediging van het NAVO-verdragsgebied door de Alliantie. De SG NAVO en verschillende
Ministers gingen in hun bijdragen in op de veranderde internationale veiligheidssituatie
en benadrukten in die context het belang van afschrikking door en verdediging van
de NAVO nu en in de nabije toekomst, alsmede op de lange termijn. Het geagendeerde
politiek-militair advies over de versterkte Deterrence and Defence Posture is door de Ministers aangenomen. Dit advies gaat in op verdere implementatie van
het concept for the deterrence and defence of the Euro-Atlantic Area (DDA) inbegrepen de initiële versie van SACEUR’s Area-wide Strategic Plan (iSASP). Nederland steunt de verdere ontwikkeling van het SASP, in het kader van
het vermogen van het bondgenootschap om op de juiste plaats en op tijd te kunnen reageren
met de benodigde capaciteiten, teneinde de gewenste effecten te kunnen bereiken (responsiveness). Het uitgewerkte SASP ligt voor in het volgende politiek-militair advies over de
voortgang van versterking van de Deterrence and Defence Posture tijdens de NAVO Defensie ministeriële van oktober dit jaar.
Cyber
De Ministers van Defensie bespraken de rol van de NAVO in het cyberdomein zoals beschreven
in de herziening van het NAVO-cyberbeleid. Bondgenoten benadrukten de noodzaak om
cyberveiligheid van de NAVO te versterken. Dit onder meer door het mogelijk te maken
om cyberoperaties te koppelen aan bondgenootschappelijke operaties en door het faciliteren
van een gemeenschappelijke afschrikking van en respons op kwaadaardige handelingen.
Daarnaast benadrukten bondgenoten de rol van NAVO als platform voor het delen van
lessons learned, best practices en kennis en innovatie in het cyberdomein.
Conflict gerelateerd seksueel geweld
Bondgenoten benadrukten het belang van en het optreden tegen Conflict-Related Sexual Violence (CRSV). Zij steunden het nieuwe beleidsdocument op dit gebied. Dit document vormt
een aanvulling op reeds bestaande richtlijnen en heeft tot doel om effectieve preventie
van en optreden tegen CRSV te verzekeren in alle missies, operaties en activiteiten
van de NAVO. Nederland sprak hiervoor expliciet steun uit evenals voor het belangrijke
en bredere thema van Human Security.
Klimaat
Diverse bondgenoten spraken tijdens hun inbreng in de twee sessies over de impact
die klimaatverandering heeft op het werk van de NAVO en de noodzaak om het bondgenootschap
hierop aan te passen. Tijdens de aankomende NAVO-top zal hiertoe het klimaat-actieplan
worden bekrachtigd. In dit plan zet de SG NAVO uiteen welke stappen de NAVO de komende
jaren wil zetten om de groeiende uitdagingen op het gebied van klimaatverandering
het hoofd te bieden en welke rol de organisatie kan spelen bij het tegengaan van klimaatverandering.
Tijdens het Commissiedebat over de NAVO met de vaste Kamercommissie van Defensie op
25 mei 2021 heeft de Minister van Defensie toegezegd uw Kamer te informeren over de
verhouding tussen de ambities van NAVO en het Ministerie van Defensie op het gebied
van klimaat en energie. Middels onderstaande passage doe ik aan deze toezegging gestalte.
Zowel de Nederlandse krijgsmacht als de NAVO vinden het van groot belang dat de negatieve
effecten op natuur en milieu van (militaire) activiteiten zo veel als mogelijk worden
beperkt of gemitigeerd. Beide organisaties werken daarom, vanuit hun eigen rol en
verantwoordelijkheid, aan verdere verduurzaming en energietransitie. De doelstellingen
van het Ministerie van Defensie zijn recent omschreven in het Plan van aanpak Energietransitie
Defensie (Kamerstuk 34 919, nr. 74). In dit plan stelt Defensie zichzelf concrete doelen om de afhankelijkheid van fossiele
brandstoffen aanzienlijk te verminderen in de periode tot aan 2050, met een tussendoel
voor 2030. Over de voortgang bij de uitvoer van plan van aanpak Energietransitie is
uw Kamer geïnformeerd in het jaarverslag Defensie (Kamerstuk 35 830 X, nr. 1).
Ook NAVO werkt, sinds geruime tijd, aan het verminderen van de effecten van haar activiteiten
en operaties op het klimaat. NAVO heeft hiertoe diverse standaarden en richtlijnen
ontwikkeld. Deze richtlijnen focussen zich bijvoorbeeld op het effectief omgaan met
energie in kampementen en het op duurzame wijze verwerken van afval tijdens inzet.
Nederland heeft actief bijgedragen aan het opstellen van deze richtlijnen. In 2014
hebben NAVO-bondgenoten tevens ingestemd met het zogenoemde Green Defence framework. Dit initiatief richt zich op het verhogen van de energiezuinigheid en duurzaamheid
binnen NAVO. De afgelopen jaren heeft de NAVO tevens stappen gezet om de eigen organisatie,
waaronder de hoofdkwartieren, te verduurzamen. Op de aankomende NAVO-top zal naar
verwachting het klimaat-actieplan worden bekrachtigd. In dit actieplan wordt uiteengezet
welke stappen NAVO de komende jaren wil nemen om de groeiende uitdagingen op het gebied
van klimaatverandering het hoofd te bieden, en welke rol de organisatie kan spelen
bij het tegengaan van klimaatverandering.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Buitenlandse Zaken -
Mede ondertekenaar
A.Th.B. Bijleveld-Schouten, minister van Defensie