Brief regering : Verslag van de buitengewone Europese Raad van 24 en 25 mei 2021
21 501-20 Europese Raad
Nr. 1700
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 mei 2021
Hierbij bied ik u, mede namens de Minister-President, het verslag aan van de buitengewone
Europese Raad van 24 en 25 mei 2021.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
S.A.M. Kaag
VERSLAG VAN DE BUITENGEWONE EUROPESE RAAD VAN 24 en 25 MEI 2021
Op maandag 24 en dinsdag 25 mei 2021 vond een buitengewone Europese Raad plaats in
Brussel. Op maandag sprak de Europese Raad over buitenlandpolitieke onderwerpen en
op dinsdag kwamen COVID-19-coördinatie en klimaat aan de orde. Op maandag vond tevens
de traditionele gedachtewisseling met de voorzitter van het Europees Parlement, David
Sassoli, plaats. De Minister-President nam deel aan deze vergadering.
Belarus
De Europese Raad veroordeelde in de meest krachtige termen de door de Belarussische
autoriteiten afgedwongen landing in Minsk van een Ryanair vlucht en de gevangenneming
van journalist Roman Protasevich en Sofia Sapega. De Europese Raad eiste hun onmiddellijke
vrijlating. Deze actie bracht de luchtvaartveiligheid in gevaar, zo stelde de Europese
Raad vast en hij riep de ICAO (International Civil Aviation Organization) op dit incident dat zijn weerga niet kent zo snel mogelijk te onderzoeken. Hij droeg
de Raad op zo snel mogelijk extra sancties tegen personen en entiteiten in Belarus
in te stellen en vroeg, mede op Nederlands initiatief, de Hoge Vertegenwoordiger en
de Commissie om snel met voorstellen te komen voor nieuwe economische sancties.
De Europese Raad riep alle EU luchtvaartmaatschappijen op het Belarussische luchtruim
te vermijden. Verscheidene luchtvaartmaatschappijen gaven hieraan gehoor, waaronder
KLM. De Europese Raad vroeg de Raad om maatregelen aan te nemen om Belarussische luchtvaartmaatschappijen
te verbieden door EU luchtruim te vliegen en op EU luchthavens te landen. De Europese
Raad sprak tenslotte zijn solidariteit uit met Letland na de uitzetting door Belarus
van een aantal Letse diplomaten.
Rusland
De Europese Raad hield een uitgebreide strategische discussie over de relatie tussen
de EU en Rusland. Deze bespreking was aanvankelijk voorzien voor de Europese Raad
van maart, maar werd uitgesteld omdat dit onderwerp zich niet leent voor een videoconferentie.
De leden van de Raad veroordeelden het illegale, provocerende en ontwrichtende Russische
handelen tegen de EU en haar lidstaten, maar ook daarbuiten. Recente voorbeelden daarvan
zijn de vergiftiging en veroordeling van Alexei Navalny en de spanningen aan de grens
tussen Rusland en Oekraïne. De Europese Raad herbevestigde de Europese eenheid en
solidariteit, sprak zijn steun uit aan de Oostelijke partners en zijn solidariteit
met Tsjechië in het licht van Russische betrokkenheid bij de ontploffing in een munitiedepot.
Tegen deze achtergrond stonden de leden van de Europese Raad stil bij de implementatie
van de vijf guiding principles die het kader vormen voor de EU-relatie met Rusland. Die principes betreffen allereerst
het handhaven van sancties in verband met de destabilisering in Oost-Oekraïne zolang
er geen voortgang bestaat ten aanzien van de Minskakkoorden. De overige principes
zijn het aangaan van nauwere banden met de Oost-Europese en Centraal-Aziatische buurlanden
van Rusland, het vergroten van de weerbaarheid tegen dreiging uit Rusland, een selectief
engagement op onderwerpen van belang voor de EU en het bevorderen van people-to-people contacten en steun aan het maatschappelijk middenveld in Rusland.
In de bespreking onderstreepten verscheidene leden van de Europese Raad, waaronder
Nederland, dat Rusland moet worden aangesproken als het internationale afspraken of
mensenrechten (waaraan Rusland zich vrijwillig heeft gecommitteerd) met voeten treedt.
De EU moet de illegale annexatie van de Krim en Russische interventies in Oost-Oekraïne
blijven veroordelen, zo meenden velen. Nederland benadrukte in dit verband het belang
van Russische medewerking aan het bereiken van waarheidsvinding, gerechtigheid en
rekenschap voor het neerhalen van vlucht MH17, in lijn met VNVR-resolutie 2166. Tevens
werd gesproken over de noodzaak van selectief engagement met Rusland. Dat deed ook
Nederland: de communicatiekanalen met de Russische autoriteiten moeten open blijven
en, waar mogelijk en waar dat in ons belang is, moet met Rusland worden samengewerkt,
bijvoorbeeld op het punt van wapenbeheersing en de bestrijding van klimaatverandering.
De Europese Raad herbevestigde de vijf principes en vroeg de Hoge Vertegenwoordiger
en de Commissie om een rapport met beleidsmogelijkheden in de aanloop naar de Europese
Raad van 24 en 25 juni 2021.
Midden-Oosten
De Europese Raad besprak de recente ontwikkelingen in het Midden-Oosten, verwelkomde
het staakt-het-vuren en sprak uit dat de Unie samen met internationale partners zal
blijven werken aan de herstart van een politiek proces. Het kabinet benadrukt, in
lijn met de motie van het lid Sjoerdsma c.s. (Kamerstuk 21 501-20, nr. 1669), dat positieve maatregelen en effectieve drukmiddelen om de Israëli’s en Palestijnen
weer aan de onderhandelingstafel te krijgen, hiervan onderdeel moeten uitmaken. De
Europese Raad onderstreepte dat het politieke proces dient uit te monden in een twee-staten-oplossing.
Mali
De Europese Raad stond kort stil bij de recente ontwikkelingen in Mali. De leden van
de Europese Raad sloten zich aan bij de verklaring daarover van ECOWAS en de Afrikaanse
Unie. De Europese Raad veroordeelde de ontvoering van de transitiepresident en -premier
van Mali en riep op tot hun onmiddellijke vrijlating. De Europese Raad toonde zich
bereid zo nodig gerichte maatregelen te nemen tegen politieke en militaire leiders
in Mali die de transitie in de weg staan.
Implementatie Handels- en Samenwerkingsovereenkomst EU-VK
De Europese Raad stond kort stil bij de implementatie van de Handels- en Samenwerkingsovereenkomst
(HSO) tussen de EU en het VK. De Europese Raad verwelkomde de inwerkingtreding van
de HSO per 1 mei en sprak uit te hechten aan volledige en doeltreffende implementatie
van zowel de HSO als het terugtrekkingsakkoord. De Europese Raad riep de Commissie
op om, in nauwe en voortdurende samenspraak met de Raad, ten volle haar rol te blijven
spelen ten aanzien van het verzekeren van de naleving van de akkoorden, ook op het
vlak van burgerrechten, visserij en een gelijk speelveld.
COVID-19-coördinatie
De leden van de Europese Raad deelden ervaringen en constateerden dat het vaccinatietempo
is toegenomen en de epidemiologische situatie is verbeterd waardoor maatschappijen
stap voor stap heropend kunnen worden. Tegelijkertijd blijft het van belang oplettend
te blijven en in te grijpen waar nodig, zeker waar het gaat om de verspreiding van
nieuwe varianten.
De Europese Raad verwelkomde het bereikte akkoord over het EU digitaal Covid certificaat
(voorheen het digitaal groen certificaat) en riep op tot snelle implementatie. In
dat verband riep de Europese Raad op de Raadsaanbeveling (2020/1475) voor reizen binnen
de EU voor half juni aan te passen en zo vrij reizen te vergemakkelijken. De Europese
Raad verwelkomde eveneens de herziening van de Raadsaanbeveling (2020/912) over niet-essentiële
reizen vanuit derde landen naar de EU. Meerdere lidstaten vroegen aandacht voor de
wijze waarop het digitaal Covid certificaat wordt toegepast om het vrij verkeer van
personen weer op gang te kunnen brengen. Ook waren er vragen over hoe omgegaan moet
worden met vaccins die niet door EMA zijn goedgekeurd. Nederland wees erop dat de
epidemiologische situatie leidend moet blijven en dat in de komende weken nauwe afstemming
tussen lidstaten over de toepassing van de Raadsaanbevelingen essentieel is om een
lappendeken aan maatregelen te voorkomen.
Gezien het mondiale karakter van de pandemie kan deze enkel worden bestreden door
wereldwijde samenwerking. Hiertoe riep de Europese Raad op om toegang tot Covid-19
vaccins wereldwijd te verbeteren en benadrukte hij de leidende rol van COVAX in dit
verband. De EU en de lidstaten committeerden zich aan het versneld delen van vaccins
met partnerlanden, met het doel tenminste 100 miljoen doses te doneren voor het einde
van het jaar. Tevens zal de EU inzetten op de ontwikkeling van lokale productiefaciliteiten,
in lijn met de Rome Declaration zoals overeengekomen tijdens de Global Health Summit op 21 mei. Een meerderheid van lidstaten besteedde aandacht aan het belang van het
delen van vaccins, waarbij sommige landen meer nadruk legden op de nabuurregio en
andere meer op ontwikkelingslanden, met name in Afrika. Nederland benadrukte ook het
belang van solidariteit in het kader van het voorgestelde Legal Framework for Pandemic Preparedness, ook hierbij zijn we wereldwijd zo sterk als de zwakste schakel.
Klimaat
In december 2020 kwam de Europese Raad overeen het netto reductiedoel voor de uitstoot
van broeikasgassen op te hogen tot tenminste 55% in 2030 ten opzichte van 1990. Bij
die gelegenheid werd afgesproken opnieuw over klimaat te spreken, met als doel de
Commissie nog sturing te kunnen geven voorafgaand aan de publicatie van het Fit for 55% pakket van wetgevende voorstellen dat de Europese klimaatambitie op deelterreinen
moet uitwerken. Publicatie van dit pakket wordt half juli verwacht. De discussie zou
zich, overeenkomstig de conclusies van de Europese Raad in december, vooral toespitsen
op de toekomstige vormgeving van de Effort Sharing Regulation (ESR).
Regeringsleiders grepen de Europese Raad aan om een uiteenzetting te geven van hun
prioriteiten ten aanzien van het emissiehandelssysteem (ETS) en de ESR, in relatie
tot hun specifieke nationale omstandigheden, zodat de Commissie hiervan nog nota kon
nemen. Nederland heeft de noodzaak van inzet en ambitie van alle lidstaten onderstreept:
er zijn grote stappen nodig om ten minste 55% broeikasgasreductie in 2030 te kunnen
realiseren. In relatie tot de ESR is het daarbij van belang dat de EU-brede doelstelling
wordt aangepast aan het verhoogde reductiedoel en dat de nationale doelstellingen
van de lidstaten moeten convergeren, nu is de spreiding tussen deze doelen te groot.
Daarnaast is het van belang dat bij het vaststellen van de verdeelsleutel voor het
ESR kosteneffectiviteit als criterium afdoende aandacht krijgt. Een groep Centraal-
en Oost-Europese landen wees op verschillende uitgangsposities van lidstaten en pleitte
voor een solidaire benadering bij het uitwerken van de ambitie. In lijn met de motie
Teunissen (kamerstuk 21 501-20, nr. 1667) heeft de Minister-President tijdens de discussie de noodzaak benadrukt dat de EU
de eigen CO2-uitstoot verkleint en gewezen op de mogelijkheden die het Europees Parlement heeft
om hieraan bij te dragen door te bezuinigen op de verplaatsingen.
De Europese Raad nodigde de Commissie uit nu onverwijld in te zetten op publicatie
van het Fit for 55% pakket, vergezeld van effectbeoordelingen op lidstaatniveau. De Europese Raad komt
terug op het onderwerp klimaat wanneer dat opportuun is na de bekendmaking van de
Commissievoorstellen.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A.M. Kaag, minister van Buitenlandse Zaken