Brief regering : Reactie op het bericht 'sekswerkers verdwijnen in de illegaliteit"
35 420 Noodpakket banen en economie
Nr. 267
BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 mei 2021
De Vaste Commissie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft mij gevraagd om een
reactie op het bericht «sekswerkers verdwijnen in de illegaliteit» van 29 april jl.
Ik ben verzocht in het bijzonder in te gaan op de effectiviteit van de steun- en inkomensmaatregelingen
voor sekswerkers, de kwetsbaarheid van deze groep, de toename van ongedocumenteerden
in de seksbranche en het overleg met gemeenten over deze groep.
Met deze brief kom ik, mede namens de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
tegemoet aan dit verzoek.
De maatregelen die het kabinet heeft genomen om het coronavirus te bestrijden zijn
ingrijpend maar noodzakelijk om een ongecontroleerde toename van het aantal besmettingen
te voorkomen. Inmiddels heeft het kabinet een openingsplan gepubliceerd waarbij in
6 stappen, in lijn met de routekaart, per risiconiveau de maatregelen worden afgeschaald
tot en met niveau waakzaam, om uiteindelijk in stap 6 te besluiten wanneer zelfs de
basismaatregelen losgelaten kunnen worden. Onder stap 2 van dit openingsplan valt
onder meer het openen van alle (locaties voor) sekswerk, daarmee zijn alle contactberoepen
weer toegestaan. Openstelling is dus beperkt tot locaties uitsluitend voor de functie
van het contactberoep. Het kunnen zetten van de verschillende stappen die zijn geschetst
in het openingsplan is afhankelijk van de epidemiologische situatie.
De steun- en inkomensmaatregelen
Er is een aantal regelingen waar getroffen burgers, onder wie sekswerkers, aanspraak op kunnen maken. Sekswerkers die als zelfstandig ondernemer werken
kunnen in aanmerking komen voor de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandige ondernemers
(Tozo) als hun huishoudinkomen onder het sociaal minimum is gevallen, zij ingeschreven
staan bij de KvK en ze rechtmatig in Nederland verblijven. Sekswerkers die in dienstverband
werken met een arbeidscontract komen mogelijk in aanmerking voor de WW. Hun werkgever
zou ook mogelijk de NOW (Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid) kunnen
aanvragen.
Daarnaast is er nu de Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK). TONK is
bedoeld voor huishoudens die door de Coronamaatregelen te maken hebben met een forse
inkomensteruggang en daardoor de noodzakelijke (woon)kosten niet meer kunnen betalen.
TONK is geen inkomensregeling, maar kan naast eventuele aanspraken op andere regelingen
voorzien in een tegemoetkoming van deze noodzakelijke (woon)kosten. De precieze uitwerking
van de voorwaarden van TONK en de hoogte van de vergoeding worden lokaal bepaald.
Het kabinet heeft gemeenten verzocht de TONK ruimhartig toe te passen. Sekswerkers
kunnen, afhankelijk van de persoonlijke situatie en de lokale uitwerking, gebruik
maken van de TONK.
Als wordt gewerkt conform de opting-in regeling is geen sprake van zelfstandig ondernemerschap
en is evenmin sprake van een dienstbetrekking voor de werknemersverzekeringen, en
is de sekswerker niet verzekerd voor de werknemersverzekeringen. Wel is dan sprake
van heffing van loonbelasting. Er kan geen aanspraak gemaakt worden op de financiële
regelingen in het kader van de coronacrisis of de WW. Wel kan door deze sekswerkers
als aan de voorwaarden wordt voldaan aanspraak gemaakt worden op algemene bijstand.
Over de effectiviteit van de verschillende regelingen waar sekswerkers gebruik van
maken is geen informatie beschikbaar. Ik ben mij er van bewust dat er sekswerkers
zijn die zich onvoldoende ondersteund voelen door het pakket van steunmaatregelen.
Elke gemeente zet zich in om inwoners, onder wie ook sekswerkers, te ondersteunen
bij het opvangen van de gevolgen van de coronacrisis. Gemeenten hebben daartoe ook
mogelijkheden in het kader van bijzondere bijstand om op basis van maatwerk schrijnende
gevallen te helpen.
Veiligheid sekswerkers
In het bericht wordt opgemerkt dat sekswerkers, ook buiten de coronatijd, steeds meer
illegaal werken. Prostitutiebeleid is een lokale aangelegenheid. Het is daarom afhankelijk
van het lokale beleid wat als illegaal werken wordt beschouwd. Zo is het mogelijk
als gemeente om thuiswerken toe te staan. Het kabinet herkent dat sekswerkers, ook
buiten coronatijd, veel geweld ervaren. Het steunt daarom meerdere projecten om dat
tegen te gaan. Zo heeft het Ministerie van Justitie en Veiligheid het project Ugly
Mugs van Soa Aids gefinancierd. Ugly Mugs is een online platform waar sekswerkers,
die bij het platform aangemeld zijn, elkaar kunnen waarschuwen voor klanten die geweld
tegen sekswerkers hebben gepleegd. Verder kan op het platform ook voorlichtingsinformatie
van uiteenlopende aard worden gedeeld met sekswerkers. Het platform is gebouwd en
Soa Aids heeft een vergunningaanvraag ingediend bij de Autoriteit Persoonsgegevens.
Indien deze wordt toegekend, kan het platform op korte termijn van start gaan.
Daarnaast heeft het Ministerie van Justitie en Veiligheid de gemeente Tilburg een
bijdrage toegekend voor een onderzoek naar geweld tegen sekswerkers. Het doel van
het onderzoek is om meer inzicht te krijgen in 1) de perceptie van sekswerkers van
het risico op geweld gerelateerd aan de uitvoering van sekswerk 2) de redenen waarom
sekswerkers al dan niet hun weg vinden naar de politie en hulpverlenende instanties
en 3) de samenwerking tussen partijen die in de veiligheidszorg een rol spelen in
de aanpak van geweld tegen sekswerkers. Het onderzoek moet ontwikkelingsrichtingen
aanreiken voor vervolgstappen voor gemeenten en partners in de veiligheidszorg bij
de aanpak van geweld tegen sekswerkers.
Vanwege de maatregelen die het kabinet landelijk heeft moeten nemen in het kader van
de bestrijding van de coronacrisis is sekswerk nu tijdelijk niet toegestaan. Sekswerkers
die werken, in strijd met de coronamaatregelen, lopen in toenemende mate het risico
geweld te ervaren van klanten of mensen die zich als klanten voordoen. Geweld tegen
sekswerkers is onaanvaardbaar. Sekswerkers kunnen in het geval dat zij slachtoffer
worden van een misdrijf ook terecht bij de politie voor hulp. Indien de overtreden
maatregelen niet zwaarder wegen dan hetgeen waarvan het slachtoffer aangifte komt
doen dan kan het slachtoffer aangifte doen zonder een boete te ontvangen voor werken
in strijd met coronamaatregelen, bijvoorbeeld in het geval van geweld of diefstal.
Gezien het free in, free-out principe is dit ook op illegaal verblijvenden van toepassing.
Het is echter wel van belang erop te wijzen dat personen zonder verblijfsrecht in
Nederland niet mogen werken. Dit is ook buiten coronatijd in strijd met de wet.
Er kan echter wel recht op opvang zijn voor deze groep. Indien iemand slachtoffer
is van mensenhandel dan kan diegene gebruik maken van de zogenoemde bedenktijd. In
dat geval kan men gedurende drie maanden opvang krijgen om zich voor te bereiden op
het al dan niet doen van aangifte. Als iemand die illegaal verblijft in Nederland
aangifte doet van mensenhandel dan kan diegene op basis daarvan een b8-verblijfsvergunning krijgen. Doorgaans verblijft men dan in een specifieke opvang voor slachtoffers
van mensenhandel. Indien de zaak leidt tot een strafrechtelijke vervolging dan blijft
de verblijfsvergunning in stand en gaat het individu rechten opbouwen, waaronder het
recht op zelfstandige huisvesting.
Ik vind het overigens zeer onwenselijk dat sekswerkers zich genoodzaakt voelen om
door te werken, zowel voor de gezondheid en veiligheid van de sekswerkers als voor
de volksgezondheid. Ik sta in nauw contact met de gemeenten, hulporganisaties en de
politie over de situatie en over hulp aan sekswerkers. De partners zetten zich in
om de sekswerkers zo optimaal mogelijk te ondersteunen. Aan het eind van deze maand
spreek ik met vertegenwoordigers van sekswerkers over de steun- en inkomensmaatregelen
en het geweld tegen sekswerkers in coronatijd.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
W. Koolmees
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid