Brief regering : Reactie op verzoek commissie over het gepubliceerde advies van het Europees Centrum voor ziektepreventie en – bestrijding (ECDC) van 21 april 2021 aangaande maatregelen bij gevaccineerde personen
25 295 Infectieziektenbestrijding
Nr. 1166 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 april 2021
De vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport verzoekt om een reactie
van het kabinet over het gepubliceerde advies van het Europees Centrum voor ziektepreventie
en -bestrijding (ECDC) van 21 april 2021 aangaande maatregelen bij gevaccineerde personen.
Hierbij vraagt de commissie het kabinet om in te gaan op de invloed van het advies
op de wetsvoorstellen van de «tijdelijke wet testbewijzen covid-19» (Kamerstuk 35 807) alsmede de «aanvullende maatregelen voor het internationaal personenverkeer» (Kamerstuk
35 808).
Het kabinet wil zich eerst beraden op het advies, voordat het met een reactie zal
komen. Hierbij zal het kabinet zich laten adviseren door deskundigen. Het Outbreak
Management Team (OMT) is daarom gevraagd om hun zienswijze op het advies van het ECDC.
Het kabinet verwacht maandag 26 april 2021 het OMT-advies te ontvangen. Op 2 maart
jl. heb ik ook de Gezondheidsraad advies gevraagd wat de verwachting is over het effect
van vaccinatie op de transmissie van SARS-CoV-2 in Nederland en hoe dit moet worden
beoordeeld in de internationale context waarin verspreiding kan blijven plaatsvinden.
Dit advies wordt medio mei verwacht. Op basis van deze adviezen zal ik uw Kamer zo
spoedig mogelijk een inhoudelijke reactie sturen.
Het wetsvoorstel «tijdelijke wet testbewijzen covid-19» geeft de grondslag om regels
te kunnen stellen aan het tonen van een testbewijs. Bij lagere regelgeving kunnen
nadere voorwaarden worden gesteld op welke resultaten het testbewijs is gegenereerd.
Zo kan er worden bepaald dat gevaccineerde personen toegang krijgen zonder extra af
te nemen test. Dit geldt ook ten aanzien van het wetsvoorstel «aanvullende maatregelen
voor het internationaal personenverkeer». In zoverre is er geen directe relatie tussen
de wetsvoorstellen en het advies van het ECDC. Voor zover aan de orde wordt op het
advies van het ECDC ingegaan bij de beantwoording van de schriftelijke vragen. In
deze beantwoording zal ook worden ingegaan op het verzoek van de fractie van Forum
voor Democratie om een reactie te geven op het opinieartikel van professor W. Voermans
in de NRC van 19 april jl.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport