Brief regering : Analyse geweldgebruik politie en publicatie cijfers CBS
29 628 Politie
Nr. 1012
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 april 2021
Geweldgebruik door de politie is een thema dat het afgelopen jaar veelvuldig de aandacht
heeft gekregen in het maatschappelijk debat. En dat begrijp ik. De politie oefent
een bij wet toegekend geweldsmonopolie uit, en daar moet zij verantwoord mee omgaan
en transparant over zijn. Zoals ik uw Kamer heb beloofd zet de politie wat verantwoording
en transparantie betreft belangrijke stappen. Een goede informatiepositie is daarbij
van groot belang. Daar draagt de stelselherziening geweldsaanwending sterk aan bij.
Dit voorjaar rapporteert de politie in haar jaarverslag over geweld door de politie.1
De politie heeft ervoor gekozen om vooruitlopend op de wijziging van de Ambtsinstructie
eerste tranche2 van de stelselherziening geweldsaanwending al in 2019 te gaan werken volgens de nieuwe
registratiemethode. Dankzij dit feit is de informatiepositie nu ook zo op orde dat
we langzamerhand in staat zijn om de informatie op zinvolle wijze te analyseren.3 Om meer inzicht te krijgen in de achtergronden van geweldgebruik door de politie
heeft het Informatie analyseteam (IAT) – een samenwerkingsverband tussen het Centraal
Bureau voor de Statistiek (CBS), politie en mijn departement – recent een analyse
uitgevoerd naar het geweldgebruik door politieagenten (GDPA) over de periode tussen
15 januari 2019 en 30 september 2020. Het doel van deze analyse is tweeledig. Enerzijds
dient zij ter versterking van het lerend vermogen van de politieorganisatie, tevens
één van de belangrijkste pijlers van de stelselherziening geweldsaanwending. Anderzijds
kan aan de hand van deze analyse met een kritische blik naar de eigen organisatie
worden gekeken, en kunnen waar nodig verbeteringen worden aangebracht.
De hoofdvraag van de analyse is: welk beeld zien we rondom de geweldsaanwendingen
door politieambtenaren (GDPA) sinds invoering van de nieuwe registratiewijze (v.a.
15 januari 2019), onder welke omstandigheden vinden deze aanwendingen plaats en hoe
ontwikkelde de maatschappelijke context zich? Om de geweldsaanwendingen goed te analyseren
en ervan te leren is het van belang alle mogelijke context hierin mee te nemen, zoals
bijvoorbeeld persoonskenmerken van betrokken burgers en politieambtenaren. Dit inzicht
is verkregen door een samenwerking met het CBS, waarbij (gepseudonimiseerd) kenmerken
(o.a. geslacht, leeftijd, migratieachtergrond en opleidingsniveau) van bij geweldsincidenten
betrokken burgers en politiemensen in beeld zijn gebracht.
De analyse is vandaag opgeleverd. Dat betekent dat het CBS wettelijk verplicht is
vandaag de uitkomsten van hun deel-analyse te publiceren.4 Omdat ik het van groot belang vind transparant te zijn over deze cijfers en geweldgebruik
door de politie in het algemeen ontvangt uw Kamer deze brief als tussenbericht. In
deze brief zal ik nader ingaan op de gepubliceerde cijfers van het CBS. Zoals reeds
benoemd zal de politie naast deze brief ook dit voorjaar in haar jaarverslag rapporteren
over GDPA in 2020. In het Halfjaarbericht politie zal ik nader ingaan op de gehele
analyse en de lessen die daaruit getrokken kunnen worden.
Publicatie CBS-cijfers
De politie gebruikt in het overgrote gedeelte van de incidenten geen geweld. Uit de
bredere analyse van het IAT blijkt dat de politie zich in 0,51% van alle incidenten
genoodzaakt ziet geweld te gebruiken om haar taak uit te kunnen oefenen. Een van de
vragen uit de analyse is wat verklarende factoren kunnen zijn waarom in het ene basisteam
meer of minder geweld wordt toegepast dan in een ander basisteam. Hiervoor is gekeken
naar alle mogelijke factoren, waaronder door het CBS naar persoonskenmerken van de
betrokken burgers en agenten.
Uit de cijfers die het CBS vandaag publiceert, concludeer ik dat de politie zonder
aanziens des persoons optreedt wanneer zij geweld gebruikt. Dat is wat mij betreft
een bevestiging van hoe het hoort te zijn en wat ik verwacht van de Nederlandse politie.
Uit logistische regressie5 concludeert het CBS dat de meegenomen persoonskenmerken van betrokken burgers slechts
(zeer) beperkt een rol spelen in het gebruik van geweld bij een incident door de politie.
De verklaarde variantie van dit model is namelijk zeer laag (Nagelkerke R square =
0,066; waarbij een 1,0 een totale verklaring inhoudt en 0,0 geen enkele). Dat is zo’n
kleine voorspellende factor dat ik de conclusie trek dat bij het inzetten van geweld
de politie niet zo zeer kijkt naar wie ze tegen over zich hebben.
De bredere IAT-analyse toont aan dat het type incidenten in een basisteam wel sterk
verklarend is (regressieanalyse met type incident als model gaf een verklaarde variantie
van 0,727). Zo is er een relatief grotere kans dat er geweld gebruikt moet worden
als een basisteam relatief meer te maken heeft met misdrijven, geweldsincidenten,
verkeerincidenten, incidenten in winkels en op ov-locaties en als de incidenten horeca-gerelateerd
zijn. Denk daarbij aan feiten als – en niet limitatief – mishandeling, bedreiging,
winkeldiefstal en openbare dronkenschap. De demografie van de gebieden waar deze basisteams
actief zijn is sterk stedelijk, kenmerkt zich door lagere leeftijdsgroepen en wijkt
dus af van het gemiddelde van Nederland.
Bij incidenten waarbij de politie genoodzaakt is geweld te gebruiken laat het CBS
zien dat er met name een relatief hoger aantal mannen is onder de burgers, een gemiddeld
lagere leeftijd, vaker een (sterk) stedelijke woonomgeving en vaker een eerdere veroordeling
of strafbeschikking. Omdat sommigen veronderstellen dat de politie meer geweld zou
gebruiken tegen mensen met een bepaalde achtergrond heeft het CBS op ons verzoek binnen
de persoonskenmerken ook gekeken naar migratieachtergrond. In de tellingen is een
oververtegenwoordiging van burgers met een niet-westerse migratieachtergrond te zien.
Volgens het CBS lijkt het kenmerk migratieachtergrond op zichzelf echter een kleine
rol te spelen bij de kans op geweldgebruik door de politie bij een incident. De cijfers
passen volgens het CBS bij de afwijkende demografie van de gebieden waar de kans op
het moeten inzetten van geweld groter is: binnen een sterk/zeer stedelijke omgeving
zijn jongeren en mensen met een migratieachtergrond oververtegenwoordigd.
De politieambtenaren betrokken bij incidenten waar zij genoodzaakt zijn geweld te
gebruiken zijn relatief jonger en vaker man dan vrouw, in vergelijking met alle bij
incidenten betrokken politieambtenaren. Dit kan deels verklaard worden door het feit
dat zij ook vaker worden ingezet op risicovolle tijden zoals in horecanachten.
Conclusie en vervolgstappen
De cijfers van het CBS bieden een aantal waardevolle inzichten over geweldgebruik
door de politie. De cijfers van het CBS maken onderdeel uit van de bredere analyse
naar GDPA. Deze analyse wordt op dit moment nog nader bestudeerd. Zoals gezegd zal
ik de lessen die daaruit getrokken kunnen worden in het komend halfjaarbericht met
uw Kamer delen. Niet alleen vanuit het oogpunt van transparantie, maar ook omdat het
van groot belang is dat van geweldgebruik wordt geleerd. De politie werkt hier hard
aan.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid