Brief regering : Onderzoeksrapport van de Politieacademie inzake "Professioneel Controleren" 2018-2019
29 628 Politie
               30 950
                Rassendiscriminatie
         
Nr. 1011
                   BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
            
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 april 2021
In navolging van mijn eerdere toezegging1 stuur ik uw Kamer bij deze het rapport2 van de Politieacademie naar aanleiding van haar onderzoek «Professioneel controleren»
                     dat is uitgevoerd in 2018/2019 in een pilot met een tiental politieteams. In deze
                     pilot werd een applicatie voor de werktelefoon (de «Proco-app»3) gebruikt, gecombineerd met een handelingskader gericht op de verdere professionalisering
                     van proactieve controles. Het betrof een relatief kleine pilot met het oog op het
                     verder ontwikkelen van de app.
                  
De centrale vraag in het onderzoek was of en onder welke condities deze instrumenten
                     in de praktijk van het proactief controleren (kunnen) werken. Het onderzoek is niet
                     gericht op de vraag of de instrumenten bijdragen aan het voorkomen van etnisch profileren.
                     De onderzoekers geven wel aan dat een goede werking van de instrumenten de kans op
                     etnisch profileren kan beïnvloeden.
                  
Inmiddels gebruiken circa 30.000 politiemedewerkers de Proco-app. Een eerste inventarisatie
                     leverde op dat de nieuwe functionaliteit goed wordt gebruikt door die politiemedewerkers.
                     De politie is voornemens om de effecten van de toepassing van de Proco-app in samenhang
                     met het handelingskader te monitoren. Hiervoor wordt een meetinstrument ontwikkeld
                     om zo inzicht te krijgen in de aard en omvang van de controles. Daarnaast onderzoekt
                     het CBS of de data van het CBS en de data uit de Proco-app kwantitatief inzicht kunnen
                     bieden in het fenomeen etnisch profileren voor zo ver dat mogelijk is binnen de wettelijke
                     kaders4.
                  
Daarnaast zet de politie verder in op bewustwording bij de basisteams door training
                     en opleiding. Het handelingskader – dat in het kader van de landelijk implementatie
                     hernieuwd onder de aandacht is gebracht – wordt een integraal onderdeel van het IBT-lesprogramma.
                     Reflectie is een belangrijk onderdeel van het handelingskader en draagt in belangrijke
                     mate bij aan die gewenste bewustwording.
                  
Pilot «Proactief controleren»
De politie heeft instrumenten ontwikkeld om haar medewerkers te ondersteunen in de
                     professionele uitvoering van proactieve controles. Dat wil zeggen controles van burgers
                     zonder voorafgaande constatering van een overtreding of een strafbaar feit. Een professionele
                     uitvoering van deze controles voorkomt dat politiemensen zich laten leiden door (onbewuste)
                     vooroordelen met daarbij het risico op (etnisch) profileren van groepen en individuen
                     in onze samenleving. Een van deze instrumenten is het Handelingskader proactief controleren waarin de basisprincipes voor de uitvoering van een dergelijke controle staan beschreven:
                     1) selectie op basis van gedrag, feiten en omstandigheden, 2) uitleg van de reden
                     van de controle, 3) een respectvolle, correcte bejegening van betrokkene, en 4) reflectie
                     met collega’s over de controle. De Proco-app ondersteunt de werkwijze zoals beschreven
                     in het Handelingskader met een teller die aangeeft of en hoe vaak een persoon of een
                     auto in het verleden is gecontroleerd en wat daarvan het resultaat is geweest. Wanneer
                     een betrokkene al eerder is gecontroleerd zonder dat dit heeft geleid tot een interventie,
                     kan de politiemedewerker besluiten geen gebruik te maken van een nieuwe controlegelegenheid.
                     Ten slotte is de mogelijkheid geïntroduceerd om mutaties over deze controles meteen
                     op de mobiele werktelefoon in te voeren, in plaats van achteraf op de computer.
                  
De werking van deze instrumenten is door de Politieacademie onderzocht in een pilot.
Daarbinnen zijn zes basisteams die een redelijke afspiegeling vormen van de basisteams
                     binnen de politieorganisatie gevolgd. Er zijn interviews afgenomen onder teamchefs,
                     ambassadeurs (aanjagers) en overige collega's (de «werkvloer»).
                  
Ook zijn tientallen operationele diensten bijgewoond om de praktijk van het proactief
                     controleren te kunnen observeren. Vervolgens is een analyse uitgevoerd op de logging data die door de Proco-app wordt gegenereerd. Uit deze data is onder meer per basisteam
                     per week afgelezen hoe vaak de Proco-app werd gebruikt. Ook valt in het cijfermateriaal
                     te zien of de verhouding tussen het aantal bevragingen en het aantal controles toe-
                     of afneemt. Een afname kan een indicatie zijn dat de aard van het selecteren op straat
                     verandert. De landelijke pilot heeft er bewust voor gekozen om de pilotteams vrij
                     te laten in de wijze van invoering en gebruik van het instrumentarium.
                  
Resultaten
Het handelingskader als instrument voor professioneel controleren bleek niet bij iedereen
                  bekend. Politiemedewerkers geven aan dat zij de basisprincipes van een proactieve
                  controle niet ontlenen aan het handelingskader als document, maar aan de opgedane
                  kennis in het politieonderwijs en (vooral) aan de ervaringen in de politiepraktijk.
                  Politiemedewerkers achten zichzelf professioneel genoeg om een controle te kunnen
                  verantwoorden. Het effect van het handelingskader op het handelen tijdens een controle
                  is dan ook zeer beperkt. In het onderzoek komt naar voren dat politiemedewerkers van
                  mening zijn dat er wel meer bewustzijn en aandacht is voor etnisch profileren in het
                  algemeen.
               
De politiemedewerkers zijn het niet eens over de vraag of de trefkans en/of efficiency
                  van een controle toeneemt met de Proco-app. Wel menen zij dat de controles met dit
                  instrument effectiever kunnen worden ingezet dankzij de extra informatie die voorhanden
                  is. De Proco-app lijkt ervoor te zorgen dat er meer aandacht is voor het selectieproces.
                  Zo merken de politieagenten dat zij zich meer bewust zijn van de keuzemomenten tijdens
                  een controle.
               
De vernieuwingen in MEOS omvatten tevens de introductie van een mutatiefunctie. Door
                  deze toevoeging worden agenten in staat gesteld om ook tijdens de surveillance mutaties
                  via MEOS op te slaan in BVH. Deze mutaties kunnen ook op straat worden geraadpleegd.
               
De onderzoekers concluderen dat het handelingskader en de Proco-app nauwelijks of
                  geen merkbare invloed hebben gehad op de bestaande politiepraktijk binnen de pilotteams,
                  maar dat het wel heeft bijgedragen aan een voortschrijdende bewustwording voor wat
                  betreft het selectieproces bij proactief controleren. De «working rules» zijn bepalender
                  voor de politiepraktijk dan de beleidsvoornemens. De conclusie dat maatregelen moeilijk
                  hun weg vinden in de politiepraktijk werd ook getrokken in het in 2019 verschenen
                  rapport van de Adviescommissie Etnisch profileren naar de politieaanpak van etnisch
                  profileren in de praktijk (Beke 2019)5.
               
Tot slot
Er zijn twee jaar verstreken tussen de uitvoering van de pilot en de totstandkoming
                     en openbaarmaking van het rapport. Met de uitwerking en analyse van alle observaties,
                     interviews en de data uit de Proco-app was meer tijd gemoeid dan gepland. De politie
                     heeft echter niet stilgezeten. De app «Professioneel controleren» is inmiddels landelijk
                     geïmplementeerd, waarbij de aanbevelingen van dit rapport van meerwaarde zijn geweest.
                     De inzet was dat de aan de pilots deelnemende basisteams op organische wijze zelf
                     («vanaf de werkvloer») de app en het handelingskader zouden gebruiken zonder nadrukkelijke
                     sturing «van bovenaf». Dit bleek onvoldoende te werken. Daarom heeft ten behoeve van
                     de landelijke implementatie van de app meer sturing plaatsgevonden, onder meer door
                     «ambassadeurs» binnen de eenheden in te zetten. Daarnaast zijn er technische aanpassingen
                     gedaan die het gebruik van de functionaliteit hebben vereenvoudigd, daar waar er tijdens
                     de pilots nog extra handelingen moesten worden verricht om de functionaliteit te kunnen
                     gebruiken.
                  
Etnisch profileren door de politie moet krachtig worden tegengegaan, ook als dat incidenteel
                     of onbewust gebeurt. Dit is van groot belang voor de legitimiteit van het optreden
                     van de politie, het maatschappelijk vertrouwen van eenieder in de politie en effectief
                     politieoptreden. Ik ben van mening dat herhaald onderzoek naar de effecten en effectiviteit
                     van de maatregelen om professioneel controleren te versterken en om etnisch profileren
                     tegen te gaan, van belang is. De wijze waarop aan deze behoefte tegemoet kan worden
                     gekomen, wordt in de komende periode verder uitgewerkt. Professioneel controleren
                     maakt een belangrijk onderdeel uit van de planvorming voor de realisatie van het gedachtegoed
                     «Politie voor Iedereen». Ik zal uw Kamer hierover binnenkort nader informeren.
                  
De Minister van Justitie en Veiligheid,
                  F.B.J. Grapperhaus
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid