Brief regering : Reactie op verzoek commissie inzake brief over uitzondering voor patiënten die medicinale cannabis, dexamfetamine en morfine gebruiken en deelnemen aan het verkeer
29 398 Maatregelen verkeersveiligheid
Nr. 907
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 maart 2021
De Stichting Patiënten Groep Medicinale Cannabis Gebruikers (PGMCG) heeft 1 december
2020 een brief naar de vaste commissie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport gestuurd
en de Tweede Kamer opgeroepen om:
1. zich uit te spreken over een wettelijke uitzondering voor patiënten die de geneesmiddelen
medicinale cannabis, dexamfetamine en morfine gebruiken en deelnemen aan het verkeer;
2. een spoedprocedure voor een wetswijziging in gang te zetten, zodat de wet niet van
toepassing is bij medicinaal gebruik van deze middelen;
3. met onmiddellijke ingang handhaving op te schorten bij patiënten die kunnen aantonen
dat ze de middelen gebruiken op voorschrift van een arts.
Hiermee wil ik mede namens de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
reageren op deze brief.
Op 1 juli 2017 is de wet drugs in het verkeer1 in werking getreden. Op grond van deze wet is voor een aantal stoffen een grenswaarde
vastgesteld. Indien zo’n grenswaarde wordt overschreden, is het strafbaar om deel
te nemen aan het verkeer. Een aantal van deze stoffen wordt ook in geneesmiddelen
gebruikt of als geneesmiddel voorgeschreven. Hierdoor kan de wet strafrechtelijke
consequenties hebben voor bestuurders van voertuigen die deze geneesmiddelen op medisch
voorschrift gebruiken en waarbij de concentratie in het bloed boven de gestelde grenswaarde
uitkomt. Het gaat hierbij om patiënten die morfine, medicinale cannabis en dexamfetamine
gebruiken.
Ik heb samen met de Ministers van IenW en JenV meerdere oplossingsrichtingen verkend
om een uitzondering te maken in wet- of regelgeving voor deze patiënten. Wij zijn
tot de conclusie gekomen dat, gezien de geringe omvang van de problematiek in de praktijk
en complexiteit van dit onderwerp, het aanhouden van de huidige werkwijze van politie
en OM op dit moment de beste optie is. Uit de verkenning van een ambtelijke werkgroep
is gebleken dat andere oplossingen de verkeersveiligheid niet waarborgen en medicijngebruikers
die deelnemen aan het verkeer niet geheel buiten het strafproces kunnen houden.
Tijdens het Schriftelijk Overleg Verkeershandhaving van de Minister van Justitie en
Veiligheid in november 20202 is een toezegging gedaan dat de Kamer per brief geïnformeerd wordt over de gezamenlijke
beslissing.
Deze brief is op 5 maart 2021 naar de Kamer verstuurd.3 Daarbij hebben de Ministers ook de betrokken partijen en patiëntenorganisaties, waaronder
PGMCG, op de hoogte gesteld van de uitkomst door een communicatiebrief, deze is toegevoegd
aan de bijlage4.
De Minister voor Medische Zorg en Sport,
T. van Ark
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
T. van Ark, minister voor Medische Zorg