Brief regering : Regeling Volkshuisvestingsfonds en openstelling loket
32 847 Integrale visie op de woningmarkt
Nr. 728
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 maart 2021
De woningmarkt is niet af. Er wordt stevig doorgebouwd op de plekken waar het woningtekort
het grootst is, en ik steun tientallen gemeenten in alle regio’s van Nederland om
sneller meer betaalbare woningen te bouwen1. Tegelijkertijd zijn er ook opgaven in de bestaande voorraad rond verduurzaming,
betaalbaarheid en leefbaarheid. In verschillende gebieden staat de leefbaarheid onder
druk, met name in stedelijke vernieuwingsgebieden en grens- en krimpregio’s. Met het
Volkshuisvestingsfonds investeert het kabinet € 450 miljoen in de herstructurering
van de slechtste woningen in de kwetsbaarste gebieden, met bijzondere aandacht voor
de particuliere woningvoorraad2. Daarmee wordt een belangrijke stap gezet om de woonkwaliteit, leefbaarheid en verduurzaming
verder te verbeteren. Gemeenten kunnen het Volkshuisvestingsfonds aanwenden voor voornamelijk
renovatie en verduurzaming (waaronder de aanpak van schimmel), sloop-nieuwbouw, transformatie
van gebouwen naar woningen.
Door middel van deze brief informeer ik uw Kamer over de definitieve regeling3 waarmee het Volkshuisvestingsfonds wordt geopend. Het Volkshuisvestingsfonds is tot
stand gekomen naar aanleiding van het amendement van de leden Smeulders en Nijboer4. Gemeenten, woningcorporaties, koepels en bewoners(organisaties) uit alle provincies
hebben door constructieve bijdragen aan de internetconsulatie geholpen om de regeling
verder aan te scherpen.
Aanvraagprocedure Volkshuisvestingsfonds
In heel Nederland staan gemeenten in de startblokken. Ze zijn in gesprek met hun buurgemeenten
en hun partners, waarvan woningcorporaties en bewoners de belangrijkste zijn, over
hun herstructureringsplannen en over het indienen van een aanvraag voor een bijdrage
uit het Volkshuisvestingsfonds. Deze voortvarendheid wordt ondersteund met een vlotte
openstelling van het loket van 3 mei tot en met 17 mei a.s., waarna rond de zomer
de toekenningen plaats zullen vinden. Ik ondersteun de gemeenten zoveel mogelijk bij
het doen van een aanvraag; de eerste technische briefings vinden deze maand al plaats.
De gemeenten van de stedelijke vernieuwingsgebieden en grens- en krimpregio’s kunnen
rekenen op extra ondersteuning bij het opstellen van hun aanvraag.
Om in aanmerking te komen voor een bijdrage uit het Volkshuisvestingsfonds, dient
de aanvraag aan enkele criteria te voldoen. Deze criteria zien onder andere op de
omvang, financiering en planning van de maatregelen waarvoor een bijdrage wordt gevraagd.
Om het Volkshuisvestingsfonds toegankelijk te maken, juist voor herstructurering in
de kleine kernen in grens- en krimpregio’s, wordt de ondergrens voor de minimale aanvraaggrootte
verlaagd naar aanleiding van de internetconsultatie en de motie van de leden Koerhuis
en Dik-Faber5. Het programma waarop de aanvraag betrekking heeft dient over de looptijd minimaal
200 woningen te bevatten of een omvang van € 7,5 miljoen te hebben; dit was respectievelijk
250 woningen en € 10 miljoen. Gemeenten kunnen in een gebiedsgerichte aanpak gezamenlijk
een aanvraag indienen, waardoor gemeenten met een eigen opgave van minder dan 200
woningen ook in gezamenlijkheid in aanmerking komen voor een bijdrage. Voor aanvragen
geldt dat door betrokken partijen minimaal 30% cofinanciering geleverd moet worden
gedurende de looptijd van het programma. De looptijd is 10 jaar; realisatie kan dus
gefaseerd plaatsvinden.
Indien een aanvraag aan de criteria voldoet wordt de aanvraagdocumentatie onafhankelijk
beoordeeld. Naar aanleiding van consultatiereacties en bespreking met gemeenten en
regio’s, heb ik besloten de beoordelingssystematiek eenvoudiger vorm te geven. Daarmee
worden effectenanalyes die leiden tot hoge administratieve druk vermeden en is het
voor gemeenten eenvoudiger om een de relatief korte tijd tot de openstelling van de
regeling een aanvraag voor te bereiden. De methodiek van toetsing blijft onverminderd
volledig, objectief en zorgvuldig, en bestaande (onderzoeks)informatie wordt zoveel
mogelijk benut. Aanvragen zullen door een onafhankelijke toetsingscommissie worden
beoordeeld op urgentie, effectiviteit, doelmatigheid en hardheid. Op basis van deze
beoordeling wordt besloten of een toekenning plaats kan vinden.
Focus op kwetsbaar gebied en lokale samenwerking
Met het Volkshuisvestingsfonds zet ik de woningvoorraad in de kwetsbaarste gebieden
centraal. De kwetsbaarste gebieden hebben vaak een combinatie aan complexe opgaven:
in het ene gebied leidt een tekort aan betaalbare woningen tot excessen met malafide
verhuur en slechte woonkwaliteit gekoppeld aan criminaliteitsproblematiek, terwijl
in het andere gebied een (naderend) overschot aan woningen en beperkte investeringscapaciteit
van particulieren leidt tot verloedering, verminderde draagkracht voor maatschappelijke
voorzieningen en achterblijvende verduurzaming van woningen. Door middel van herstructurering
en noodzakelijke ingrepen in de openbare ruimte wil ik komen tot verbetering van de
woonkwaliteit, leefbaarheid en openbare ruimte in deze gebieden.
In de programma’s die ik met het Volkshuisvestingsfonds wil steunen is synergie van
belang tussen de aanpak van particuliere woningen en het corporatiebezit in kwetsbare
gebieden. Woningcorporaties zijn doorslaggevend voor het succes van het Volkshuisvestingsfonds,
omdat zij de uitvoeringskracht hebben om grootschalige projecten op te pakken en omdat
zij met gelijktijdige investeringen in hun eigen bezit schaal kunnen realiseren, of
woningen kunnen aankopen (inponden) met herstructurering als specifiek doel. Daar
waar het corporaties aan investeringscapaciteit ontbreekt om dergelijke projecten
op te pakken, biedt het Volkshuisvestingsfonds ook voor de aanpak van het corporatiebezit
een tegemoetkoming. Op deze manier kunnen dus ook programma’s in wijken met hoofdzakelijk
corporatiebezit in aanmerking komen voor ondersteuning uit het Volkshuisvestingsfonds.
Gemeenten zullen in hun aanvraag moeten onderbouwen op welke wijze zij met bewoners,
particuliere verhuurders en woningcorporaties hebben samengewerkt aan de totstandkoming
van de plannen en waarom kosten niet op andere wijze gedekt kunnen worden.
Wonen is meer dan alleen de woning
Het Volkshuisvestingsfonds richt zich op fysieke ingrepen in kwetsbare wijken die
de woonkwaliteit, leefbaarheid en duurzaamheid verbeteren. Deze fysieke maatregelen
zijn een noodzakelijke voorwaarde om een kentering te bereiken en een vliegwiel te
zijn voor versterking van het kwetsbare gebied. Op zichzelf zijn deze fysieke maatregelen
echter onvoldoende, en zijn ook flankerende beleidsmatige ingrepen nodig. Gemeenten
moeten in hun aanvraag aantonen op welke wijze de investering van het Volkshuisvesting
onderdeel is van een bredere (bestaande, sociale) aanpak om de leefbaarheid in deze
gebieden te vergroten.
Met de introductie van het Volkshuisvestingsfonds wordt een belangrijke stap gezet
in de verbetering van de woonkwaliteit, met name in de kwetsbare gebieden waar de
opgave het grootst is. Er is werk aan de winkel voor de woningmarkt; samen gaan we
aan de slag voor een prettige en duurzame woning en woonomgeving voor iedereen.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
K.H. Ollongren
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties