Brief regering : Geannoteerde agenda informele bijeenkomst met EU-transportministers op 30 maart 2021
21 501-33 Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie
Nr. 846
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 10 maart 2021
Hierbij doe ik u, mede namens de Minister van Infrastructuur en Waterstaat, de geannoteerde
agenda toekomen van de virtuele informele bijeenkomst met EU-transportministers. De
bijeenkomst, georganiseerd door het Portugees Voorzitterschap, zal plaatsvinden op
30 maart 2021 en volgt na de officiële lancering van de Year of the Rail op 29 maart 2021. Alhoewel het Portugees Voorzitterschap nog geen agenda heeft gepubliceerd,
heeft het in de uitnodigingsbrief te kennen gegeven dat de informele bijeenkomst zich
zal richten op het Europees spoorvervoer. Om deze reden zal ik deelnemen aan de informele
bijeenkomst.
Tot slot informeer ik uw Kamer graag over de aanstelling van de ambassadeur voor de
Year of the Rail.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
S. van Veldhoven – van der Meer
I. Informele bijeenkomst met EU-transportministers, 30 maart 20201
Op 30 maart organiseert het Portugees Voorzitterschap de informele bijeenkomst met
EU-transportministers, gericht op het Europees spoorvervoer. Tijdens de bijeenkomst
is er een debat voorzien over o.a. (internationaal) personenvervoer, het verhogen
van de aantrekkelijkheid van de Europese spoorsector (m.n. onder jongeren) en het
bevorderen van het stedelijk vervoer. De informele bijeenkomst borduurt voort op de
lancering van de Year of the Rail(YoR), die op 29 maart zal plaatsvinden. Het is tijdens de YoR de Nederlandse inzet
dat eveneens de eerste politieke conclusies van het platform International Rail Passenger Transport worden gepresenteerd. De uitkomsten van zowel de politieke conclusies als het debat
tijdens de informele bijeenkomst zullen worden verwerkt in Raadsconclusies, waarvan
het streven van het Portugese Voorzitterschap is dat deze tijdens de Transportraad
van juni 2021 worden aangenomen.
(Internationaal) personenvervoer
Inhoud en inzet Nederland
Met betrekking tot het bevorderen van het (internationaal) personenvervoer per spoor
hebben 25 EU-lidstaten (alsmede Noorwegen en Zwitserland) tijdens de Transportraad
van d.d. 4 juni 20201 een politieke verklaring aangenomen, waarin de ambitie is uitgesproken om het internationaal
personenvervoer per spoor in het kader van de Green Deal2 Europees te agenderen. De Europese lidstaten hebben hiermee het voornemen uitgesproken
om het platform International Rail Passenger Transport op te richten, dat moet leiden tot een verbetering van internationaal personenvervoer
per spoor en – additioneel hieraan – bijdraagt aan het verwezenlijken van de doelstellingen
van de EU Green Deal. Tijdens de lancering van de YoR op 29 maart zullen de eerste
politieke conclusies gedeeld worden door Nederland en Oostenrijk, als voorzitters
van het platform. Na de lancering en de informele bijeenkomst met EU-transportministers,
zullen de conclusies verder uitgewerkt worden door de verschillende subgroepen van
het platform.
Het kabinet is van mening dat de ontwikkeling van het Europees internationaal personenvervoer
per spoor een belangrijke bijdrage kan leveren aan de doelen van de EU Green Deal
en de Europese strategie voor slimme en duurzame mobiliteit3. Voor dit type spoorvervoer is de ambitie uitgesproken om tegen 2030 een verdubbeling
van het aantal reisbewegingen per hogesnelheidstrein te realiseren. Om deze doelstelling
te bewerkstelligen hecht het kabinet groot belang aan het starten van internationale
pilotlijnen, zoals genoemd in de strategie voor duurzame en slimme mobiliteit. De
inzet hierbij is om pilotlijnen te starten die inzichtelijk maken hoe de belangrijkste
barrières voor internationaal personenvervoer weggenomen kunnen worden. Welke lijnen
dit zullen zijn, zal nader met de Commissie, lidstaten en de sector besproken moeten
worden. Deze inzet moet leiden tot een robuust en interoperabel netwerk van internationale
personenvervoersdiensten in de EU. Daarnaast is het kabinet van mening dat digitalisering
en beschikbaarheid van internationale ticketing gestimuleerd moet worden.
Vrijwel alle EU-lidstaten zijn betrokken bij het platform en zijn gebaat bij het bevorderen
van het internationaal personenvervoer. Wel discussiëren de lidstaten nog over een
aantal punten, m.n. op het gebied van digitalisering en de verkoop en beschikbaarheid
van rail tickets voor derde partijen.
Verhogen aantrekkelijkheid spoorsector
Inhoud en inzet Nederland
Het Portugees Voorzitterschap heeft eerder aangegeven dat zij te kampen heeft met
een groot nationaal tekort aan jonge arbeidskrachten in de spoorsector. Vermoedelijk
wilt het Voorzitterschap dit onderwerp agenderen om van gedachten te wisselen over
mogelijkheden om dit probleem op te lossen.
Het kabinet herkent de door het Voorzitterschap geschetste problematiek. De afgelopen
jaren is ook in Nederland aandacht geweest voor versterking van de arbeidsmarkt binnen
de spoorsector. Vanuit de Tweede Kamer is hier aandacht aan besteed in 2018 toen D66-leden
Jetten en Sienot het actieplan »Denderende banen op het spoor» aanboden aan de Staatsecretaris
van IenW ter versterking van de arbeidsmarkt binnen de spoorsector4. In de reactie5 op dit actieplan aan uw Kamer is aangegeven dat er o.a. behoefte is aan extra werknemers
in de spooraannemerij, mede vanwege een steeds meer vergrijzend personeelsbestand
en concurrerende arbeidsmarkt. Momenteel zijn er een aantal verschillende mbo-opleidingen
in Nederland, die studenten opleiden voor beroepen die ook voor de spoorsector van
toepassing zijn. De opleidingen worden door de onderwijsinstellingen in nauw overleg
met het bedrijfsleven ontwikkeld. Tevens hebben de Staatssecretaris van IenW, de Minister
van SZW, ProRail en een aantal Nederlandse spooraannemers in 2019 de intentieverklaring
«Duurzame arbeidsmarkt op de rails» 6 ondertekend en een pilotproject opgesteld, dat minimaal 30 statushouders moest interesseren
en opleiden voor een baan in de spoorsector. Deze pilot is inmiddels bijna afgerond.
Het kabinet hecht waarde aan het stimuleren van jonge arbeidskrachten in de spoorsector
en is bereid hier EU-breed naar te kijken door goede praktijkvoorbeelden met elkaar
te delen.
Stedelijk openbaar vervoer
Inhoud en inzet Nederland
Tevens heeft het Portugees Voorzitterschap laten weten de informele bijeenkomst onder
meer te willen benutten om de samenhang van transportnetwerken in stedelijke gebieden
te bespreken, waaronder de ontwikkeling van openbaar vervoer en intermodale aspecten.
In het kader hiervan wordt uitgegaan dat het Portugees Voorzitterschap van gedachten
wilt wisselen met lidstaten over dit onderwerp, waarbij het de bedoeling is dat goede
praktijkvoorbeelden met elkaar worden gedeeld en besproken. Het kabinet steunt de
inzet voor ontwikkeling van duurzame stedelijke vervoersnetwerken en acht dit van
groot belang voor de leefbaarheid van stedelijke gebieden. Hierbij zijn onder andere
digitalisering van reisinformatie en ticketing en ontwikkeling van openbaar vervoer
en fietsinfrastructuur van groot belang.
II. Nederlandse inzet programma Year of the Rail
Het programma voor de YoR vloeit voort uit het besluit7 van de Raad en het Europees parlement, waarin 2021 uitgeroepen is tot Year of the Rail. In de YoR gaat het zowel om bijdragen aan de nationale en Europese beleidsontwikkeling
voor spoorwegen, maar ook om publieksevenementen, die moeten bijdragen aan het verder
onder de aandacht brengen van de Europese spoorsector. Op Europees niveau is er regelmatig
overleg met nationale contactpunten van de lidstaten over de programmering van de
YoR. Hier neemt ook Nederland aan deel. Daarnaast bereiden diverse partijen uit de
brede Nederlandse spoorsector ook een programma voor de YoR voor.
Om in Nederland kracht te zetten bij de YoR heeft de Staatssecretaris van IenW, in
overleg met vertegenwoordigers van de Nederlandse OV-sector, Wim van de Camp gevraagd
op te treden als ambassadeur voor de YoR. Wim van de Camp is voormalig lid van het
Europees parlement en heeft onder andere door zijn rol als rapporteur van het vierde
Spoorwegpakket intensief deelgenomen aan het Europees beleidsdebat over het gebruik
van spoorwegen voor personen- en goederenvervoer. In zijn rol als ambassadeur kan
Wim van de Camp fungeren als een boegbeeld van de Nederlandse spoorwegsector tijdens
de Europese activiteiten om te laten zien welke mogelijkheden reizen per spoor biedt,
niet alleen binnen Nederland, maar ook tussen de Europese landen en steden. Op die
manier kan de ambassadeur bijdragen aan een aansprekend programma voor de YoR.
Indieners
-
Indiener
S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.