Brief regering : Programmering ESF REACT-EU en ESF+
26 642 Europees Sociaal Fonds (ESF)
Nr. 142
BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 februari 2021
Inleiding
Op 8 december 2020 bent u door de Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat
geïnformeerd over de gemaakte keuzes en de middelenverdeling voor het Europese Just
Transition Fund (JTF) en het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO).1 In deze brief is aangegeven dat uw Kamer door mij separaat op de hoogte zal worden
gesteld over de programmering van de voor Nederland bestemde middelen uit het Europees
Sociaal Fonds (ESF). Met deze brief informeer ik u over de programmering van de aanvullende
crisismiddelen onder het lopende ESF programma 2014–2020, REACT-EU2, en over de voortgang van de ontwikkeling van het nieuwe ESF+ programma 2021–2027.
Aanvullende crisismiddelen REACT-EU
In reactie op de Covid-19 pandemie heeft de Europese Unie een omvangrijk herstelpakket
aangenomen dat de lidstaten van de EU sociaaleconomisch moet helpen herstellen van
de COVID-19 crisis. Eén van de instrumenten onder dit herstelpakket betreft REACT-EU.
Onder REACT-EU wordt aanvullend budget beschikbaar gesteld aan het Europees Sociaal
Fonds (ESF) en het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO). Voor 2021 wordt
een bedrag van ruim € 220 miljoen toegevoegd aan het lopende nationale ESF programma
2014–2020. Dit betreft ongeveer 80% van het totaalbudget van REACT-EU, maar ook in
2022 wordt nog een extra budget beschikbaar gesteld vanuit REACT-EU. Dit bedrag wordt
eind 2021 door de Europese Commissie bekend gemaakt. De hoogte hangt af van de economische
ontwikkelingen in relatie tot de crisis.
De aanvullende ESF-middelen uit REACT-EU dienen als crisisbudget en moeten uiterlijk
31 december 2023 zijn besteed op projectniveau. Snelle programmering onder het lopende
ESF-programma is dan ook van groot belang. Het programmavoorstel is tot stand gekomen
in overleg met de relevante partners die betrokken zijn bij de uitvoering van het
Nederlandse ESF-programma, waaronder de VNG en sociale partners. Het voorstel is afgestemd
met de Europese Commissie en goedgekeurd door het Toezichtcomité ESF3, dat toezicht houdt op de uitvoering van het Nederlandse ESF-programma.
In overeenstemming met de door de Europese Commissie vastgestelde crisisdoelstelling
kies ik ervoor om met de aanvullende ESF-middelen uit het REACT-EU de werkgelegenheids-
en sociale effecten van de COVID-19-crisis aan te pakken door te focussen op de ondersteuning
van kwetsbare werkenden en werkzoekenden. Veel van de mensen die behoren tot deze
groep worden momenteel hard geraakt door de crisis. De aanvullende ESF-middelen worden
gericht op het aan het werk helpen en houden van deze doelgroep. Om de middelen snel
en daadkrachtig in te kunnen zetten is ervoor gekozen om zoveel mogelijk aan te sluiten
op de bestaande inrichting en uitvoeringsstructuren van het ESF-programma 2014–2020.
De middelen worden gericht op:
• De begeleiding en opleiding van kwetsbare werkenden en werkzoekenden in de 35 arbeidsmarktregio’s
in Nederland.
• De begeleiding en opleiding van leerlingen uit het voortgezet speciaal onderwijs (vso)
en het praktijkonderwijs (pro) om de stap naar de arbeidsmarkt te kunnen maken.
• De begeleiding en opleiding van mensen die in een justitiële inrichting verblijven.
• De bij- en omscholing van werk naar werk voor kwetsbare werkenden en werkenden die
willen overstappen naar werk in een krapteberoep al dan niet in een andere sector.
Zodra alle EU-wetgeving rondom REACT-EU van kracht is, zal ik het gewijzigde ESF-programma
2014–2020 indienen bij de Europese Commissie. Verwachting is dat dit in maart 2021
mogelijk zal zijn. Parallel aan dit proces wordt gewerkt aan de aanpassing van de
Nederlandse regelgeving met betrekking tot het ESF 2014–2020, zodat de nodige aanvraagtijdvakken
voor projecten onder dit initiatief zo snel mogelijk kunnen worden opengesteld.
Programmering ESF+ 2021–2027
In de voortgangsbrief ESF van 2 april 20204 is de toezegging opgenomen om u nader te informeren zodra er meer informatie beschikbaar
is over de programmering van het ESF+ (ESF-middelen voor de programmeringsperiode
2021–2027) en de eisen die hieraan worden gesteld op grond van de Europese verordeningen.
In deze brief breng ik u op de hoogte van de laatste ontwikkelingen.
In december 2020 is er door de Europese regeringsleiders een akkoord bereikt over
de meerjarenbegroting (het meerjarig financieel kader, MFK) voor de Europese Unie
voor de periode 2021–2027. Nederland kan rekenen op een ESF+ budget van ruim € 413
miljoen voor de periode 2021–2027. Eind januari 2021 bereikten het Portugese voorzitterschap
en het Europees Parlement een politiek akkoord over de ESF+ deelverordening. Middels
de geannoteerde agenda van de Informele Raad WSBVC5 bent u geïnformeerd over dit akkoord en de Nederlandse appreciatie van dit akkoord.
Omdat de onderhandelingen over de relevante deelverordeningen nog niet formeel zijn
afgerond is het op dit moment echter nog niet mogelijk om een voorstel bij de Europese
Commissie in te dienen voor de programmering van de voor Nederland bestemde middelen
uit het ESF+.
Gezien het feit dat er aanvullende ESF-middelen beschikbaar zijn gekomen om de effecten
van de Coronacrisis te bestrijden (REACT-EU) en gezien het late akkoord op de relevante
verordeningen, heb ik besloten om de start van het nieuwe ESF+ programma uit te stellen
tot het jaar 2022. Op deze manier kunnen eerst de aanvullende ESF-middelen vanuit
REACT-EU worden ingezet en kan daaropvolgend worden aangesloten met de uitvoering
van het nieuwe ESF+ programma. Deze werkwijze voorkomt bovendien ongewenste overlap
bij het inzetten van de voor Nederland beschikbare ESF-middelen ten behoeve van verschillende
programmeringsperiodes. Dankzij de aanvullende ESF-middelen uit REACT-EU wordt tegelijkertijd
geborgd dat er geen gat valt in de ondersteuning van de kwetsbare doelgroep met ESF-middelen.
In de brief van 2 april 2020 over de uitvoering van het ESF-programma is aangegeven
dat het nieuwe programma ESF+ 2021–2027 voornamelijk zal worden gericht op de ondersteuning
van kwetsbare werkenden en werkzoekenden in de 35 arbeidsmarktregio’s die Nederland
telt. Deze doelgroep had al een kwetsbare arbeidsmarktpositie en de Coronacrisis heeft
dit alleen maar versterkt.
In dezelfde Kamerbrief is gemeld dat er ontwikkelingen in de Europese onderhandelingen
waren die mogelijk van invloed zouden kunnen zijn op de programmering van het ESF+.
Deze ontwikkelingen hadden betrekking op een nieuwe Europees fonds voor een rechtvaardige
klimaattransitie, het Just Transition Fund (JTF)6 en een eventuele Europese Kindgarantie7. Inmiddels kan ik u melden dat deze onderwerpen naar verwachting geen directe invloed
hebben op de programmeringsplannen voor het ESF+.
Daarnaast is op 16 november 2020, door de toenmalig Staatssecretaris van SZW, mede
namens de Minister van LNV, aan uw Kamer gemeld dat het kabinet bereid is om een deel
van de middelen uit het ESF+ in te zetten als materiele steun/voedselhulp ter ondersteuning
van de meest behoeftigendoelgroep.8 Over de invulling vinden momenteel gesprekken plaats met Voedselbanken Nederland
en de Europese Commissie. Op basis van het eerdergenoemde politiek akkoord over de
ESF+ verordening moet minimaal 3% van de Nederlandse ESF+ middelen worden gericht
op de ondersteuning van de meest behoeftigen doelgroep.
Tot slot
Het Europees Sociaal Fonds (ESF) heeft als oudste structuurfonds van de Europese Unie
het specifieke doel om de «werkgelegenheid voor de werknemers in de interne markt
te verbeteren en zodoende bij te dragen tot verhoging van de levensstandaard».9 Het is met dit doel in het achterhoofd dat de ESF-middelen in Nederland al sinds
jaar en dag worden ingezet voor de ondersteuning van mensen om ze aan het werk te
helpen en te houden. Daarom worden de ESF-middelen zoveel mogelijk daar ingezet waar
de kwetsbare doelgroep zich bevindt.
De komende tijd benut ik om samen met onze programmeringspartners tot een nadere uitwerking
te komen van het Nederlandse ESF+ programma overeenkomstig dit uitgangspunt. Ik zal
u informeren over de voortgang van de Europese besluitvorming en de Nederlandse invulling
van het programma. Ook zal ik u binnenkort in meer detail informeren over de uitvoering
van het lopende ESF-programma 2014–2020.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
W. Koolmees
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W. Koolmees, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid