Brief regering : Meerjarenperspectief 2021-2024 Inspectie Justitie en Veiligheid

Nr. 101
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 februari 2021

Hierbij bied ik u, mede namens de Minister voor Rechtsbescherming en de Staatssecretaris
van Justitie en Veiligheid, het nieuwe meerjarenperspectief 2021–2024 van de Inspectie
Justitie en Veiligheid (hierna Inspectie) aan1.

Meerjarenperspectief 2021–2024 Inspectie JenV

In het werkprogramma 2021 heeft de Inspectie het fundament voor dit Meerjarenperspectief
neergelegd. Hierin zijn twee strategische speerpunten voor de komende jaren benoemd:
de «maatschappelijke opgave centraal» en «uitvoering in beeld». De Inspectie is op
basis van dit fundament in gesprek gegaan met organisaties waar zij toezicht op houdt
én andere betrokken organisaties.

De Inspectie heeft het fundament ontwikkeld tot een Meerjarenperspectief 2021–2024
door focus aan te brengen en aan te geven op welke wijze zij toezicht gaat houden.
Daarmee biedt het Meerjarenperspectief de basis voor de komende jaarlijkse werkprogramma’s.
De werkprogramma’s bevatten de concrete toezichtactiviteiten en worden gelijktijdig
met de begrotingsstukken openbaar.

Doelen

De Inspectie heeft in haar Meerjarenperspectief 2021–2024 de volgende vier doelen
geformuleerd:

1. Het stimuleren van veerkracht en weerbaarheid van organisaties

De Inspectie wil de veerkracht stimuleren door onderzoek te doen naar de voorbereiding
op onverwachte gebeurtenissen, zoals een crisis of ramp of een grote verandering in
een keten. Denk bijvoorbeeld aan de mate waarin organisaties hebben geleerd van de
coronapandemie en voorbereid zijn op nieuwe crises. Daarnaast is digitale veiligheid
een vitaal onderdeel van een organisatie. De Inspectie richt haar toezicht daarom
ook op het bevorderen van de weerbaarheid op dit vlak.

2. Het bevorderen van het lerend vermogen van organisaties

De komende jaren zet de Inspectie in op het bevorderen van het lerend vermogen van
organisaties. Dit doet zij niet alleen door goed in verbinding te staan met die onderdelen
van organisaties die hiermee bezig zijn maar ook door te volgen wat de organisaties
leren van incidenten en klachten in brede zin. Ook betrekt de Inspectie de inrichting
van de kwaliteitszorg in haar onderzoeken.

3. Het bevorderen van effectieve ketens en netwerken

De uitvoering krijgt gestalte binnen (complexe) ketens en netwerken. Veelzijdige problematiek
vraagt om bredere benaderingen. De Inspectie wil het toezicht zodanig inrichten dat
zij bijdraagt aan effectieve samenwerking in ketens en netwerken in het JenV-domein.
De Inspectie richt het toezicht daarom op de opgave en de wijze waarop de organisaties
hier gezamenlijk aan bijdragen.

4. Organisaties scherp houden op het burgerperspectief

Het bieden van veiligheid, rechtszekerheid en bescherming van grondrechten aan burgers
zijn kerntaken van JenV-organisaties. Burgers moeten hierop kunnen vertrouwen. Of
het nu gaat om de burger die aangifte doet van een misdrijf of de gedetineerde die
met hulp en ondersteuning terugkeert in de samenleving. Bereiken de organisaties voor
deze burgers wat ze moeten bereiken? En zijn zij daarover transparant en betrouwbaar?
De Inspectie richt haar toezicht op de (kwaliteit van de) processen in het JenV-domein
de komende jaren meer op het effect voor deze burgers. Het rapport Ongekend Onrecht
van de Parlementaire ondervragingscommissie kinderopvangtoeslag (2020) (Kamerstuk
35 510, nr. 2) laat zien hoe belangrijk het is dat het effect op de burger in beeld is.

Toezicht

Het motto van de Inspectie is: «Inspectie JenV. Toezicht, omdat rechtvaardigheid en
veiligheid niet vanzelfsprekend zijn.» Met haar toezicht onderzoekt de Inspectie waar
zich risico’s voordoen, waar het goed gaat en waar het beter kan.

Het regulier toezicht is erop gericht om over de gehele breedte informatie uit te
wisselen met het veld en te signaleren wat er speelt. Het verdiepend toezicht is erop
gericht een onderwerp meer uit te diepen wanneer zich (terugkerende) problemen voordoen.
Het intensief toezicht is bedoeld om partijen te bewegen tot absoluut noodzakelijke
verbeteringen op een onderwerp.

In de uitvoering van haar taken staan daarbij de volgende kernwaarden centraal: deskundig,
in verbinding en onafhankelijk.

U wordt geïnformeerd over tussentijdse wijzigingen en over andere aangelegenheden
die de uitvoering van dit Meerjarenperspectief in belangrijke mate beïnvloeden. In
de komende jaarverslagen legt de Inspectie verantwoording af over de gerealiseerde
programmering in relatie tot haar Meerjarenperspectief.

De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus