Brief regering : Regeling tot wijziging van de Tijdelijke wet maatregelen covid-19 in verband met het verlengen van de verzwaarde maatregelen voor onderwijsinstellingen en kinderopvang
25 295 Infectieziektenbestrijding
Nr. 904
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Ontvangen ter Griffie op 13 januari 2021.
De vastgestelde ministeriële regeling kan niet eerder inwerking treden dan op 21 januari
2021.
De vastgestelde ministeriële regeling vervalt van rechtswege indien de Kamer, op voorstel
van vijftig leden uiterlijk 20 januari 2021 te kennen geeft niet in te stemmen met
de regeling.
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 januari 2021
Hierbij bied ik u, mede namens de Minister van Justitie en Veiligheid en de Minister
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, ter uitvoering van artikel 58c, derde
lid, van de Wet publieke gezondheid, de navolgende regeling aan:
– Regeling van de Ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, van Justitie en Veiligheid
en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 12 januari 2021 tot wijziging
van de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 19 in verband met een verlenging van
de verzwaarde maatregelen voor onderwijsinstellingen en kinderopvang1.
Deze regeling wordt niet bij u nagehangen met een beroep op de spoedprocedure van
artikel 58c, derde lid, van de Wet publieke gezondheid. Het nahangen van deze regeling
zou tot gevolg hebben dat de maatregelen op hun vroegst op woensdag 20 januari 2021
in werking kunnen treden. De huidige maatregelen voor onderwijsinstellingen vervallen
echter van rechtswege op maandag 18 januari 2021. Onderwijsinstellingen zouden in
dat geval maandag 18 en dinsdag 19 januari weer open kunnen gaan, hetgeen niet mogelijk
moet zijn. Naar mijn oordeel kan daarom de uitgestelde inwerkingtreding van ten minste
een week – die uitgangspunt dient te zijn bij de vaststelling van maatregelen op basis
van hoofdstuk Va Wpg – in deze zeer dringende omstandigheden niet worden afgewacht.
Een overeenkomstige brief heb ik gezonden aan de voorzitter van de Eerste Kamer der
Staten-Generaal.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
H.M. de Jonge
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport