Brief regering : Wijziging van de Investeringssubsidie Duurzame Energie-regeling (ISDE) vanaf 1 januari 2021
30 196 Duurzame ontwikkeling en beleid
Nr. 744 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 december 2020
Op verschillende momenten is uw Kamer geïnformeerd over een aantal voorgenomen aanvullingen
op de huidige Investeringssubsidie Duurzame Energie (ISDE). In de eerste plaats bent
u met mijn brief van 28 juni 20191 over het Klimaatakkoord geïnformeerd over mijn voornemen om aan de nu via de ISDE
gesubsidieerde warmte-installaties (warmtepompen en zonneboilers) tevens het subsidiëren
van isolatiematregelen door eigenaar-bewoners toe te voegen. In de tweede plaats heeft
de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties u met haar brief van 12 juni
20202 geïnformeerd over het via de ISDE subsidiëren van de aansluiting van particuliere
koopwoningen op warmtenetten. Tot slot heb ik u met mijn brief van 24 juni 20203 geïnformeerd over het aan de ISDE toevoegen van een tijdelijke subsidiemogelijkheid
voor de plaatsing van zon-PV en kleine windmolens door in het bijzonder het MKB. Met
dit laatste element heb ik invulling gegeven aan het aangenomen amendement van het
lid Agnes Mulder4 en de aangenomen motie van het lid Harbers c.s.5 die in aanvulling op dit amendement was ingediend6.
Met deze brief informeer ik u over de uitwerking van bovenstaande aanvullingen die
zijn verwerkt in de op 14 december 2021 in de Staatscourant gepubliceerde nieuwe ISDE-regeling7, die vanaf 1 januari 2021 in werking zal treden. Om er voor te zorgen dat de naam
van de regeling de aangevulde inhoud blijft dekken wordt de volledige naam gewijzigd
in Investeringssubsidie Duurzame energie en Energiebesparing. De afkorting ISDE blijft
ongewijzigd.
Zoals aangegeven gaat het bij genoemde wijzigingen om een aanvulling op de bestaande
ISDE. Dat betekent dat de ISDE zich de komende jaren net als dit jaar zal blijven
richten op het subsidiëren van investeringen in warmtepompen en zonneboilers. Voor
deze investeringen blijven de voorwaarden en subsidiebedragen ten opzichte van dit
jaar ongewijzigd.
Met de hieronder nader toegelichte aanvullende maatregelen gaat de ISDE zich vanaf
volgend jaar richten op maatschappelijk gewenste ontwikkelingen in de gebouwde omgeving,
die voortvloeien uit het Klimaatakkoord: woningisolatie, verduurzaming van de warmtevoorziening
en kleinschalige duurzame elektriciteit via zon op dak en wind. Bij de uitwerking
van de nieuwe onderdelen in de ISDE is zoveel mogelijk rekening gehouden met de input
die van de verschillende stakeholders is ontvangen. Daarnaast heb ik met de stakeholders
afgesproken om het komende jaar in overleg met hen te bezien of nadere aanpassingen
gewenst en uitvoerbaar zijn. Daarbij zal dan rekening gehouden worden met de eerste
ervaringen met de verbrede ISDE en andere relevante ontwikkelingen, zoals de standaard
en streefwaarden voor isolatie die de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
in voorbereiding heeft.
Isolatiemaatregelen voor eigenaar-bewoners
Vanaf 1 januari 2021 wordt het voor eigenaar-bewoners mogelijk om subsidie aan te
vragen voor de volgende soorten isolatiemaatregelen:
– dakisolatie
– gevelisolatie
– HR++ glas en isolerende deuren
– triple-glas in combinatie met nieuwe isolerende kozijnpanelen en deuren
– spouwmuurisolatie
– vloer- of bodemisolatie
Voor de genoemde doelgroep en maatregelen komt de ISDE in de plaats van de huidige
Subsidie Energiebesparing Eigen Huis (SEEH). Laatstgenoemde regeling komt vanaf 1 januari
2021 voor eigenaar-bewoners te vervallen. Voor isolatiemaatregelen van Verenigen van
Eigenaars (VvE) blijft de SEEH voorlopig bestaan, omdat de SEEH maatwerk en uitzonderingen
biedt voor VvE’s die in de ISDE niet inpasbaar zijn.
Bij het toevoegen van isolatiemaatregelen aan de ISDE is zoveel mogelijk aangesloten
bij de voorwaarden van de SEEH. Net als in de SEEH worden voor de verschillende soorten
isolatiemaatregelen subsidiebedragen per m2 isolatiemateriaal opgenomen. Hierbij wordt voor de hoogte van de subsidiebedragen
uitgegaan van het uitgangspunt dat de subsidie ongeveer 20% van de gemiddelde kosten
dekt.
In de SEEH geldt de voorwaarde dat er voor minimaal twee isolatiemaatregelen subsidie
moet worden aangevraagd. Deze voorwaarde wordt overgenomen in de ISDE. Deze zogenaamde
tweemaatregeleneis kan in de ISDE ook ingevuld worden door een combinatie van twee
verschillende type isolatiemaatregelen of door een combinatie van één isolatiemaatregel
met een investering in een warmtepomp, zonneboiler of aansluiting op een warmtenet.
Op deze manier ontstaan nieuwe mogelijkheden om maatregelen te combineren. Bijvoorbeeld
ook voor woningeigenaren die nog maar 1 isolatiemaatregel kunnen toepassen, maar die
maatregel wel kunnen combineren met een (hybride) warmtepomp.
De tweemaatregeleneis is opgenomen om grotere stappen in verduurzaming te stimuleren.
Enkelvoudige isolatiemaatregelen worden al zeer vaak genomen, verdienen zich snel
terug en zijn daardoor ook zonder subsidie interessant. Op deze manier wordt de effectiviteit
van de regeling vergroot en wordt tevens voorkomen dat het beschikbare budget (zie
hieronder) voortijdig wordt uitgeput.
Aansluiting van koopwoningen op warmtenetten
Aansluiting op een warmtenet is voor kleinverbruikers op dit moment financieel vaak
onvoldoende aantrekkelijk. Mede in dat licht heeft de Minister van Binnenlandse Zaken
en Koninkrijksrelaties in 2020 de Stimuleringsregeling Aardgasvrije Huurwoningen (SAH)
in het leven geroepen. Deze regeling biedt verhuurders die hun huurwoningen willen
aansluiten op een warmtenet en willen afsluiten van het aardgasnet de mogelijkheid
om voor de daarmee gepaard gaande kosten subsidie aan te vragen.
De ISDE sluit daar vanaf 1 januari 2021 bij aan door ook subsidie te verstrekken voor
het aansluiten op een warmtenet van:
– individuele koopwoningen of individuele koopappartementen in een door een VvE beheerd
gebouw via een individuele aansluiting.
– een door een VvE beheerd appartementencomplex via een centrale aansluiting.
– Voor laatstgenoemde groep geldt de voorwaarde dat er geen verhuurders lid zijn van
de VvE. In dat geval komt de verhuurder die lid is van de VvE voor de kosten van de
centrale aansluiting namelijk al in aanmerking voor subsidie vanuit de SAH. Voor gemengde
VvE’s met koop- en huurwoningen zal door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
in de loop van 2021 nog in een regeling worden voorzien.
Voor individuele aansluitingen bevat de ISDE de voorwaarde dat de woning naast een
aansluiting op het warmtenet, ook moet worden afgesloten van het aardgas. Voor centrale
aansluitingen kan deze voorwaarde niet worden gesteld, omdat de VvE geen zeggenschap
heeft over de individuele gasaansluitingen van de appartement-eigenaren die als lid
bij haar zijn aangesloten.
Aansluitend bij de systematiek van de ISDE zal er voor de verschillende soorten aansluitingen
een forfaitair subsidiebedrag per aansluiting gaan gelden en niet zoals in de SAH
een percentage van de daadwerkelijke kosten. Hiermee wordt bereikt dat er vooraf zekerheid
is over de hoogte van de subsidie waarvoor men in aanmerking komt. Voor de hoogte
van de subsidie wordt uitgegaan van 50% van de gemiddelde kosten die gepaard gaan
met het aansluiten op het warmtenet en – in geval van individuele aansluitingen –
het afsluiten van aardgas8 en het als gevolg daarvan overgaan op elektrisch koken. Er is voor dit relatief hoge
percentage gekozen vanuit de overweging dat het aansluiten op een warmtenet voor de
woningeigenaar op dit moment weinig financieel voordeel oplevert.
Kleinschalige zon-PV en windenergie
Het amendement van het lid Agnes Mulder c.s. vraagt om uitbreiding van de ISDE-regeling
met projecten gericht op zon-PV en kleine windmolens op een kleinverbruikersaansluiting,
met als doel om investeringen in hernieuwbare energie door in het bijzonder het mkb
te stimuleren. Naar aanleiding van dit amendement worden gebouwgebonden zonnestroominstallaties
van meer dan 15kWp en kleine windmolens met een rotoroppervlak groter dan 50m2 aan
de ISDE toegevoegd. Naast het mkb kunnen ook maatschappelijk vastgoedsectoren zoals
scholen, gemeentelijk vastgoed en zorginstellingen van deze subsidie gebruik maken.
Voor iedereen met een kleinverbruikersaansluiting bestaat al de salderingsregeling,
die in het merendeel van de gevallen ruim voldoende stimulering biedt. Met mijn brief
van 30 maart 20209 heb ik uw Kamer het TNO-rapport «Effect afbouw salderingsregeling op de terugverdientijd
van investeringen in zonnepanelen» aangeboden. Hieruit blijkt dat bedrijven en instellingen
met een kleinverbruikersaansluiting met een verbruik in de derde schijf van de energiebelasting,
vanwege de lage elektriciteitstarieven in deze schijf, te maken hebben met een hogere
terugverdientijd dan bedrijven en instellingen die alleen verbruik hebben in de eerste
en tweede schijf. De stimulering van zon-PV via de ISDE richt zich daarom op bedrijven
en instellingen met een kleinverbruikersaansluiting met een verbruik in de derde schijf.
Dit betekent dat aanvragers die in het jaar voorafgaand aan de aanvraag een netto
elektriciteitsverbruik hadden van ten minste 50.000 kWh in aanmerking komen voor subsidie.
In samenhang hiermee wordt in 2022 bezien of toepassing van de genoemde ondergrens
ook wenselijk is bij de stimulering van zon-PV in de Energie-investeringsaftrek (EIA).
Omdat kleine windmolens per hoeveelheid geproduceerde elektriciteit duurder zijn dan
zonnepanelen geldt hiervoor geen ondergrens van 50.000 kWh netto elektriciteitsverbruik.
Voor de hoogte van de subsidie voor zon-PV en kleine windmolens is in overleg met
de sector gekozen voor het uitganspunt dat hiermee circa 15% van de gemiddelde kosten
wordt gedekt.
Beschikbaar budget
Voor investeringen in warmtepompen, zonneboilers, isolatiemaatregelen en warmtenetaansluitingen
zal in 2021 een budget van € 124 miljoen beschikbaar zijn. Voor investeringen in zon-PV
en kleine windmolens door zakelijke aanvragers wordt in 2021 € 40 miljoen beschikbaar
gesteld van de € 100 miljoen die met het eerdergenoemde amendement van het lid Agnes
Mulder aan het ISDE-budget is toegevoegd. Het is mijn bedoeling om de resterende € 60 miljoen
voor zon-PV en kleine windmolens gelijkelijk te verdelen over jaren 2022 en 2023.
De budgetten voor enerzijds warmtepompen, zonneboilers, isolatiemaatregelen en warmtenetaansluitingen
en anderzijds zon-PV en kleine windmolens worden afgebakend, zodat de twee groepen
geen gebruik kunnen maken van elkaars budget. Hiermee wordt conform het amendement
en de eerder genoemde motie in de eerste plaats bereikt dat het budget voor zon-PV
en kleine windmolens ook daadwerkelijk voor de betreffende investeringen door zakelijke
aanvragers beschikbaar is. In de tweede plaats wordt hiermee bereikt dat men voor
investeringen in zon-PV en kleine windmolens geen beroep kan doen op het budget dat
voor de overige maatregelen beschikbaar is.
Op basis van de huidige inschattingen ga ik ervan uit dat genoemde budgetten voldoende
zijn om de verwachte aanvragen te honoreren. Ik teken daarbij aan dat voor particuliere
aanvragers geldt dat zij ingeval van een afwijzing op basis van budgetuitputting de
aanvraag in het volgende jaar opnieuw kunnen indienen. Dit biedt aanvragers extra
zekerheid. Voor zakelijke aanvragers geldt dat zij voorafgaand aan de investering
altijd zeker zijn van de subsidie, omdat in tegenstelling tot particuliere aanvragers
voor deze groep geldt dat de subsidieaanvraag voorafgaand aan de investering moet
worden ingediend.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat