Brief regering : Herziening Aanwijzingen voor de externe contacten van rijksambtenaren
28 844 Integriteitsbeleid openbaar bestuur en politie
Nr. 221
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 december 2020
Bij dezen informeer ik uw Kamer dat de tekst van de Aanwijzingen voor externe contacten
van rijksambtenaren (hierna: Aanwijzingen, in bijlage1) is herzien en opnieuw wordt vastgesteld. In de eerste reactie op het rapport van
de staatscommissie parlementair stelsel (hierna: de staatscommissie) heeft het kabinet
aangegeven de Aanwijzingen te zullen actualiseren.2 Het kabinet heeft dit herhaald in het nader rapport bij het ongevraagde advies van
de Afdeling advisering de Raad van State (hierna: Afdeling) over de ministeriële verantwoordelijkheid.3 In deze brief zal ik kort de redenen voor de herziening uiteenzetten en aangeven
wat de belangrijkste aanpassingen zijn. Ook zal ik de verhouding verduidelijken tot
(1) de proef met meer feitelijke informatieverschaffing en -toelichting door ambtenaren
aan de Kamers en (2) de brede dialoog tussen parlement, ambtenarij en kabinet over
de politiek-ambtelijke verhoudingen en bijbehorende spelregels.
Aanleiding voor de herziening
In haar rapport merkt de staatscommissie op dat de Aanwijzingen een streng imago hebben
en dat er veel onduidelijkheid bestaat over de toepassing van de Aanwijzingen, wat
misverstanden in de hand werkt over de (on)mogelijkheden inzake het contact tussen
Kamerleden en ambtenaren van ministeries.4 Ook de Afdeling maakt dit punt in het ongevraagde advies over de ministeriële verantwoordelijkheid.5 Het kabinet deelt de analyses van de staatscommissie en de Afdeling en heeft daarom
de tekst van de Aanwijzingen herzien. Daarnaast moesten de Aanwijzingen geactualiseerd
worden om de wijzigingen te verwerken die het gevolg zijn van de inwerkingtreding
van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren.
Inhoud van de herziening
De tekst van de Aanwijzingen is allereerst herzien om mogelijke onduidelijkheid weg
te nemen die is ontstaan over de toepassing ervan. Informatie uit toelichtingen die
in de loop der jaren door verschillende kabinetten zijn gegeven, is gebundeld en op
een overzichtelijke manier verwerkt in de nieuwe tekst. Hierdoor is een toelichting
op de toepassing van de Aanwijzingen weer in één document te vinden. De tekst is daarnaast
herzien om het strenge imago van de Aanwijzingen weg te nemen. In de nieuwe tekst
is de nadruk gelegd op wat er wel mogelijk is met betrekking tot feitelijke informatieverstrekking
van ambtenaren aan de Kamers en Kamerleden. Ten slotte is de tekst herzien om de wijzigingen
te verwerken die het gevolg zijn van de inwerkingtreding van de Wet normalisering
rechtspositie ambtenaren.
Afgezien van bovenstaande wijzigingen, zijn drie aanpassingen met name van belang
voor de informatievoorziening aan uw Kamer. Ten eerste is in de toelichting bij aanwijzing
1 verduidelijkt dat bestuurders en medewerkers van zelfstandige bestuursorganen niet
onder de reikwijdte van de aanwijzingen vallen. Ten tweede is in aanwijzing 2 verduidelijkt
dat verzoeken om informatie welwillend en zakelijk zullen worden beoordeeld. Ten derde
is in aanwijzing 5 opgenomen dat bij elk departement door de Minister een parlementair
contactpersoon wordt aangewezen die verzoeken van Kamerleden om feitelijke informatie
in behandeling neemt. Daarmee komt er voor Kamerleden voor wat betreft verzoeken tot
feitelijke informatie één duidelijk aanspreekpunt.
De herziening zal gepaard gaan met een traject waarbij actief wordt ingezet op bewustwording
en kennisdeling onder bewindslieden, ambtenaren en Kamerleden over de toepassing van
de Aanwijzingen in de praktijk.
Verhouding tot proef en brede dialoog
In het nader rapport bij het advies van de Afdeling heeft het kabinet aangegeven positief
te staan tegenover een proef met meer feitelijke informatieverschaffing en -toelichting
door ambtenaren aan de Kamers. Ook gaat het kabinet graag in de brede dialoog in gesprek
met de Kamer en ambtenarij over de werking van de spelregels over contacten tussen
ambtenaren en Kamerleden. De herziening van de tekst van de Aanwijzingen is niet bedoeld
om op deze twee zaken vooruit te lopen. De herziening van de tekst is bedoeld om nu
al duidelijkheid te scheppen waar dat wenselijk is en ook de proef te ondersteunen.
Voor de proef is het immers goed eerst de kaders helder te krijgen waarbinnen deze
kan plaatsvinden. De herziene tekst zal zeker ook onderwerp van gesprek worden in
de dialoog.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
K.H. Ollongren
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties