Brief regering : Ontwikkeling rondom Eindhoven Airport 2020-2030 - aanvullend advies sturingsmodel voor geluid
31 936 Luchtvaartbeleid
Nr. 829
BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 december 2020
Op 29 juli jl. heb ik mede namens de Staatssecretaris van Defensie uw Kamer geïnformeerd
over de stand van zaken rond de uitwerking van het advies van de heer Van Geel «Opnieuw verbonden» over de toekomstige ontwikkeling van Eindhoven Airport tussen 2020 en 2030.1 Dit mede naar aanleiding van een bestuurlijk overleg op 1 juli jl. tussen Rijk, regionale
overheden en Eindhoven Airport. Ik heb daarbij ook de toezegging gedaan om uw Kamer
te informeren over komende vervolgstappen. Met deze brief doe ik mede namens de Staatssecretaris
van Defensie deze toezegging gestand.
Sturingsmodel voor geluid
In de brief van 29 juli jl. is aangegeven dat ik de heer Van Geel namens de partijen
van het Bestuurlijk Overleg heb gevraagd om een aanvullend advies over het sturingsmodel
voor civiel geluid voor Eindhoven Airport uit te brengen. De kernvraag was om binnen
de gewijzigde context, als gevolg van gewijzigde geluid- en prestatiegegevens2, een aanvullend advies uit te brengen wat voor 2030 als een ambitieus en haalbaar
scenario voor Eindhoven Airport kan worden beschouwd met voldoende draagvlak in de
regio. Ook is gevraagd om bij het aanvullend advies rekening te houden met het langetermijnperspectief
voor Eindhoven Airport en met de gevolgen van de wereldwijde Covid19-pandemie op de
luchtvaart, in het bijzonder ten aanzien van vlootvernieuwing. In een kort tijdsbestek
heeft de heer Van Geel tal van gesprekken gevoerd en zijn aanvullend advies uitgebracht.
Ik ben de heer Van Geel zeer erkentelijk voor zijn inspanningen die hij opnieuw heeft
willen verrichten ten behoeve van het overleg en de besluitvorming over de toekomstige
ontwikkeling van Eindhoven Airport. Het aanvullend advies dat de heer Van Geel aan
mij heeft opgeleverd stuur ik hierbij aan uw Kamer toe3.
Hoofdlijnen van het aanvullend advies
De heer Van Geel beschrijft welke redeneerlijn hij ten tijde van zijn advies «Opnieuw
Verbonden» heeft gevolgd. Hij benoemt als publiek doel van de Proefcasus Eindhoven
Airport het reduceren van de geluidhinder in de omgeving van Eindhoven Airport, uitgedrukt
in de berekende civiele geluidbelasting. Hij geeft aan dat hiervoor het ALARA-principe
(«As Low As Reasonably Achievable»)4 moet worden toegepast. Hierbij wordt niet a priori uitgegaan van krimp van het aantal
vliegtuigbewegingen. Daarom moet volgens de heer Van Geel de reductie door vlootvernieuwing
haalbaar zijn. De heer Van Geel bevestigt dat 60% vlootvernieuwing – en de daaruit
voortkomende reductie van de geluidbelasting – nog steeds ambitieus en haalbaar is.
De heer Van Geel concludeert dat er veel onzekerheid is in de cijfermatige resultaten5 en over het herstel van de luchtvaartsector na de corona-pandemie. In plaats van
het vastleggen van een reductie van de civiele geluidbelasting van 30% in 2030 adviseert
de heer Van Geel een cyclische systematiek. In deze systematiek wordt telkens voor
de middellange termijn (4–5 jaar) een norm vastgelegd in regelgeving, en wordt voor
de lange termijn (10 jaar) een ambitieus maar haalbaar doel bepaald voor de reductie
van de civiele geluidbelasting. Vervolgens wordt elke 5 jaar in een evaluatie beoordeeld
of de doelen voor de lange termijn als norm vastgelegd kunnen worden in regelgeving,
en wordt tevens bepaald welk nieuw doel voor de komende 10 jaar ambitieus en haalbaar
is. Concreet adviseert de heer Van Geel voor 2026 (en voor de tussenliggende jaren
2023–2026) een eerste norm vast te leggen in regelgeving, maar wel de ambitie van
30% reductie van de geluidbelasting vast te houden voor 2030.
Deze systematiek biedt volgens de heer Van Geel enerzijds zekerheid voor de regio
en de sector voor de lange termijn en anderzijds tijdens de evaluaties de mogelijkheid
om zowel op grond van beleidsmatige als technische overwegingen de normen of doelen
aan te passen. De heer Van Geel geeft vervolgens aan dat bij het vaststellen en evalueren
van normen en doelen het van belang is het Luchthaven Eindhoven Overleg (LEO), waarin
ook omwonenden zijn vertegenwoordigd, nauw te betrekken.
Vervolgtraject
Het aanvullend advies van de heer Van Geel geeft een concrete richting voor de uitwerking
van het sturingsmodel voor geluid die naar mijn verwachting goed kan bijdragen aan
de verdere besluitvorming rond Eindhoven Airport richting 2030. Wel zal nog moeten
worden uitgewerkt hoe ambitieuze en haalbare normen voor 2026 en de tussenliggende
jaren 2023–2026 kunnen worden bepaald, wat de criteria hiervoor zijn en hoe deze juridisch
kunnen worden vastgelegd, waarbij rekening wordt gehouden met belangen van omwonenden
maar ook voldoende perspectief wordt geboden voor Eindhoven Airport en luchtvaartmaatschappijen
om te herstellen van de Covid19-pandemie. Ook zal nog moeten worden bepaald wat de
graadmeters voor de evaluatie in 2026 zijn op basis waarvan een norm voor 2030 kan
worden vastgelegd. De nieuwe permanente overlegstructuur, het Luchthaven Eindhoven
Overleg (LEO), zal hierbij nadrukkelijk worden betrokken omdat ik het van belang vind
dat de uitwerking van het sturingsmodel zorgvuldig en transparant gebeurt. Het aanvullend
advies zal dienen als basis voor besluitvorming tijdens een volgend Bestuurlijk Overleg
van Rijk, regionale overheden en Eindhoven Airport. Uw Kamer blijf ik over de voortgang
van dit traject informeren.
Afronding Uitvoeringstafel Eindhoven Airport
Uw Kamer is met de brief van 29 juli jl. geïnformeerd over de oprichting van het Luchthaven
Eindhoven Overleg. In de kabinetsreactie van 6 september 2019 is aangegeven dat er
aandacht moet zijn voor een zorgvuldige overdracht van taken en activiteiten van de
Uitvoeringstafel Eindhoven Airport naar de nieuwe overlegstructuur. Begin september
heb ik de afsluitende rapportage van de Uitvoeringstafel Eindhoven Airport ontvangen.
In deze rapportage is beschreven welke activiteiten zijn ondernomen en afgerond en
welke activiteiten worden overgedragen aan het LEO. Ook zijn enkele aanbevelingen
gedaan ten aanzien van de definitieve juridische structuur en de positionering van
het Leefbaarheidsfonds Eindhoven. Ik wil graag de bij de Uitvoeringstafel betrokken
partijen en personen, in het bijzonder de heer Van Geel als voorzitter, bedanken voor
hun inzet voor onderzoek en uitvoering van hinderbeperkende maatregelen rond Eindhoven
Airport. De afsluitende rapportage zend ik hierbij aan uw Kamer6. Ook over ontwikkelingen ten aanzien van het LEO zal ik uw Kamer blijven informeren.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat