Brief regering : Verstoring Russische economische spionageactiviteiten door AIVD
30 977 AIVD
Nr. 157
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 10 december 2020
Zoals gemeld in het meest recente jaarverslag ziet de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst
(AIVD) dat steeds meer landen invloed proberen te krijgen op Nederlandse belangen.
Ons land hoort bij de meest ontwikkelde naties van de wereld op het gebied van economie,
wetenschap en techniek. Onder invloed van globalisering maakt dit dat Nederland een
aantrekkelijk, maar ook in toenemende mate kwetsbaar doelwit is van spionage1.
De AIVD zet zich in samenwerking met partners in om schade aan de economie en de nationale
veiligheid door spionage te beperken en waar mogelijk te voorkomen door het vergaren
van inlichtingen en het creëren van bewustzijn.
In dit licht informeer ik u, mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken en de
Minister van Justitie en Veiligheid, over de recente verstoring van Russische economische
spionageactiviteiten van de Russische civiele inlichtingendienst SVR door de AIVD.
Verstoringsoperatie
Zoals eerder in jaarverslagen van de AIVD gemeld staat Nederland in het vizier van
de Russische inlichtingendiensten, die heimelijk informatie verzamelen die voor Rusland
van belang is, waaronder informatie op het terrein van economie en wetenschap.
De AIVD beëindigde recentelijk operaties van een Russische inlichtingenofficier (IO)
van de SVR. De IO – die als geaccrediteerd diplomaat op de Russische ambassade werkte
– hield zich bezig met spionage op gebied van technologie en wetenschap. Hij bouwde
een substantieel netwerk op van bronnen, die allen werkzaam zijn of waren in de Nederlandse
hightech-sector. De interesse van de IO ging onder meer uit naar informatie over kunstmatige
intelligentie, halfgeleiders en nanotechnologie. Veel van deze technologie is zowel
bruikbaar in civiele als militaire toepassingen.
De Russische inlichtingenofficier legde contact met personen met toegang tot gevoelige
informatie binnen de hightech-sector, en in sommige gevallen was in ruil daarvoor
ook sprake van betaling. Een tweede Russische inlichtingenofficier van de SVR, tevens
geaccrediteerd als diplomaat, vervulde een ondersteunende rol.
Bedrijven en onderwijsinstelling geïnformeerd
De hightech-sector in Nederland beschikt over hoogwaardige en unieke kennis. De spionage
heeft zeer waarschijnlijk schade aangebracht aan de organisaties waar de bronnen actief
zijn of waren en daarmee mogelijk ook aan de Nederlandse economie en de nationale
veiligheid.
De bronnen van de Russische inlichtingenofficier zijn door de AIVD aangesproken om
hun activiteiten te verstoren. In een aantal gevallen heeft de AIVD een ambtsbericht
aan betrokken bedrijven en een hogere onderwijsinstelling uitgebracht zodat zij maatregelen
kunnen treffen. In één geval is aan de IND een ambtsbericht uitgebracht. De IND treft
op grond hiervan vreemdelingrechtelijke maatregelen tegen een bron. De AIVD onderzoekt
of er additionele ambtsberichten uitgebracht kunnen worden aan de IND.
Er kunnen geen mededelingen worden gedaan over de identiteit van de bronnen en om
welke betrokken bedrijven en onderwijsinstelling het gaat.
PNG-verklaringen
Vanwege de onderkende spionageactiviteiten is de Russische ambassadeur op 9 december
jl. ontboden door het Ministerie van Buitenlandse Zaken en is medegedeeld dat de inlichtingenofficier,
evenals de samenwerkende collega IO van de SVR tot Persona Non Grata (PNG) zijn verklaard.
Strafbaarstelling spionage
Vanwege de toenemende kwetsbaarheid van Nederland voor spionage is door het kabinet
de toegevoegde waarde van de strafbaarstelling van spionage op het bestaande instrumentarium
onderzocht. Het strafrecht biedt reeds mogelijkheden om op te treden jegens misdrijven
die verband houden met schending van staats-, ambts- en bedrijfsgeheimen. Echter,
spionage – als in de heimelijke samenwerking door personen met een buitenlandse inlichtingendienst
– is op dit moment op zichzelf niet als zodanig strafbaar. Het kabinet heeft vastgesteld
dat een aanvullende strafbaarstelling wenselijk is en zal onderzoeken op welke wijze
daaraan vorm kan worden gegeven en vervolgens een wetstraject opstarten.
Vervolgaanpak
Uit deze casus blijkt nogmaals dat de statelijke dreigingen ten opzichte van Nederland
reëel zijn. We informeren u nader over de bredere aanpak via het vervolg op de Kamerbrieven
Tegengaan statelijke dreigingen (Kamerstuk 30 821, nr. 72) en Kennisveiligheid hoger onderwijs en wetenschap (d.d. 27 november 2020).
Bewustwording
De AIVD zet zich in voor de bewustwording van de risico’s van spionage en legt waar
mogelijk uit aan bedrijven, overheden en onderwijsinstellingen hoe ze dit nu en in
de toekomst kunnen voorkomen.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
K.H. Ollongren
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties