Brief regering : Het bevorderen van gelijkgerichtheid in de medisch specialistische zorg
29 248 Invoering Diagnose Behandeling Combinaties (DBCs)
32 620 Beleidsdoelstellingen op het gebied van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Nr. 325 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 27 november 2020
In 2015 zijn de integrale tarieven in de medisch specialistische zorg (msz) ingevoerd.
Hiermee verdween de gescheiden tariefregulering voor ziekenhuiskosten en specialistenhonoraria
met onder andere als doel om de gelijkgerichtheid van belangen tussen vrijgevestigde
medisch specialisten en ziekenhuizen te bevorderen. Anders dan het voorop stellen
van (financieel) eigenbelang, gaat het om het gezamenlijk nastreven van kwaliteit
en doelmatigheid. In het regeerakkoord is opgenomen dat het kabinet voor meer gelijkgerichtheid
in het ziekenhuis stimuleert dat medisch specialisten de stap maken naar het participatiemodel
of loondienst. Het belang van zorgprofessionals moet gericht zijn op de uitkomst van
de zorg in plaats van omzet. Gelijkgerichtheid heeft ook een plek gekregen in het
hoofdlijnenakkoord msz 2019–2022, waar een gelijkgerichtheid van belangen van alle
partijen als katalysator gezien wordt voor de transformatie naar de Juiste Zorg op
de Juiste Plek. In deze brief ga ik in op hoe het ervoor staat met het thema gelijkgerichtheid
in ziekenhuizen en op mijn invulling van het kabinetsvoornemen om gelijkgerichtheid
te bevorderen.
Stand van zaken gelijkgerichtheid
Het samenwerkingsmodel
Met de invoering van integrale tarieven is door vrijgevestigde medisch specialisten
voor hun samenwerkingsrelatie met het ziekenhuis veelal een afweging gemaakt tussen
loondienst of werken als vrijgevestigde in een samenwerkingsmodel of participatiemodel
met het ziekenhuis. Bij het merendeel van de ziekenhuizen is gekozen voor het samenwerkingsmodel,
waarbij medisch specialisten in vrije vestiging zich organiseren in een medisch specialistisch
bedrijf (msb) en een samenwerkingsovereenkomst afsluiten met het ziekenhuis. Eerder
schreef ik in een brief1 aan uw Kamer al dat ziekenhuizen en msb’s ervaren dat sinds 2015 vooruitgang is geboekt
op verschillende belangrijke thema’s, zoals kwaliteit en patiëntveiligheid als ook
op het thema gelijkgerichtheid.
Doorontwikkelen van msb’s
De NZa adviseerde in 2018 in de monitor integrale bekostiging om msb’s de kans te
geven zich verder door te ontwikkelen. Dat advies heb ik toen opgevolgd. Ook op fiscaal
gebied zie ik een doorontwikkeling gebeuren. De integrale bekostiging die in 2015
is ingevoerd, betekende een relevante wijziging voor de fiscale positie van medisch
specialisten. In de situatie dat de medisch specialisten binnen het msb kozen voor
de rechtsvorm «transparante structuur» diende de medisch specialist voldoende ondernemersrisico’s
te lopen om succesvol een beroep op de fiscale faciliteiten te kunnen doen. In veel
gevallen is dit goed geïmplementeerd. Ook is het voorgekomen dat niet voldoende ondernemersrisico’s
belegd konden worden bij de medisch specialisten, met als gevolg dat er dan alsnog
voor een andere structuur (fiscaal niet transparante structuur) werd gekozen. Bij
een steeds groter deel van de msb’s neemt de fiscale onzekerheid af.
Het participatiemodel
Begin 2017 is over het vormgeven van het participatiemodel een onderzoek door EY2 afgerond en naar de Tweede Kamer gestuurd. Het kunnen meedelen in de winst van het
ziekenhuis werd door de onderzoekers als randvoorwaarde geformuleerd voor het doen
slagen van het participatiemodel. Omdat winstuitkering in de msz verboden is, komt
het participatiemodel tot op heden niet tot stand. In een eerdere brief3 aan uw Kamer is toegelicht dat publieke randvoorwaarden (zoals beter inzicht in kwaliteit
van zorg) beter moeten zijn gewaarborgd voordat een verruiming van de mogelijkheden
voor winstuitkering aan de orde kan zijn. Het wetsvoorstel vergroten investeringsmogelijkheden
in medisch-specialistische zorg (VIMSZ) is hierop ingetrokken. Winstuitkering in de
medisch-specialistische zorg is daarom nu niet aan de orde. Daarnaast heeft de NZa
in de monitor integrale bekostiging in 2018 al geadviseerd om niet in te zetten op
beleid of maatregelen die als doel hebben een overgang naar het participatiemodel
te bewerkstelligen. De NZa concludeerde dat door de ontwikkelingen van netwerkzorg
die gaande zijn, een directe (vorm van) participatie minder voor de hand ligt.
Werken in loondienst
Tot en met 2019 is de subsidieregeling overgang integrale tarieven msz van kracht
geweest. Deze regeling is erop gericht de financiële belemmeringen te verminderen
bij medisch specialisten die willen overstappen van vrije vestiging naar loondienst.
Vrijgevestigd medisch specialisten die overstappen naar loondienst kunnen aanspraak
maken op een subsidie van € 100.000. Deze regeling is vanwege de invoering van integrale
tarieven gestart in 2015. Daarna is een nieuwe regeling opgesteld in 2016 (vrijwel
met dezelfde voorwaarden) en is de regeling verlengd voor de jaren 2017, 2018 en 2019.
In totaal hebben 474 medisch specialisten gebruik gemaakt van de subsidieregeling.
Doordat de regeling vorig jaar afliep en toen vijf jaar bestond, was een evaluatie
op haar plaats. Bij het onderdeel kabinetsvoornemen in deze brief ga ik hier verder
op in.
Het aandeel medisch specialisten in loondienst laat al jaren een lichte stijging zijn.
Sinds 2016 zijn er voor het eerst meer medisch specialisten in loondienst dan in vrije
vestiging4. Een stijging in het aandeel vrouwelijke medisch specialisten die meer dan gemiddeld
in loondienst werken, draagt hier mogelijk aan bij. Ook is een deel van de oudere
medisch specialisten, die relatief vaker vrijgevestigd waren/zijn, met pensioen gegaan.
Daarnaast nemen medisch specialistische bedrijven door de invoering van integrale
bekostiging vaker specialisten in tijdelijke loondienst aan5.
Inkomens en omzet van medisch specialisten
De inkomens en/of omzet van vrijgevestigde medisch specialisten is een onderwerp dat
met regelmaat terugkomt in uw Kamer, als ook in de media. Aan uw Kamer heeft mijn
voorganger begin dit jaar toegezegd6 nog met een nadere duiding te komen over cijfers die in media genoemd worden wat
betreft het inkomen van medisch specialisten. Afhankelijk van de juridische structuur
waarin de specialist werkt, zijn er verschillen mogelijk in de hoogte en de samenstelling
(winstdeling, salaris, dividend) van hetgeen een specialist ontvangt. In zijn algemeenheid
is daardoor niet te zeggen hoeveel inkomen individuele vrijgevestigde medisch specialisten
ontvangen en/of toebedeeld krijgen via een eigen B.V. Ik wil hierbij benadrukken dat
de hoogte van het salaris van de medisch specialist niet verward moet worden met de
omzet van de eigen B.V waar nog kosten van moeten worden afgetrokken. Dit zijn twee
verschillende begrippen.
Ziekenhuisbestuurders zijn verantwoordelijk om in de samenwerkingsovereen-komst met
het msb afspraken te maken over een passende vergoeding voor de geleverde zorg. Het
msb is vervolgens verantwoordelijk voor de verdeling over de verschillende specialismen.
Per specialisme vindt tot slot een verdeling plaats naar de individuele specialist
en die heeft – afhankelijk van de structuur – de mogelijkheid om een groter of een
kleiner deel van dat honorarium als inkomen aan zichzelf uit te keren. Overigens trok
de NZa in 2018 in de monitor integrale tarieven met enige voorzichtigheid de conclusie
dat de invoering van integrale tarieven geen effect heeft gehad op de hoogte van de
vergoeding aan – en de inkomensontwikkeling van – medisch specialisten.
Gelijkgerichtheid in het ziekenhuis
Enkele jaren na de invoering van integrale tarieven lijkt er een bepaalde mate van
stabiliteit en rust te zijn ontstaan wat betreft de modellen. Msb’s ontwikkelen zich
verder, er is duidelijkheid rondom het participatiemodel gekomen en het aandeel medisch
specialisten in loondienst loopt langzaam maar gestaag op. Daarbij zijn er goede voorbeelden
van ziekenhuizen die zich gelijkgerichter organiseren. Zo hebben verschillende grote
STZ-ziekenhuizen de vergaderingen van de raad van bestuur en van de medisch specialisten
geïntegreerd. Beide partijen vergaderen niet meer apart van elkaar, maar ze vergaderen
gezamenlijk met een gezamenlijke agenda, waardoor meer gelijkgerichtheid gewerkt wordt.
Ook zijn er voorbeelden van msb’s waarbij de vrijgevestigde medisch specialisten voornamelijk
op basis van werkzame dagdelen en disutility (dienstbelasting van de medisch specialist)
beloond worden, waardoor de belangen van ziekenhuis en zijn medisch specialisten meer
gelijk lopen. Daarnaast toont de evaluatie van de verbeterprogramma’s bij Bernhoven
en Rivas dat er meerdere manieren zijn om de gelijkgerichtheid van medisch specialisten
met de rest van de organisatie te versterken. Bij ziekenhuis Bernhoven zijn de medisch
specialisten in loondienst gegaan, bij zorggroep Rivas hebben de medisch specialisten
een ander verdeelmodel ingevoerd7.
Kabinetsvoornemen
Onderzoeken adviesbureau SiRM
Om invulling te geven aan het kabinetsvoornemen van meer gelijkgerichtheid in het
ziekenhuis heeft mijn voorganger allereerst een onderzoek uit laten voeren naar hoe
gelijkgerichtheid in de msz kan worden bevorderd, mede ten behoeve van de transformatie
naar de Juiste Zorg op de Juiste Plek. Een evaluatie van de subsidieregeling is meegenomen
in dit onderzoek. Beide onderzoeksrapporten heb ik u vorig jaar aangeboden8.
Voortzetting subsidieregeling overgang integrale tarieven msz 2020 en 2021
In de evaluatie van de subsidieregeling wordt geconcludeerd dat het subsidiegeld effectiever
kan worden ingezet door de subsidieregeling niet te verlengen en gelijkgerichtheid
op andere manieren te bevorderen. Mijn voorganger heeft dit advies ter harte genomen
door breder naar gelijkgerichtheid te kijken, maar zich tegelijkertijd wel in te blijven
zetten voor medisch specialisten die willen overstappen naar loondienst. Het is belangrijk
dat ziekenhuizen en medisch specialisten blijven nadenken over en werken aan wat voor
hen de beste manier is om de samenwerking zo in te richten dat deze is afgestemd op
de behoeften en wensen van patiënten en het de kwaliteit en doelmatigheid van de geleverde
zorg ten goede komt. Dat kan betekenen dat medisch specialisten overwegen om over
te gaan op het loondienstmodel. Daarom is voor 2020 en 2021 de subsidieregeling voortgezet.
Deze regeling heeft een subsidieplafond van € 8 miljoen euro voor twee jaar, wat ruimte
biedt aan 80 medisch specialisten die willen overstappen9. Aangezien de voortzetting van de regeling in de periode van de eerste Covid-19 golf
was, is er weinig gelegenheid voor communicatie richting medisch specialisten geweest
en er is in 2020 dan ook weinig gebruik gemaakt van de regeling. Voor 2021 zal ik,
indien dat op dat moment passend is, de regeling meer onder de aandacht brengen.
Bevorderen gelijkgerichtheid
Bij het bevorderen van gelijkgerichtheid komen volgens het rapport van SiRM veel aspecten
kijken; ook zaken als goed leiderschap, een duidelijke strategie, gezamenlijke afspraken
en overleggen en een professioneel bestuur spelen hierin mee. Een signaalanalyse van
de NZa10 noemt vergelijkbare zaken, zoals een goede relatie, betrokkenheid en wederzijds vertrouwen
tussen het ziekenhuisbestuur en msb. SiRM beschrijft dat er niet één manier is om
gelijkgerichtheid te realiseren. De ene situatie vraagt om een andere aanpak dan de
andere. Het is wel belangrijk dat we naar de gedeelde lessen van succesvolle voorbeelden
van gelijkgerichtheid kijken, zodat gelijkgerichtheid ook beter en sneller vorm kan
krijgen bij anderen. Door voorbeelden met elkaar te delen, hoeft niet iedere organisatie
het wiel op dit gebied opnieuw uit te vinden. Daarom ga ik, samen met de Federatie
Medisch Specialisten (FMS) en de Nederlandse Vereniging voor Ziekenhuizen (NVZ), een
handreiking met concrete aanbevelingen, randvoorwaarden en do’s en dont’s opstellen
over hoe bijvoorbeeld «samen besturen» georganiseerd kan worden. Het rapport van SiRM
met aanbevelingen ter bevordering van gelijkgerichtheid en de signaalanalyse van de
NZa kunnen hiervoor als aanknopingspunt dienen.
Financiële afspraken in de msz
De juiste randvoorwaarden waarop we de zorg in ziekenhuizen bekostigen vind ik van
groot belang. Het gaat dan bijvoorbeeld om meerjarige contracten via aanneemsommen.
Voor gelijkgerichtheid is het belangrijk dat de afspraken met de zorgverzekeraars
vervolgens doorvertaald worden naar de gehele organisatie. Dit geldt zowel voor de
afspraken op het niveau van de raad van bestuur met het msb, als op het niveau van
het msb en de verschillende medische specialismen, tot aan het niveau van de individuele
medisch specialisten toe. De NZa kijkt momenteel naar de financiële afspraken op verschillende
niveaus en de gelijkgerichtheid daarbij. Voor de beweging van de Juiste Zorg op de
Juiste Plek is het nodig dat afspraken over die beweging worden doorgevoerd in de
hele organisatie en er gelijkgericht gewerkt wordt met de vrijgevestigde medisch specialisten
in het msb. Mocht daarbij ondersteuning gewenst zijn, dan ben ik graag bereid dit
te faciliteren. Aspecten van de hiervoor genoemde handreiking kunnen dan ook daadwerkelijk
in praktijk worden gebracht, passend bij de organisatie. Een voorbeeld zou kunnen
zijn dat de raad van bestuur van het ziekenhuis en het msb ondersteuning inroepen
om de gezamenlijke strategie te bepalen. Of begeleiding bij het doorvertalen van innovatieve
contracten met de verzekeraar naar afspraken tussen ziekenhuis en msb, en vervolgens
tussen msb en vakgroepen. Deze ondersteuning komt mijns inziens ook ten goede aan
de doorontwikkeling en verdere professionalisering van msb’s.
Tot slot
Eerder schreef ik uw Kamer al11 dat ik verwacht dat zowel ziekenhuizen als msb’s zich blijven inzetten om verdere
stappen te zetten in het bevorderen van gelijkgerichtheid. Juist ook gezien de beweging
naar de Juiste Zorg op de Juiste Plek en de afspraken uit de hoofdlijnenakkoorden
is het zo belangrijk om gezamenlijk op te trekken en dezelfde doelen na te streven.
Langs bovengenoemde lijnen bied ik hier graag ondersteuning aan. Ook de NZa zal met
ziekenhuizen en msb’s in gesprek blijven en de ontwikkelingen op dit gebied in beeld
blijven brengen. Zo stimuleren en helpen we partijen om de breed gedeelde ambities
op alle fronten in de medisch-specialistische zorg te realiseren.
De Minister voor Medische Zorg, T. van Ark
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
T. van Ark, minister voor Medische Zorg