Brief regering : Kabinetsreactie Gezondheidsraad advies 5G en gezondheid
27 561 Nationaal Antennebeleid
Nr. 51 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG
EN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 november 2020
Met deze brief wordt invulling gegeven aan het verzoek van de vaste commissie voor
Volksgezondheid, Welzijn en Sport om een kabinetsreactie op het verzoek van de Kamer
door de Gezondheidsraad op 2 september jl. uitgebrachte advies1 over 5G en gezondheid. In de gezamenlijke brief van het Ministerie van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport (VWS) en het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) van
16 april 2019 over het onderwerp 5G en gezondheid2 is reeds ingegaan op de kenmerken van 5G-technologie.
Conclusies Gezondheidsraad
De Gezondheidsraad komt in zijn rapport tot de conclusie dat het beschikbare wetenschappelijke
onderzoek laat zien dat een verband tussen frequenties die voor 5G gebruikt (zullen)
worden en ziekten niet is aangetoond en ook niet waarschijnlijk is. Frequenties in
de buurt van de 700 MHz-band en de 3,5 GHz-band zijn al jaren in gebruik voor de huidige
telecommunicatiesystemen of andere toepassingen zoals Wi-Fi, zonder dat dit heeft
geleid tot bewezen gezondheidsschade. De Gezondheidsraad adviseert om de blootstelling
aan radiofrequente elektromagnetische velden (EMV) zorgvuldig te monitoren en onderzoek
te blijven doen. Het is volgens de Gezondheidsraad namelijk niet uit te sluiten dat
het optreden van kanker, verminderde mannelijke vruchtbaarheid, slechtere zwangerschapsuitkomsten
en geboorteafwijkingen samenhangen met blootstelling aan radiofrequente elektromagnetische
velden. Echter, voor geen van deze en de andere onderzochte ziekten en aandoeningen
acht de Gezondheidsraad de samenhang tussen blootstelling en de ziekte of aandoening
aangetoond of waarschijnlijk. De Gezondheidsraad geeft aan dat een lopend internationaal
prospectief epidemiologisch onderzoek3 naar de gezondheid van gebruikers van een mobiele telefoon, waaraan Nederland deelneemt,
daarbij een rol kan spelen alsmede de resultaten van een grondige analyse van de wetenschappelijke
gegevens door de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO)4. Over de effecten van blootstelling aan elektromagnetische velden van 26 GHz-band
zijn volgens de Gezondheidsraad weinig gegevens bekend. Velden van deze frequenties dringen volgens de Gezondheidsraad
niet verder door in het lichaam dan in de huid. De Gezondheidsraad adviseert toch
om deze band voorlopig niet in gebruik te nemen en te wachten totdat uitkomsten van
onderzoek beschikbaar zijn. De Gezondheidsraad beveelt daarnaast aan om de nieuwste
richtlijnen5 voor radiofrequente elektromagnetische velden van de International Commission on Non-Ionizing Radiation Protection (ICNIRP) in Nederland te gebruiken als basis voor het blootstellingsbeleid. Ook adviseert
de Gezondheidsraad om de blootstelling zo laag te houden als redelijkerwijs mogelijk
is.
Reactie op het advies
Met belangstelling heeft het kabinet kennisgenomen van het advies van de Gezondheidsraad.
Het kabinet concludeert op basis van het advies van de Gezondheidsraad dat niet is
aangetoond en niet waarschijnlijk is dat blootstelling aan de frequentiebanden6, die ook voor 5G gebruikt (zullen) worden, de gezondheid kunnen schaden. Deze frequenties
zijn al jaren in gebruik en dat heeft volgens de Gezondheidsraad niet geleid tot bewezen
ongunstige effecten op de gezondheid.
Blootstellingslimieten en toezicht
De Gezondheidsraad adviseert om de nieuwste ICNIRP-richtlijnen in Nederland te gebruiken
als basis voor het blootstellingsbeleid. Dit is in lijn met het huidige kabinetsbeleid.
Om gezondheidsschade van sterke elektromagnetische velden te voorkomen heeft ICNIRP,
een door het WHO erkende internationale commissie die zich bezighoudt met de bescherming tegen mogelijke gezondheidseffecten van niet-ioniserende straling, blootstellingslimieten
opgesteld voor radiofrequente elektromagnetische velden. Deze limieten beschermen
(ruim) tegen opwarmingsschade aan het lichaam door een te hoge blootstelling aan radiofrequente
elektromagnetische velden.7 De blootstellingslimieten zijn aanbevolen door de Raad van de Europese Unie met het
oog op de beperking van blootstelling van de bevolking aan elektromagnetische velden8 en worden ook toegepast bij het voldoen aan de productveiligheidseisen voor apparatuur
die in de handel wordt gebracht.9 Nederland hanteert, net als veel andere EU-lidstaten, deze blootstellingslimieten.
De blootstellingslimieten zijn in maart 2020 op basis van de actuele stand van de
wetenschap geactualiseerd en worden nu reeds in Nederland gehanteerd en zullen onder
de Telecommunicatiewet worden vastgelegd. Ook de Europese Commissie heeft volgens
de Gezondheidsraad aangegeven de nieuwste ICNIRP-richtlijnen over te nemen in een
aanbeveling of richtlijn.
De blootstellingslimieten bevatten een ruime veiligheidsmarge, die rekening houdt
met kwetsbare groepen, zoals ouderen, kinderen en mensen met een zwakke gezondheid.
De blootstellingslimieten zijn vijftig keer lager dan het niveau waarbij in onderzoek
gezondheidseffecten optraden.10 ICNIRP beoordeelt regelmatig de stand van de wetenschap op het gebied van elektromagnetische
velden en gezondheid.11 Er zijn verschillende blootstellingslimieten voor elektromagnetische velden van verschillende
frequenties. In maart 2020 zijn deze limieten laatstelijk bevestigd en gepreciseerd
op basis van de actuele stand van de wetenschap.12 ICNIRP heeft in de nieuwe blootstellingslimieten extra rekening gehouden met het
gebruik van hogere frequenties ten behoeve van nieuwe technologieën (zoals 5G) en
heeft om de gezondheidsbescherming verder te borgen nieuwe eisen toegevoegd ter limitering
van de temperatuurstijging in het lichaam.13 Uit zeer uitvoerige meta-analyse van ICNIRP blijkt dat er geen wetenschappelijke
basis is om te concluderen dat er bij blootstelling aan deze elektromagnetische velden
met veldsterktes ónder deze limieten gezondheidsschade optreedt.14 ICNIRP heeft daarbij rekening gehouden met de wetenschappelijke kwaliteit en de onzekerheden
van de door hen beoordeelde onderzoeken.
Naast de toepassing van de nieuwste ICNIRP-richtlijnen adviseert de Gezondheidsraad
de blootstelling aan elektromagnetische velden zo laag te houden als redelijkerwijs
mogelijk is, aldus het ALARA-principe (As Low As Reasonably Achievable) toe te passen. In het Antenneconvenant
is het ALARA-principe vastgelegd: de blootstelling van het publiek moet zo laag zijn
als redelijkerwijs mogelijk. In het Antenneconvenant staan afspraken tussen het Rijk,
de VNG en mobiele operators over de plaatsing van vergunningsvrije antennes. De telecomsector
onderschrijft het ALARA-principe en heeft afgesproken de blootstelling van het publiek aan elektromagnetische
velden zo laag als redelijkerwijs mogelijk te houden. De telecomsector heeft hier
ook een financieel belang bij. Een lager energieverbruik van apparatuur voor telecommunicatie
brengt een lagere blootstelling aan elektromagnetische velden met zich mee. De rijksoverheid
onderschrijft daarnaast ook uit het oogpunt van energiebeleid de doelstelling om onnodig
zwaar zendvermogen zoveel mogelijk te vermijden.
De Gezondheidsraad adviseert om de blootstelling aan elektromagnetische velden voor,
tijdens en na de uitrol van 5G te monitoren. Dit is in lijn met de toezichtstaak van
Agentschap Telecom (AT). Agentschap Telecom houdt toezicht op de blootstellingslimieten
en doet veldsterktemetingen door het gehele land om te controleren of de blootstellingslimieten
niet worden overschreden.15 Er worden jaarlijks 400 cumulatieve (breedbandige) steekproefmetingen gedaan op verschillende
locaties en tijdstippen. Een breedbandige meting houdt in dat op een locatie de opstelsom
wordt gemeten van alle radiofrequente elektromagnetische velden – ook wel «straling»
genoemd – (2G, 3G, 4G, 5G, omroep, radar) waaraan een persoon wordt blootgesteld.
De werkelijk gemeten blootstelling door AT zit over het algemeen een factor 10 tot
20 onder de blootstellingslimieten. De strengste limiet is 28 volt per meter (V/m).
In de meeste gevallen meet AT tussen 0.5 en 3 V/m. Dit geldt ook voor metingen aan
5G-systemen.16 Als de gemeten veldsterkte op publiek toegankelijke locaties meer dan 5% van de strengste
limiet17 bedraagt (meer dan 6 V/m), doet AT nader onderzoek naar de situatie en neemt zij
zo nodig contact op met de betrokken vergunninghouders om de veldsterkte te verminderen.
Onderzoek
Zoals de Gezondheidsraad adviseert zal het kabinet inzetten op meer onderzoek. De
komende jaren worden meer onderzoeksresultaten verwacht, bijvoorbeeld van het internationale
epidemiologisch onderzoeksproject COSMOS18 waaraan Nederland deelneemt. Dit betreft een zeer groot internationaal cohortonderzoek
waarin enkele honderdduizenden mensen gevolgd worden, met als doel lange termijn gezondheidseffecten
te achterhalen. Dit zogeheten COSMOS-project loopt tot 2023. Daarnaast wordt in 2022
een uitgebreide wetenschappelijke analyse van de WHO verwacht. In deze WHO-analyse19 wordt – en gaat verder dan het advies van de Gezondheidsraad – gekeken naar mogelijke
gezondheidsrisico’s bij blootstelling onder de huidige blootstellinglimieten en wordt
ook een fijnmazige kwaliteitscheck gedaan op de wetenschappelijke literatuur.20 De Gezondheidsraad adviseert de 26 GHz-band niet voor 5G in gebruik te nemen, omdat
onderzoeken naar de gezondheidseffecten van blootstelling aan frequenties rond de
26 GHz-band vrijwel ontbreken.
Ook voor het gebruik van de hogere frequentiebanden, zoals de 26 GHz-band, zijn de eerdergenoemde blootstellingslimieten van toepassing. ICNIRP heeft,
zoals eerder aangegeven, de blootstellingslimieten voor de hogere frequenties laatstelijk
aangevuld om de gezondheidsbescherming verder te borgen.21Volgens de WHO, Europese Commissie en ICNIRP is er op dit moment geen aanleiding om
te veronderstellen dat het gebruik van de 26 GHz-band negatieve gezondheidseffecten
oplevert.22 De Gezondheidsraad heeft dit ook bevestigd.23 Mede daarom ziet het kabinet geen reden om meer onderzoeksresultaten af te wachten
voor het gebruik van deze band. De 26 GHz-band is wel in gebruik in Nederland, maar
(nog) niet voor mobiele communicatie. De 700 MHz-band, 3,5 GHz-band en de 26 GHz-band
worden door de Europese Commissie gezien als de «5G pioneer banden» voor de uitrol
van de nieuwe generatie draadloze netwerken.24 Met de uitgifte van de frequentiebanden wordt uitvoering gegeven aan Europese verplichtingen.
Conform de nieuwe telecomrichtlijn, de zogenoemde Telecomcode25, bereidt het kabinet de uitgifte voor van frequenties in een deel van deze band.
In navolging van de aanbevelingen in het advies van de Gezondheidsraad, beziet het
kabinet op dit moment hoe het een extra bijdrage kan leveren aan (internationaal)
onderzoek dat zich richt op gezondheidseffecten van blootstelling aan elektromagnetische
velden in de 26 GHz-band en scenariostudies om de blootstelling van individuen als
gevolg van draadloze communicatiesystemen (3G, 4G en 5G) zichtbaar te maken. Het kabinet
houdt de vinger aan de pols en blijft de nieuwste wetenschappelijke resultaten volgen.
Mocht er uit onderzoek op enig moment blijken dat sprake is van nadelige gezondheidseffecten,
dan zal het kabinet maatregelen treffen.
Samenvattend
Het is volgens de Gezondheidsraad niet aangetoond en niet waarschijnlijk dat blootstelling
aan frequenties die voor 5G gebruikt (zullen) worden de gezondheid kan schaden. Deze
frequenties zijn al jaren in gebruik voor andere toepassingen en dat heeft niet geleid
tot bewezen ongunstige effecten op de gezondheid. Het kabinet blijft de nieuwste wetenschappelijke
resultaten volgen. Zo worden de komende jaren meer onderzoeksresultaten verwacht en
zal het kabinet zelf ook inzetten op meer onderzoek. Het Kennisplatform EMV en organisaties
zoals het RIVM, Gezondheidsraad en GGD’en spelen een belangrijke rol in de advisering
en ontsluiting van kennis op het gebied van EMV. In het Kennisplatform EMV26 werken RIVM, TNO, DNV GL, GGD GHOR Nederland, Agentschap Telecom en ZonMw samen om
wetenschap te duiden en kennis te ontsluiten voor burgers, professionals, werknemers
en lagere overheden. Het kabinet zet in op het meten en monitoren van de sterkte van
radiofrequente elektromagnetische velden in de publieke ruimte om te borgen dat deze
binnen de daarvoor geldende blootstellingslimieten blijven. De beschikbare metingen
zijn gekoppeld aan het publiek toegankelijke antenneregister.27
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
M.C.G. Keijzer
De Minister voor Medische Zorg,
T. van Ark
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
S. van Veldhoven-van der Meer
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.C.G. Keijzer, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat -
Mede ondertekenaar
T. van Ark, minister voor Medische Zorg -
Mede ondertekenaar
S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat