Brief regering : Voortgangsrapportage ZE&GG en Gepast Gebruik

Nr. 324 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 oktober 2020

De afgelopen jaren is gepast gebruik een belangrijk speerpunt geweest voor VWS. Dit
heeft mijn ambtsvoorganger ook in de pakketbrief1 van 29 mei jl. benadrukt. Tijdens de coronacrisis is het belang van gepast gebruik
nogmaals gebleken.

Door middel van gepast gebruik kan de beperkte capaciteit aan mensen en middelen zo
goed mogelijk ingezet worden. Ook in de debatten voor de zomer heeft u het over het
belang van gepast gebruik gehad2.

Het programma Zorgevaluatie en Gepast Gebruik (ZE&GG) heeft in september het jaarplan
opgeleverd. Hierin is ook de voortgang opgenomen. Conform de toezeggingen die ik hierover
in verschillende debatten heb gedaan, stuur ik u deze toe3. In het jaarplan van ZE&GG wordt gepast gebruik treffend als volgt verwoord: Gepast gebruik gaat over het leveren van zorg waarvan we weten dat deze meerwaarde
heeft, en het niet leveren van zorg die geen meerwaarde heeft.

Het maakt de zorg continu kwalitatief beter en zorgt voor genuanceerd pakketbeheer.
Bovendien zorgt het ervoor dat de collectieve zorguitgaven en de beperkt beschikbare
arbeidskrachten in de zorg zo optimaal mogelijk worden ingezet.

Omdat er naast het jaarplan van ZE&GG veel ontwikkelingen zijn op het gebied van gepast
gebruik stuur ik u later dit najaar een brief waarin ik breder op gepast gebruik in
ga. Ik zal het dan onder andere hebben over de voortgang van verschillende programma’s
die raken aan gepast gebruik, het advies van de Nederlandse Zorgautoriteit en het
Zorginstituut op het gebied van gepast gebruik en de (daaraan gekoppelde) moties4 en op het rapport van de Algemene Rekenkamer over het Zinnige Zorgprogramma van het
Zorginstituut.

De Minister voor Medische Zorg, T. van Ark