Brief regering : Uitvoeringsbesluiten in het kader van de Europese COVID-19 crisismaatregel SURE
35 466 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2020 (Derde incidentele suppletoire begroting inzake noodpakket banen en economie 2.0 en COVID-19 crisismaatregel SURE)
Nr. 11
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 september 2020
Op 19 mei jl. hebben de EU-lidstaten in de Raad van de Europese Unie het noodinstrument
SURE goedgekeurd (European instrument for temporary support to mitigate unemployment risks in an emergency). SURE is een instrument voor tijdelijke steun om inkomensverlies van burgers als
gevolg van de COVID-19-uitbraak op te vangen en de toename in werkloosheid en de gevolgen
ervan te beperken, alsook sommige uitgaven ten behoeve van gezondheid te financieren.
Over de ontstaansgeschiedenis van SURE, de inhoud van de verordening1 en de budgettaire gevolgen bent u onder meer geïnformeerd middels mijn brief van
20 mei 2020.2
De Europese Commissie kan onder SURE namens de Europese Unie tot 31 december 2022
voor 100 miljard euro aan leningen aantrekken op de kapitaalmarkten of bij financiële
instellingen om die vervolgens als leningen aan lidstaten te verstrekken. Terugbetaling
wordt gegarandeerd door de marge onder het Eigenmiddelenplafond en de aanvullende
bilaterale garantie die alle EU lidstaten afgegeven. De bilaterale garanties lopen
tot 31 december 2053.
Volgens de SURE-verordening kunnen landen die sinds 1 februari 2020 te maken hebben
met plots en sterk gestegen overheidsuitgaven als gevolg van nationale maatregelen
die rechtstreeks verband houden met werktijdsverkortingsregelingen of soortgelijke
maatregelen om de sociaaleconomische gevolgen van de COVID-19 uitbraak op te vangen.
Middelen die onder SURE worden toegekend moeten hoofdzakelijk worden gebruikt voor
dergelijke maatregelen en, waar passend, ter ondersteuning van sommige zorgmaatregelen,
met name gerelateerd aan de werkplek.3 De verordening vereist dat de Commissie na een aanvraag door een lidstaat voor SURE-middelen
bovengenoemde stijging verifieert.
Inmiddels hebben 17 landen een verzoek ingediend voor leningen uit SURE. Op dit moment
heeft de Commissie 16 voorstellen voor uitvoeringsbesluiten opgesteld en aan de Raad
voorgelegd, voor een gezamenlijk bedrag van 87,3 miljard euro. De aanvraag van Hongarije wordt momenteel nog beoordeeld
door de Europese Commissie. Op basis van een door de Raad per land goedgekeurd uitvoeringsbesluit
zal de Europese Commissie vervolgens een leenovereenkomst met de desbetreffende lidstaat
opstellen. U kunt alle concept uitvoeringsbesluiten teruglezen op de website van de
Europese Commissie.4
De maximaal aan de landen te verstrekken bedragen zijn in de individuele uitvoeringsbesluiten
opgenomen (zie tabel 1 in de bijlage voor een overzicht). De Commissie heeft laten
weten dat aan alle landen de daadwerkelijk door hun aangevraagde middelen worden toegekend,
met uitzondering van de drie grootste aanvragers (Italië, Spanje en Polen). Op basis
van de verordening mag om prudentiële redenen het cumulatieve aandeel van de leningen
dat vanuit SURE wordt verstrekt aan de drie landen met het grootste aandeel in de
totale portefeuille niet meer dan 60 miljard euro bedragen.5 Deze landen krijgen daarom een deel van de door hen aangevraagde middelen toegekend.
Specifieke leningen mogen tot maximaal 18 maanden na goedkeuring van het uitvoeringsbesluit
worden ingeroepen en mogen een maximale gemiddelde looptijd hebben van 15 jaar. De
individuele lidstaat moet alle kosten die de Europese Commissie maakt voor het ter
beschikking stellen van de middelen vergoeden.
In de individuele voorstellen voor uitvoeringsbesluiten geeft de Commissie aan voor
welke verschillende nationale maatregelen de SURE-middelen mogen worden ingezet. Het
betreft voornamelijk maatregelen gericht op tijdelijke loonsubsidies, verlaging van
sociale lasten voor bedrijven en uitkeringen voor zelfstandigen. Het kabinet heeft
er tijdens de onderhandelingen over de verordening op ingezet om het type maatregelen
dat onder SURE kan worden gefinancierd te verbreden met maatregelen gericht op de
gezondheid. Enkele van de nu voorliggende uitvoeringsbesluiten bevatten ook maatregelen
die hierop gericht zijn. Zo zal bijvoorbeeld Italië middelen lenen voor de financiering
van belastingaftrek voor bedrijven om de werkomgeving veiliger te maken. Portugal
zal met de middelen beschermende kleding voor medisch personeel financieren.
Het kabinet is van mening dat de voorgestelde maatregelen die de verschillende landen
middels SURE-leningen zullen financieren recht doen aan de doelstellingen en de vereisten
van SURE. Het kabinet is daarom voornemens in te stemmen met de 16 voorliggende uitvoeringsbesluiten.
De Minister van Financiën,
W.B. Hoekstra
Bijlage:
Tabel 1 (maximaal te lenen bedragen onder SURE)
Aanvragend land
Bedrag in miljard euro´s
België
7,8
Bulgarije
0,511
Tsjechië
2
Griekenland
2,7
Spanje
21,3
Kroatië
1
Italië
27,4
Cyprus
0,479
Letland
0,192
Litouwen
0,602
Malta
0,244
Portugal
5,9
Polen
11,2
Roemenië
4
Slowakije
0,631
Slovenië
1,1
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Financiën