Brief regering : WODC-Rapport “Plan- en procesevaluatie Landelijke Vreemdelingenvoorzieningen”
19 637 Vreemdelingenbeleid
Nr. 2641 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 juli 2020
Het is u bekend dat ik, in het kader van het programma Landelijke Vreemdelingenvoorzieningen
(hierna: LVV), het WODC heb gevraagd om een plan- en procesevaluatie uit te voeren1. Doelstelling van dit onderzoek was om de organisatie en resultaten van de vijf pilot-LVV´s
inzichtelijk te maken en waar mogelijk te voorzien van tussentijdse kwantitatieve
bevindingen. Het eindrapport «Plan- en procesevaluatie Landelijke Vreemdelingenvoorzieningen», dat ik u hierbij aanbied2, is op 9 juni 2020 door het WODC opgeleverd en bevat resultaten tot peildatum 1 december
2019. Gelet op het gezamenlijk opdrachtgeverschap wordt een (beleids)reactie op dit
rapport in samenwerking met de VNG opgesteld. Daarin zal ik gedetailleerder ingaan
op de gevraagde informatie in de motie van de leden Becker en Van Toorenburg.3 Uw Kamer zal deze reactie kort na het zomerreces ontvangen.
Het doel van de plan en procesevaluatie was ook om bouwstenen te bieden voor de aanstaande
effectevaluatie. De resultaten van de effectevaluatie volgen begin 2021 en zullen
beschikbaar zijn voor het aflopen van deze kabinetsperiode. Conform het gevraagde
in de motie Voordewind/Groothuizen zal ik bij deze evaluatie rekening houden met de
gevolgen van de COVID-19 maatregelen op de dagelijkse praktijk van de pilot-LVV´s.4 Dit doe ik door de periode waarover gegevens worden verzameld zo ver als mogelijk
op te rekken.
Tussenresultaten LVV
Tijdens het nota-overleg op 3 juni jl. (Kamerstuk 19 637, nr. 2634) heb ik uw Kamer toegezegd om u, vanwege het annuleren van de technische briefing,
bij brief te informeren over de voortgang van het programma LVV, inclusief het aantal
gerealiseerde bestendige oplossingen. De inzet van Rijk en gemeenten is erop gericht
om zoveel mogelijk bestendige oplossingen te realiseren voor vreemdelingen zonder
recht op verblijf en Rijksopvang, met als uiteindelijke doel om illegaliteit tegen
te gaan. De pilot-LVV’s bevinden zich nog in de ontwikkelfase. Dit betekent dat de
lokale samenwerkingspartners in de praktijk met elkaar uitzoeken hoe dit gezamenlijke
doel het beste kan worden bereikt. Dit betekent ook dat ik in dit stadium, aanvullend
op de plan- en procesevaluatie, de laatste tussenresultaten met u kan delen.
De tussenresultaten zijn gebaseerd op de eigen registratie van gemeenten vanaf de
start van de pilot-LVV´s op 1 april 2019 tot peildatum 1 juni 2020. Gemeenten hebben
aangegeven dat 788 personen zijn toegelaten tot de pilot-LVV´s en dat 88 bestendige
oplossingen zijn gerealiseerd, waarvan 33 inwilligingen en 55 vertrek.5 Kanttekening hierbij is dat de begeleiding als gevolg van de COVID-19 maatregelen
de afgelopen periode grotendeels stil heeft gelegen. De nadruk lag daardoor minder
op het realiseren van bestendige oplossingen en vooral op het veilig en volgens RIVM-richtlijnen
bieden van onderdak. Inmiddels zijn de werkprocessen binnen de migratieketen hervat
en wordt, uiteraard binnen het geldende juridisch kader, weer gestaag gewerkt aan
het realiseren van bestendige oplossingen.
Vreemdelingen met een 1F-status
Conform mijn toezegging bij het nota-overleg op 3 juni jl. ben ik in overleg getreden
met de lokale samenwerkingspartners over onderdak aan vreemdelingen met een 1F-status
in de pilot-LVV´s. Zoals eerder met uw Kamer gedeeld, heb ik met deelnemende gemeenten
afgesproken dat bepaalde categorieën vreemdelingen zijn uitgezonderd van toelating.6 Dit geldt onder meer voor vreemdelingen met een zwaar inreisverbod van 10 jaar of
hoger en ongewenstverklaarden. Omdat vreemdelingen met een 1F-status nagenoeg altijd
een zwaar inreisverbod of een ongewenstverklaring krijgen opgelegd, zijn zij in principe
uitgesloten van toelating tot en onderdak in de pilot-LVV´s.
Uit gesprekken met de convenantspartners is gebleken dat zich op dit moment geen vreemdelingen
met een 1F-status in de pilot-LVV´s in Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en Eindhoven
bevinden. Wel is een vreemdeling met een 1F-status toegelaten tot de pilot-LVV in
Groningen. Dit is bij hoge uitzondering mogelijk op basis van een aanvullende afspraak
die bij het afsluiten van het convenant met Groningen is gemaakt.7 De reden voor deze afspraak is dat Groningen van oudsher een belangrijke rol speelt
bij het van de straat houden van personen met een openbare orde indicatie.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, A. Broekers-Knol
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid