Brief regering : Uitvoering toezeggingen en Meerjarenagenda Slachtofferbeleid
33 552 Slachtofferbeleid
Nr. 66
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 juni 2020
Hierbij informeer ik u over de stand van zaken met betrekking tot de Meerjarenagenda
Slachtofferbeleid.1 Daarnaast ga ik in op de wijze van uitvoering van een aantal moties en toezeggingen
op het terrein van slachtofferbeleid.
Dit is het derde jaar van de uitvoering van de Meerjarenagenda Slachtofferbeleid 2018–2021.
In deze agenda heb ik drie prioriteiten benoemd: 1) de versterking van de rechtspositie
van slachtoffers; 2) de verbetering van de bejegening van slachtoffers in het strafproces;
en 3) de vergroting van mogelijkheden tot het verhaal van schade.
Recent heb ik u geïnformeerd over het adviescollege schadestelsel, dat zich gaat buigen
over de uitvoering van de laatstgenoemde prioriteit «schade».2 Om invulling te geven aan de prioriteit «versterking rechtspositie» heb ik het Wetsvoorstel
uitbreiding slachtofferrechten bij uw Kamer ingediend. De parlementaire behandeling
daarvan zal naar verwachting in het najaar plaatsvinden.
In deze brief zal ik daarom met name ingaan op de uitvoering van de tweede prioriteit
«verbetering bejegening». Sinds de vorige voortgangsrapportage zijn hierin belangrijke
stappen gezet. Ik kan u melden dat recent een belangrijke mijlpaal is bereikt met
de lancering van de eerste versie van het Ketenbreed Slachtofferportaal. In deze brief
zal ik meer gedetailleerd uiteenzetten wat slachtoffers hier nu en op termijn van
kunnen verwachten.
Bij deze stel ik uw Kamer ook op de hoogte van het feit dat ik vorige week een brief
heb ontvangen van de Nationale ombudsman waarin deze zijn zorgen uit over de bejegening
door het OM van nabestaanden van slachtoffers. Ik zal de in de brief vervatte zorgen
nader bestuderen. In de volgende voortgangsrapportage over de Meerjarenagenda Slachtofferbeleid
kom ik terug op de wijze waarop ik de aanbevelingen van de Nationale ombudsman oppak.
Mijlpaal Ketenbreed Slachtofferportaal
Het Ketenbreed Slachtofferportaal biedt slachtoffers voor het eerst een overzichtelijke
en centrale plek waar zij informatie en communicatie over hun zaak kunnen vinden.
Op 25 mei jongstleden heeft de lancering van dit informatieportaal voor een beperkte
groep slachtoffers van criminaliteit plaatsgevonden. Samen met de politie, het Openbaar
Ministerie, Slachtofferhulp Nederland, het Schadefonds Geweldsmisdrijven en het Centraal
Justitieel Incassobureau is de afgelopen jaren hard gewerkt om deze stap op een verantwoorde
wijze te kunnen zetten.
De inmiddels gelanceerde versie van het portaal biedt slachtoffers een integraal overzicht
over de voortgang van hun zaak. Zo kunnen slachtoffers alle ontvangen berichten van
ketenpartners eenvoudig terugvinden en worden ze geattendeerd op nieuwe berichten.
Daarnaast kunnen slachtoffers informatie vinden over hun rechten, over de hulp die
voor hen beschikbaar is en over de organisaties die zij kunnen benaderen voor ondersteuning.
De komende maanden worden voorbereidingen getroffen om het portaal breed open te stellen
voor slachtoffers van criminaliteit. Daarbij wordt, onder andere van de deelnemende
slachtoffers zelf, geleerd van de ervaringen met de eerste versie van het portaal.
De ambitie is om het portaal voor eind 2020 voor alle slachtoffers beschikbaar te
maken.
Uitvoering van moties en toezeggingen
Pilot slachtofferadvocatuur
Met de pilot slachtofferadvocatuur wordt een piketdienst geïntroduceerd voor slachtoffers
van ernstige gewelds- en zedenmisdrijven.3 Doelstelling van de pilot is dat deze slachtoffers vanaf het begin van het strafproces
kunnen worden ondersteund door een advocaat. In het kader van de pilot wordt ook de
taakverdeling tussen casemanagers van Slachtofferhulp Nederland en de slachtofferadvocaat
verduidelijkt.
De voorbereidingen voor de pilot zijn inmiddels in een vergevorderd stadium. De pilot
zal in september starten. Met deze pilot geef ik uitvoering aan de motie van het lid
Van Toorenburg c.s., die verzocht om met voorrang aandacht te besteden aan het inrichten
van rechtshulppakketten voor slachtoffers.4
Ongemaximeerd voorschot bij indirecte schade
Ik heb uw Kamer toegezegd om te onderzoeken of een aantal delicten dat nu onder de
gemaximeerde voorschotregeling valt, onder de ongemaximeerde voorschotregeling gebracht
zou moeten worden.5 Het gaat daarbij om delicten als brandstichting die niet direct gericht zijn op lichamelijk
letsel maar dat wel tot gevolg kunnen hebben.
Ik heb u geïnformeerd over het adviescollege schadestelsel dat zich gaat buigen over
het stelsel van schadevergoeding voor slachtoffers.6 Gelet op het aan de toekenning van ongemaximeerde voorschotten onderliggende vraagstuk
van afbakening en financiële impact valt dit onderwerp binnen de opdracht van het
adviescollege. Ik wacht het advies hierover af.
Verzekeraars afkoop regresrecht WMO
Tijdens het AO Slachtofferbeleid van 27 november 2019 (Kamerstuk 33 552, nr. 62) is door het lid van Nispen (SP) gesproken over letselschade en het regresrecht Wet
maatschappelijke ondersteuning (WMO). Letselschadeslachtoffers kunnen bij hun verzekeraar
terecht, zonder eerst aanspraak te hoeven maken op de WMO. Er is echter mogelijk een
aantal oudere zaken waarbij claims van mensen in eerste instantie zijn afgewezen door
hun verzekeraar en werden doorverwezen naar de gemeente. Ik vind het belangrijk dat
voor deze oudere zaken een oplossing komt. Ik heb hierover contact gezocht met het
Verbond van Verzekeraars en de letselschade-advocatuur. Resultaat van deze gesprekken
is dat zij in samenspraak zullen kijken waar nog knelpunten bestaan en zij zullen
zoeken naar een passende oplossing in voorkomende individuele gevallen. Ik zal uw
Kamer informeren over de geboden oplossingen in een volgende voortgangsrapportage
van slachtofferbeleid dit najaar.
Internationale misdrijven
In het AO Slachtofferbeleid van 27 november 2019 heb ik u toegezegd om terug te komen
op rechtsbijstand voor slachtoffers van internationale misdrijven. Het is op dit moment
niet mogelijk om slachtoffers van internationale misdrijven in aanmerking te laten
komen voor kosteloze rechtsbijstand. Uitgangspunt van de huidige Wet op de rechtsbijstand
is dat het misdrijf op Nederlands grondgebied moet zijn gepleegd om voor kosteloze
rechtsbijstand in aanmerking te komen.
Om dezelfde redenen die ik in mijn brief over een fonds voor Nederlandse slachtoffers
in het buitenland heb aangegeven, geldt het territorialiteitsprincipe als grondslag
voor schadevergoeding aan slachtoffers (die ook de grondslag vormt voor kosteloze
rechtsbijstand) voor mij nu als uitgangspunt.7
8 Het eerdergenoemde adviescollege schadestelsel zal ingaan op de aan het stelsel van
schadevergoeding en -tegemoetkoming ten grondslag te leggen principes.
Achterblijvers bij vermissing
Tijdens het AO Slachtofferbeleid van 27 november 2019 heb ik toegezegd te bekijken
of de huidige maatwerkoplossing voor achterblijvers van vermiste personen in de praktijk
afdoende blijkt te werken. Bij deze maatwerkoplossing biedt Slachtofferhulp Nederland
emotionele, praktische en juridische hulp aan achterblijvers. Indien nodig bemiddelt
Slachtofferhulp Nederland ook tussen de achterblijver en organisaties om financiële
of praktische problemen op te lossen, bijvoorbeeld wanneer de zorgverzekering van
de vermiste door blijft lopen. Dit is maatwerk. In 2019 heeft Slachtofferhulp Nederland
in ongeveer 180 zaken hulp geboden. In ruim 20 zaken heeft Slachtofferhulp Nederland
maatwerkafspraken voor achterblijvers gemaakt.
Slachtofferhulp Nederland werkt daarbij samen met sleutelfiguren binnen de betrokken
organisaties.9 Ook is er een nauwe samenwerking tussen Slachtofferhulp Nederland en de politie,
voornamelijk met het landelijk bureau vermiste personen en regiospecialisten vermissing.
Slachtofferhulp Nederland heeft laten weten dat deze werkwijze naar behoren lijkt
te functioneren. Ik zal de vinger aan de pols houden. Tot slot wil ik u laten weten
dat wetgeving inzake het aanpassen van de terminologie van de verklaring van vermoedelijk
overlijden in voorbereiding is.
De Minister voor Rechtsbescherming,
S. Dekker
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming