Brief regering : Stand van zaken schadeafhandeling Groningen
33 529 Gaswinning
Nr. 767
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 26 mei 2020
Zoals ik uw Kamer op 16 maart jl. per brief (Kamerstuk 33 529, nr. 737) heb geïnformeerd, heeft de Tijdelijke Commissie Mijnbouwschade Groningen (TCMG)
moeten besluiten om uit voorzorg voorlopig geen opnames thuis uit te voeren vanwege
de coronamaatregelen. Dit is gedaan om de veiligheid van de schademelders en de TCMG-medewerkers/deskundigen
te waarborgen. De TCMG werkt met man en macht om de door corona opgelopen vertraging
in de schade-opnames te minimaliseren. Naast schade-opnames in leegstaande gebouwen
en de reeds gestarte pilot met video-schade-opnames is de TCMG sinds 11 mei jl. weer
gestart met de reguliere schade-opnames conform de richtlijnen van het RIVM zodat
inwoners van Groningen zo goed en zo snel mogelijk geholpen kunnen worden. De afhandeling
van schademeldingen door de TCMG is onverminderd doorgezet.
Terwijl de winkel open is, wordt toegewerkt naar de oprichting van het Instituut Mijnbouwschade
Groningen (IMG). Het IMG start op 1 juli aanstaande. Inwoners van Groningen kunnen
bij het IMG niet alleen terecht voor aanvragen om vergoeding van fysieke schade, maar
ook voor andere schadesoorten zoals schade door waardedaling en immateriële schade.
Dit is een belangrijke mijlpaal voor de inwoners van Groningen. Met de vergoeding
van immateriële schade wordt het leed in Groningen niet weggenomen maar wordt wel
een belangrijke stap gezet in de erkenning en daarmee hopelijk verzachting van het
leed.
Het IMG in oprichting (i.o.) heeft de afgelopen tijd voor zowel schade door waardedaling
als immateriële schade gewerkt aan de werkwijze voor de vergoeding van deze schadesoorten.
Voor schade door waardedaling is de werkwijze gereed. Het IMG stelt alles in het werk
om vanaf 1 september te kunnen starten met de behandeling van meldingen over schade
door waardedaling. De aanpak voor immateriële schade is nog in ontwikkeling, waardoor
het starten met de behandeling van meldingen hiervan later in het najaar zal starten.
In deze brief ga ik nader in op de afhandeling van de schademeldingen tijdens de coronacrisis,
de oprichting van het IMG en de werkwijze voor waardedaling en immateriële schade.
Ook informeer ik uw Kamer over het jaarverslag van de TCMG, de evaluatie van het samenwerkingsconvenant
tussen de NCG en de TCMG en de publicatie van een rapport over het hoge aantal schademeldingen.
Schadeafhandeling TCMG tijdens coronacrisis
De TCMG werkt zoals hiervoor geschetst hard om de gevolgen van de corona-maatregelen
op de schadeafwikkeling zoveel mogelijk te beperken. Bij de schademeldingen waar reeds
een opname heeft plaatsgevonden, heeft de TCMG het afhandelingsproces doorgezet, waardoor
er op reguliere wijze besluiten genomen konden worden. Vanaf medio maart zijn er 5726
besluiten genomen. Met ingang van 1 april jl. is de TCMG verder gegaan met schade-opnames
in leegstaande gebouwen zoals kerken en scholen en hebben er schade-opnames per videoverbinding
plaatsgevonden. Bij deze laatste vorm wordt momenteel verkend of dit ook toegepast
kan worden bij kwetsbare groepen, bij wie voorlopig geen fysieke schade-opnames plaats
zullen vinden. Bij zowel bewoners als deskundigen is sprake van tevredenheid over
deze nieuwe werkwijze. In de week van 11 mei, het moment dat de TCMG in overleg met
bewoners de fysieke schade-opnames heeft hervat, waren reeds 450 schade-opnames gepland.
Dit aantal wordt maximaal opgeschaald. Hierbij staat de volksgezondheid voorop en
worden bewoners en deskundigen aan een strikt protocol volgens RIVM-richtlijnen gehouden.
Op deze manieren zorgt de TCMG ervoor dat de schadeafhandeling zo goed en snel als
mogelijk weer gecontinueerd wordt voor de bewoners. Het is op dit moment nog niet
te zeggen welke vertraging er als gevolg van de coronacrisis precies op zal treden,
maar het streven naar een doorlooptijd van een schademelding van gemiddeld zes maanden
blijft staan.
Jaarverslag TCMG: bijna 25.000 schademeldingen afgehandeld
Op 23 maart jl. publiceerde de TCMG haar jaarverslag (zie bijlage)1. Uit dit jaarverslag komt een stabiel klanttevredenheidsniveau naar voren. Schademelders
zijn tevreden over het persoonlijk contact, waarbij aspecten als vriendelijkheid en
behulpzaamheid goed scoren. In het afgelopen jaar zijn er meer schademeldingen afgehandeld
dan vorig jaar. In 2019 werden er in totaal 24.191 schademeldingen afgehandeld tegenover
3.666 in 2018. Er werd in 2019 139,5 miljoen euro aan schadevergoedingen uitgekeerd.
Gemiddeld genomen duurt de afhandeling van een reguliere schademelding nu circa een
half jaar. Het jaarverslag laat zien dat het aantal schademeldingen is gegroeid in
de loop van 2019; er kwamen in totaal 26.798 nieuwe schademeldingen binnen. Ook de
organisatie groeide mee met de toename van schademeldingen. De organisatieomvang nam
toe van 215 naar 315 fte. Ik kan het alleen maar ondersteunen dat de TCMG al deze
informatie op een transparante en toegankelijke wijze heeft gepubliceerd.
Waardedaling
Het IMG heeft mij geïnformeerd dat zij het advies van Hammerstein (Kamerstuk 33 529, nr. 696) inclusief de bijbehorende aanbevelingen zal overnemen en de methode van Atlas voor
Gemeenten zal hanteren. De kwartiermaker IMG heeft conform de gewijzigde motie van
de leden Agnes Mulder en Sienot (Kamerstuk 35 250, nr. 39) de commissie Hammerstein ook gevraagd te adviseren over de methode van Invisor (Kamerstuk
33 529, nr. 722).
De commissie heeft wetenschappelijke en methodologische bezwaren tegen deze methode
en beoordeelt de uitkomsten als niet plausibel. Zo gaf de methode uitkomsten waarbij
woningen in de kern van het aardbevingsgebied zich in de afgelopen jaren ongeveer
op dezelfde manier ontwikkelden als woningen in de meest gewilde delen van de Randstad.
De kwartiermaker komt tot de conclusie dat er onvoldoende argumenten zijn om te kiezen
voor deze methode en ziet geen reden om af te wijken van de aanbevelingen van de commissie
Hammerstein.
Voor de werkwijze van de waardedaling geldt het volgende. Voor iedereen die de woning
na augustus 2012 in bezit had maar nadien heeft verkocht, wordt op basis van de verkoopprijs
berekend welk bedrag werd misgelopen. Dit geldt ook voor degenen die de woning nog
steeds in bezit hebben. In dat geval wordt uitgegaan van de WOZ-waarde op de peildatum
1 januari 2019. Het is daarbij mogelijk om tot op de dag nauwkeurig te berekenen om
hoeveel schadevergoeding het gaat.
Immateriële schade
De werkwijze voor de vergoeding van immateriële schade wordt momenteel door het IMG
i.o. uitgewerkt. Er bestaat spanning tussen het kunnen behandelen van een grote hoeveelheid
aanvragen en een zorgvuldige maatwerkaanpak om de immateriële schade individueel vast
te stellen. Het IMG heeft laten weten dat zij werkt aan een menselijke en individuele
aanpak die recht doet aan de situatie in Groningen. Bovendien is er ruimte om te differentiëren
in de omvang van immateriële schadevergoeding. In de meest recente brief van de kwartiermaker
IMG wordt wederom benadrukt dat de procedure voor het toekennen van immateriële schadevergoeding
op zichzelf niet tot extra leed mag leiden. Daarom streeft de kwartiermaker IMG een
laagdrempelige en mensgerichte procedure na. De bewoner krijgt daarbij de mogelijkheid
zijn verhaal te doen en het IMG zal hierbij ondersteuning bieden. De eventuele bijzondere
omstandigheden uit dit verhaal worden betrokken bij het vaststellen van de immateriële
schade. Op het moment dat een bewoner de aanvraag kan indienen en de bewoner vanwege
zijn persoonlijke situatie meer tijd nodig heeft om zijn immateriële schade kenbaar
te maken, dan is dat mogelijk. Zijn mogelijkheden vervallen daardoor niet. Verder
heb ik het IMG op het hart gedrukt dat het belangrijk is dat de meest kwetsbare groepen
worden geprioriteerd. Uiteraard heeft het IMG oog voor de prioritaire groepen, tegelijkertijd
dient de werkwijze de komende tijd nog definitief te worden vastgesteld. Ook zal het
IMG i.o. bij de vaststelling van de werkwijze de relevante jurisprudentie en het advies
van de commissie immateriële schade Groningen betrekken (Kamerstuk 33 529, nr. 725). Het streven is dat de werkwijze deze zomer gereed is en dat bewoners dit najaar
bij het IMG terecht kunnen voor immateriële schade. Zodra de werkwijze voor immateriële
schade definitief is zal ik uw Kamer hierover informeren.
Inwerkingtreding Tijdelijke wet Groningen per 1 juli (aanpak waardedaling en immateriële
schade)
Het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG) start op 1 juli aanstaande. Het IMG zal
dan naast fysieke schades ook andere schadesoorten behandelen, zoals schade door waardedaling
en immateriële schade. Voor schade door waardedaling zullen naar verwachting meer
dan 100.000 Groningers een aanvraag indienen. Bewoners die een aanvraag indienen voor
waardedaling of immateriële schade verdienen zo snel mogelijk duidelijkheid over de
procedure en de uitkomst daarvan, maar ook dat hun aanvraag zorgvuldig wordt bekeken
en dat zij er, indien van toepassing, een toelichting op kunnen geven. Het IMG i.o.
wil faciliteren dat aanvragen op een nauwkeurige maar efficiënte wijze kunnen worden
afgehandeld door het IMG. De heer prof. Kortmann, de voorzitter van de TCMG en kwartiermaker
voor het IMG, heeft mij hier recentelijk per brief over geïnformeerd.
De Tijdelijke wet Groningen (TwG) bepaalt dat het IMG een beslistermijn van acht weken
hanteert voor aanvragen die worden afgehandeld zonder deskundigenonderzoek, zoals
schade door waardedaling en immateriële schade. Het IMG i.o. heeft aangegeven dat
het vanwege de enorme aantallen aanvragen niet haalbaar is om iedereen tegelijkertijd
binnen acht weken te bedienen. De huidige voorloper van het IMG, de TCMG, heeft tot
nu toe immers ongeveer 40.000 schadeaanvragen afgehandeld in twee jaar. De uitdaging
is om twee tot drie keer zoveel besluiten binnen een paar maanden af te handelen met
een voor bewoner zo min mogelijk belastende, eenvoudige aanvraag. Om dit mogelijk
te maken, stelt het IMG i.o. een groepsgewijze aanpak voor bij de afhandeling van
de aanvragen voor schadevergoeding voor waardedaling.
Het IMG i.o. geeft aan dat zij de vergoedingen voor de schadevergoeding door waardedaling
gemeente voor gemeente wil uitkeren. Voorafgaand aan de start van deze groepsgewijze
aanpak wordt bekend gemaakt hoe deze er precies uit zal zien en in welke volgorde
de hun aanvraag kunnen indienen. Het IMG i.o. heeft aangegeven dat het belangrijk
is zorg te dragen voor een fasering van deze aanvragen, zodat de besluiten gecontroleerd
en voldoende in tijd gespreid kunnen worden genomen. Op deze manier wordt een stuwmeer
voorkomen en weten de inwoners van Groningen waar ze aan toe zijn. Vanwege de maatregelen
ten gevolge van COVID-19 lopen een aantal intensieve samenwerkingstrajecten, zoals
de implementatie van ICT systemen, vertraging op. Dit betekent dat de ICT-systemen
die voor de behandeling van de aanvragen voor wat betreft waardedaling nodig zijn,
naar verwachting per 1 september gereed zullen zijn. Om die reden stelt het IMG i.o.
voor om te starten met de uitkeringen van schadevergoedingen door waardedaling in
de gemeenten Loppersum en Appingedam per 1 september.
De heer Kortmann heeft mij laten weten dat bewoners vooraf adequaat geïnformeerd worden
door het IMG over de aanpak. Ik wil op korte termijn bekijken hoe deze aanpak verder
kan worden gefaciliteerd, bijvoorbeeld door een aanpassing van de wet. Ik informeer
u hierover voor de start van het IMG.
In de Tijdelijke wet Groningen is in artikel 13 geregeld dat het IMG een beslistermijn
van acht weken hanteert voor aanvragen om vergoeding van schade die worden afgehandeld
zonder deskundigenonderzoek, zoals schade door waardedaling en immateriële schade
(Kamerstuk 35 250). Voor de afhandeling van fysieke schade is wel een deskundigenonderzoek vereist.
De hiervoor genoemde omstandigheden samen leiden ertoe, zoals hierboven al aangegeven,
dat het IMG op het moment dat de wet inwerking treedt niet in staat is om binnen de
genoemde beslistermijn van acht weken besluiten te nemen op aanvragen om vergoeding
van schade door waardedaling en immateriële schade. Daarom ben ik voornemens om de
inwerkingtreding van artikel 13 van de Tijdelijke wet Groningen tijdelijk op te schorten.
Dit betekent dat voor de afhandeling van aanvragen om schadevergoeding voor waardedaling
en immateriële schade op grond van de Tijdelijke wet Groningen de standaardregeling
over beslistermijnen van de Algemene wet bestuursrecht (artikel 4:13 en 4:14 Awb)
geldt.
Per 1 juli zal ook het Besluit Tijdelijke wet Groningen in werking treden, een algemene
maatregel van bestuur waarin op verschillende punten nadere uitwerking wordt gegeven
aan bepalingen van de Tijdelijke wet Groningen. Hierin wordt onder meer geregeld dat
het IMG ten behoeve van de beoordeling van aanvragen om vergoeding van schade door
waardedaling gebruik kan maken van WOZ-waardes uit de landelijke voorziening WOZ.
Samenloop schadeafhandeling en versterkingsoperatie
NCG en TCMG hebben in september vorig jaar een convenant gesloten waarin zij de ambitie
uitspreken om intensiever samen te werken. Uit een eerste onderzoek van NCG en de
TCMG blijkt er weinig sprake te zijn van adressen waar een openstaande schademelding
is en die opgenomen zijn in het versterkingsprogramma. De NCG en de TCMG bekijken
gezamenlijk hoe in complexe gevallen een maatwerkoplossing geboden kan worden. De
uitvoering van het convenant wordt op dit moment geëvalueerd. Hieruit komt bijvoorbeeld
naar boven dat het aanwijzen van een enkele zaakwaarnemer over het algemeen erg wordt
gewaardeerd. Op basis van de uitkomsten hiervan zal bekeken worden hoe de samenwerking
tussen beide organisaties verder vormgegeven kan worden. De behoefte van de bewoner
staat hierin centraal.
RUG rapport
Sinds de beving bij Westerwijtwerd van 22 mei 2019 is er sprake van een hoger aantal
schademeldingen per week. De RUG is door de TMCG gevraagd om te onderzoeken of er
sprake is van een structurele toename van het aantal schademeldingen. Daarnaast is
de RUG gevraagd om de oorzaak hiervan te achterhalen. De resultaten hiervan zijn op
28 april jl. gepresenteerd. De TCMG heeft een reactie op haar website gepubliceerd2. Uit dit onderzoek komt geen eenduidige reden voor de toename van het aantal schadegevallen
naar voren. Het laat wel zien dat het grote aantal meldingen waarschijnlijk nog geruime
tijd aan zal houden en dat de TCMG zich dus daarop moet voorbereiden. De TCMG heeft
de afgelopen periode een aantal maatregelen genomen om de schadeafhandeling te versnellen.
Uw Kamer is bij brieven van 3 juni 2019 (Kamerstuk 33 529, nr. 639) en 5 februari 2020 (Kamerstuk 33 529, nr. 722) hierover geïnformeerd. Verder komt uit het onderzoek naar voren dat er een kwetsbare
groep bewoners is, vaak met een geschiedenis van meervoudige schade, die hun schade
niet (meer) meldt, mogelijk door slechte ervaringen in het verleden. De TCMG verwacht
dat het ruimere mandaat van het IMG zal helpen deze mensen te bereiken, omdat men
dan ook immateriële schade en waardedaling zal kunnen melden. Bovendien monitort de
TCMG continu de schademeldingen.
Uit het onderzoek blijkt wel dat wanneer mensen schade niet melden, dit veel minder
vaak dan voorheen komt door een laag vertrouwen. Niettemin blijft het terugwinnen
van het vertrouwen van de bewoners in Groningen bij de schademeldingen voor zowel
de TCMG, het IMG i.o. als voor mij een aandachtspunt. Positief is dat 47% van de bewoners
die schade wel gemeld hebben aangeeft (zeer) tevreden te zijn. Dit vertrouwen en tevredenheidsniveau
blijkt ook uit bovengenoemd jaarverslag.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
E.D. Wiebes
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat