Brief regering : Landelijke Nota Gezondheidsbeleid (LNG) 2020-2024
32 793 Preventief gezondheidsbeleid
Nr. 481 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 25 mei 2020
Met deze brief bied ik u namens het kabinet de Landelijke Nota Gezondheidsbeleid (LNG)
2020–2024 aan1. Ik licht allereerst de aanleiding toe, waarna ik u informeer over de verschillende
elementen die in de LNG aan bod komen. Vervolgens sluit ik af met mijn reactie op
enkele toezeggingen.
Aanleiding landelijke nota gezondheidsbeleid
Iedere vier jaar brengt het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS)
de LNG uit. Dit is zo vastgelegd in de Wet publieke gezondheid (Wpg)2. In de LNG worden de landelijke prioriteiten op het gebied van publieke gezondheid
beschreven. Het geeft hiermee richting aan het lokale gezondheidsbeleid van gemeenten.
Ik vind het belangrijk dat de LNG gemeenten ondersteunt en verder helpt. Door middel
van een zorgvuldig proces heb ik deze LNG dan ook voor het eerst samen met de Vereniging
voor Nederlandse Gemeenten (VNG) en een afvaardiging van gemeenten, GGD-en en kennisinstituten
opgesteld. Dit heeft een unieke samenwerking opgeleverd die ik ook vanuit het bestuurlijk
overleg publieke gezondheid zal voortzetten.
De landelijke nota en de COVID-19 pandemie
Waar het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) in de vierjaarlijkse
Volksgezondheid Toekomst Verkenning (VTV) van 20183 nog schreef over de positieve ontwikkelingen op het gebied van volksgezondheid, heeft
het nieuwe coronavirus het toekomstscenario veranderd. Het coronavirus maakt dat de
focus in Nederland meer dan ooit op de gezondheid ligt; op de effecten voor Nederlanders
op de korte en de lange termijn. Het is daarom belangrijk om te kijken naar wat er
nu speelt en hoe we samen de pandemie het hoofd kunnen bieden. Ook is het belangrijk
om vooruit te blijven kijken en niet uit het oog te verliezen welke stappen zijn gezet
en wat wij nog meer kunnen doen om onze gezondheid verder te versterken. De huidige
programma’s van het kabinet en gemeenten helpen hier al bij.
Om vooruit te kijken richten wij ons met deze LNG op wat wij de komende vier jaar
samen nog meer kunnen doen om Nederland gezonder te maken – aanvullend op wat wij
al deden en los van de aanpak van het coronavirus.
Leeswijzer
Om een kader te scheppen voor de samenwerking tussen Rijk en gemeenten start ik de
LNG met een gezamenlijke visie op gezondheidsbeleid. Hierin beschrijf ik samen met
gemeenten hoe gezondheidsbeleid tot stand moet komen en wat ieders rol hierin is.
Vervolgens formuleer ik ambities en handelingsperspectieven voor vier gezondheidsvraagstukken,
namelijk:
– Het verbeteren van de gezondheid in de fysieke- en sociale leefomgeving;
– het verminderen van gezondheidsachterstanden;
– het verlagen van de druk op het dagelijks leven bij jeugd en jongvolwassenen;
– het bijdragen aan het vitaal ouder worden.
Deze vier gezondheidsvraagstukken komen voort uit de Volksgezondheid Toekomst Verkenning
(VTV) 20184 en zijn specifiek gekozen, omdat deze gezondheidsvraagstukken een grote ziektelast
veroorzaken, leiden tot de grootste gezondheidswinst voor kwetsbare groepen of kunnen
leiden tot kostenbeheersing in de zorguitgaven. Bovendien vormen de gezondheidsvraagstukken een aanvulling op de beleidslijnen en landelijke programma’s die
al lopen, zoals het Nationaal Preventieakkoord5.
Kernpunt LNG: breed perspectief op gezondheid
Met de LNG wil ik het thema gezondheid breed op de agenda zetten. Een gezondheidsprobleem
staat namelijk veelal niet op zichzelf, maar hangt samen met problemen op andere beleidsdomeinen.
Zo kan ook een aanpak buiten het gezondheidsdomein leiden tot gezondheidswinst. Health in all Policies (HiaP) wordt dat genoemd. Denk bijvoorbeeld aan de positieve effecten die een gezonde
fysieke en sociale leefomgeving kan hebben op de participatie, het welbevinden en
de gezondheid van burgers.
Vanuit dat brede perspectief ga ik samen met gemeenten aan de slag om de gezondheid
van burgers te verbeteren, over de grenzen van beleidsdomeinen heen. Aangezien het
gaat om complexe problematiek, is een lange termijn inzet nodig. Het houdt dus niet
op bij deze publicatie. De VNG neemt de regie om ontwikkelagenda’s op te stellen voor
thema’s die zich bij uitstek lenen voor een domeinoverstijgende aanpak. Bij de start
richten deze agenda’s zich op drie thema’s: 1) verminderen gezondheidsachterstanden,
2) gezondheidsbescherming in de fysieke leefomgeving, 3) van denken vanuit ziekte
naar denken vanuit gezondheid. Zo werken het rijk en gemeenten samen aan beleid op
de volksgezondheid van nu en van de toekomst.
Reactie op toezeggingen
Tweemaal heb ik uw Kamer een toezegging gedaan met betrekking tot de LNG. Zo heb ik
uw Kamer ten eerste in het Algemeen Overleg Preventiebeleid van 17 mei 2018 (Kamerstuk
32 793, nr. 312)- alwaar de SP haar bijbehorende 12-puntenplan6 indiende – toegezegd dat het verminderen van gezondheidsachterstanden een belangrijke
plaats zou krijgen in de LNG. De voorstellen uit dat plan heb ik meegewogen bij de
totstandkoming van de ambities en handelingsperspectieven bij dit gezondheidsvraagstuk.
Als tweede heb ik – zoals toegezegd in het Wetgevingsoverleg over het jaarverslag
2018 van 18 juni 2019 (Kamerstuk 35 200 XVI, nr. 18) – onderzocht of het mogelijk is een ambitie met streefcijfer te formuleren voor
het verminderen van gezondheidsachterstanden. Bij het opstellen van de LNG is hier
met verschillende partijen naar gekeken en zijn wij tot de conclusie gekomen dat het
niet opportuun is een streefcijfer te koppelen aan het verminderen van gezondheidsachterstanden,
hoewel wij wel achter dit streven staan. Zo focussen wij ons – zoals de WRR7 ook adviseert – niet meer op de verschillen in gezondheid, maar op het behalen van
gezondheidswinst bij mensen met gezondheidsachterstanden. In dat licht is de LNG geschreven
en zijn voor het verminderen van gezondheidsachterstanden twee ambities geformuleerd.
Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
P. Blokhuis
Indieners
-
Indiener
P. Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.