Brief regering : Rapport ‘Op het eerste gezicht: een verkenning van gezichtsherkenning en privacyrisico’s in horizontale relaties´
34 926 Initiatiefnota van het lid Koopmans: Onderlinge privacy
Nr. 9 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 april 2020
Met deze brief bied ik uw Kamer het rapport «Op het eerste gezicht: een verkenning
van gezichtsherkenning en privacyrisico’s in horizontale relaties» aan1.
In de kabinetsvisie horizontale privacy heeft het kabinet aangekondigd dat het wenselijk
is om bij nieuwe technologische ontwikkelingen in een veel vroeger stadium na te denken
over de risico´s van deze ontwikkelingen voor de privacy van burgers. Het gebruik
van gezichtsherkenningstechnologie neemt in rap tempo toe. Daarom heeft het kabinet
besloten onderzoek te laten doen naar de (voorziene) risico´s van deze technologie
voor de privacy van burgers, en naar de maatregelen die kunnen worden genomen om deze
risico´s te beperken.2
Het aangeboden rapport betreft een verkenning van het gebruik van gezichtsherkenningstechnologie
in horizontale relaties, oftewel door burgers en bedrijven. Ook biedt het inzicht
in de wijze waarop het gebruik van deze technologie, nu en over vijf jaar, een inbreuk
kan vormen op de privacy van burgers. Teneinde de geïdentificeerde privacy-inbreuken
te voorkomen of te beperken, stelt het rapport een aantal reguleringsopties voor.
Het onderzoek is uitgevoerd door onderzoekers van het Tilburg Institute for Law, Technology
and Society (TILT) in opdracht van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum.
Om tot een kabinetsreactie op dit rapport te komen wil ik eerst in gesprek gaan met
belanghebbende organisaties. Daarbij denk ik aan zowel producenten en gebruikers van
gezichtsherkenningstechnologie als organisaties die privacybelangen behartigen. Tegen
die achtergrond verwacht ik uw Kamer in het najaar een beleidsreactie op het onderzoek
toe te zenden waarin ik inga op het (potentiële) gebruik van de geïdentificeerde gezichtsherkenningstoepassingen
en de privacyrisico’s hieromtrent, en een appreciatie geef van de genoemde reguleringsopties.
De Minister voor Rechtsbescherming,
S. Dekker
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming