Brief regering : Reactie op het verzoek van het lid Markuszower, gedaan tijdens de Regeling van werkzaamheden van 23 januari 2020, over het bericht ‘Tattookiller’ knipt enkelband door en vlucht’
29 279 Rechtsstaat en Rechtsorde
Nr. 584
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 april 2020
Tijdens de regeling van werkzaamheden d.d. 23 januari 2020 heeft uw Kamer verzocht
om een brief over het bericht ««Tattookiller» knipt enkelband door en vlucht» (Handelingen
II 2019/20, nr. 45, item 6). In deze brief ga ik in op het verzoek van uw Kamer. Gelijktijdig met de verzending
van deze brief ontvangt uw Kamer tevens de antwoorden op de schriftelijke vragen van
de leden Van Wijngaarden (VVD) en Van Toorenburg (CDA) over dit bericht (Aanhangsel
Handelingen II 2019/20, nr. 2387).
Het verzoek van uw Kamer ziet op het strafrechtelijk onderzoek naar de moord op Onno
Kuut. Bij uitspraak van 6 februari 2020 is de verdachte in deze zaak vrijgesproken.
Het Openbaar Ministerie heeft tegen de uitspraak hoger beroep ingesteld. Dit maakt
dat deze zaak nog lopende is. Zoals bij uw Kamer bekend doe ik geen inhoudelijke mededelingen
over lopende strafzaken. Wel kan ik uw Kamer de volgende processuele informatie verstrekken.
Het strafrechtelijk onderzoek in voornoemde zaak is in 2009 gestart en heeft ongeveer
tien jaar gelopen. In verband met de verdenking in deze zaak heeft de verdachte in
2012 een aantal maanden in preventieve hechtenis gezeten. De detentie van de verdachte
heeft vervolgens voortgeduurd in het kader van de vervolging en veroordeling wegens
een strafbaar feit in een andere zaak, totdat eind 2018 voorwaardelijke invrijheidstelling
in die andere zaak werd toegekend.
Begin 2019 heeft de inhoudelijke behandeling van het in 2009 gestarte strafrechtelijk
onderzoek plaatsgevonden. Aldaar heeft het Openbaar Ministerie levenslang alsmede
gevangenneming na het doen van de rechterlijke uitspraak gevorderd. Zoals hierboven
aangegeven is de verdachte in deze zaak vrijgesproken en ligt de zaak thans voor bij
het Gerechtshof.
Tot slot deel ik u mede dat de verdachte wordt gezocht voor het zich onttrekken aan
de bijzondere voorwaarden die hem zijn opgelegd in het kader van de voorwaardelijke
invrijheidstelling in de strafzaak waarvoor hij wel veroordeeld is. Daaraan doet de
vrijspraak in de andere zaak niets af. Vanwege het overtreden van deze bijzondere
voorwaarden heeft het Openbaar Ministerie een vordering herroeping van de voorwaardelijke
invrijheidstelling ingediend.
De Minister voor Rechtsbescherming, S. Dekker
Indieners
-
Indiener
S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.