Brief regering : Ontwerpbesluit digitale overheid
34 972 Algemene regels inzake het elektronisch verkeer in het publieke domein en inzake de generieke digitale infrastructuur (Wet digitale overheid)
B/ Nr. 45 HERDRUK1
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Ter griffie van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen 17 maart
2020.
De wens dat het in de maatregel te regelen onderwerp bij de wet wordt geregeld kan
door of namens een der Kamers of door ten minste een vijfde van het grondwettelijk
aantal leden van een der Kamers te kennen worden gegeven uiterlijk op 14 april 2020.
Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 maart 2020
Hierbij bied ik u aan het ontwerpbesluit houdende wijziging van het Besluit verwerking
persoonsgegevens generieke digitale infrastructuur in verband met het stellen van
de kaders voor informatieveiligheid en persoonsgegevensverwerking (Besluit digitale
overheid)2. Voor de inhoud van het ontwerpbesluit verwijs ik u naar de ontwerp-nota van toelichting.
De voorlegging geschiedt in het kader van de voorgeschreven voorhangprocedure (artikel
25, leden 1 en 2) van de voorgenomen Wet digitale overheid en biedt uw Kamer de mogelijkheid
zich uit te spreken over het ontwerpbesluit voordat het aan de Afdeling advisering
van de Raad van State zal worden voorgelegd en vervolgens zal worden vastgesteld.
Op grond van de aangehaalde bepalingen geschiedt de voordracht aan de Koning ter verkrijging
van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State over het ontwerpbesluit
niet eerder dan vier weken nadat het ontwerpbesluit aan beide Kamers der Staten-Generaal
is overgelegd.
Een gelijkluidende brief heb ik gezonden aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der
Staten-Generaal.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
R.W. Knops
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.W. Knops, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.