Brief regering : Afhandeling Afsluitingsregeling Langdurig Verblijvende Kinderen
19 637 Vreemdelingenbeleid
Nr. 2584 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 februari 2020
Met deze brief informeer ik uw Kamer over de afhandeling van de Afsluitingsregeling
Langdurig Verblijvende Kinderen (Afsluitingsregeling).
Afsluitingsregeling
Begin vorig jaar hebben de coalitiepartijen een nieuwe balans gezocht in het regeerakkoord
met betrekking tot enkele onderwerpen op het terrein van asiel en migratie. Dit heeft
er onder meer toe geleid dat mijn voorganger op 29 januari 20191 de beëindiging van de Definitieve Regeling Langdurig Verblijvende Kinderen (DRLVK)
en daarbij horende overgangsmaatregelen voor langdurig verblijvende kinderen heeft
aangekondigd. De overgangsmaatregelen zijn uitgewerkt in de Afsluitingsregeling. Bij
brief van 15 februari 20192 is uw Kamer over de Afsluitingsregeling geïnformeerd.
In het kader van de Afsluitingsregeling heeft de IND vorig jaar zowel een gedeelte
van de aanvragen op grond van de DRLVK herbeoordeeld als nieuwe aanvragen beoordeeld.
De herbeoordeelde aanvragen zijn aanvragen die op grond van de DRLVK zijn ingediend
en afgewezen vanwege het zogenoemde «meewerkcriterium». Om voor een vergunning op
grond van de DRLVK in aanmerking te komen, moest een vreemdeling onder andere hebben
meegewerkt aan zijn vertrek. Aanvragen die alleen op grond van dit criterium zijn
afgewezen, zijn in het kader van de Afsluitingsregeling opnieuw beoordeeld langs de
lijn van een ruimhartiger «beschikbaarheidscriterium». Om aan dit criterium te voldoen,
moet een vreemdeling beschikbaar zijn geweest in het kader van vertrek. Dit houdt
in dat een vreemdeling beschikbaar moet zijn geweest voor vertrekgesprekken en de
meldplicht.
Personen die niet in aanmerking kwamen voor een herbeoordeling, maar van oordeel waren
toch in aanmerking te komen voor een verblijfsvergunning op grond van de Afsluitingsregeling,
konden tot 25 februari 2019 op eigen initiatief een aanvraag indienen.
De volledige lijst van voorwaarden en contra-indicaties voor verlening van een verblijfsvergunning
op grond van de Afsluitingsregeling, inclusief de nadere uitwerking daarvan, is terug
te vinden in paragraaf B9/6 van de Vreemdelingencirculaire 2000. De Afsluitingsregeling
is een tijdelijke regeling. Het is nu dus niet meer mogelijk om een aanvraag voor
een vergunning op grond van een regeling voor langdurig verblijvende kinderen in te
dienen.
Afdoeningen
In totaal zijn 1.100 kinderen3 en 1.090 daarbij behorende volwassenen in eerste aanleg (her)beoordeeld op grond
van de Afsluitingsregeling4. Deze aantallen betreffen dus zowel herbeoordelingen als beoordelingen van nieuwe
aanvragen.
Onder de herbeoordelingen5 vallen in het kader van deze brief:
1) Afgesloten DRLVK procedures die alleen zijn afgewezen op grond van het meewerkcriterium
(paragraaf B9/6.4), en
2) Lopende DRLVK bezwaarprocedures.
Voor de bezwaarprocedures onder punt 2 geldt dat zij in hun geheel zijn herbeoordeeld
in het kader van de Afsluitingsregeling.
Andere lopende DRLVK procedures (zaken in de aanvraagfase, alsmede zaken in beroep
en hoger beroep) vallen onder de categorie nieuwe aanvragen.
Herbeoordelingen
263 kinderen zijn herbeoordeeld. Daarvan hebben 235 kinderen een verblijfsvergunning
gekregen. In totaal is aan 28 kinderen na de herbeoordeling een verblijfsvergunning
geweigerd.
Nieuw ingediende aanvragen
837 kinderen zijn op basis van een nieuw ingediende aanvraag beoordeeld. Daarvan hebben
334 kinderen een vergunning gekregen. Van 411 kinderen is de door hen ingediende aanvraag
afgewezen.
Overige afdoeningen
Naast afwijzingen en inwilligingen zijn er ook aanvragen van 171 personen die om andere
redenen zijn afgesloten, bijvoorbeeld vanwege een buiten behandelingstelling, een
intrekking van de aanvraag of overlijden.
In tabel 1 in de bijlage vindt u een overzicht van alle hiervoor genoemde afdoeningen.
Daarnaast hebben 12 kinderen (en 22 volwassenen) na afwijzing alsnog een vergunning
gekregen op andere gronden: Het merendeel betrof artikel 8 EVRM Gezinsleven, in een
enkel geval ging het om vergunningen op basis van artikel 8 EVRM Privéleven dan wel
Art. 3.6ba van het Vreemdelingenbesluit 2000.
Afwijzingsgronden
Binnen de Afsluitingsregeling is er steeds sprake van een hoofdpersoon6 en diens eventuele gezinsleden. Een afwijzingsgrond of een contra-indicatie voor
één van de gezinsleden leidt er in beginsel toe dat deze afwijzingsgrond aan het hele
gezin en dus ook aan de hoofdpersoon wordt tegengeworpen. De registratie van de IND
sluit hierop aan.
Het overgrote deel van de aanvragen is afgewezen omdat door of namens de hoofdpersoon
destijds geen asielaanvraag is ingediend dan wel de asielaanvraag is ingediend minder
dan vijf jaar voor het 18e levensjaar of de hoofdpersoon niet ten minste vijf jaar na de asielaanvraag in Nederland
heeft verbleven. In tabel 2 in de bijlage vindt u een nadere toelichting op de afwijzingen.
Tot nu toe zijn er naar aanleiding van beslissingen op grond van de Afsluitingsregeling
830 bezwaarschriften (kinderen en volwassenen) ingediend. De IND handelt deze zaken
projectmatig af. Hiermee is inmiddels gestart. Enkele bezwaarschriften hebben er tot
op heden toe geleid dat alsnog een aanvraag is ingewilligd. Tegen een eventuele afwijzing
van het bezwaar staat beroep open.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
A. Broekers-Knol
Bijlage
Tabel 1 Afdoeningen
Onder overige afdoeningen wordt verstaan een intrekking door de vreemdeling van de
aanvraag, buitenbehandelingstelling van de aanvraag omdat geen leges zijn betaald
of overlijden van de vreemdeling.
Inwilliging
Afwijzing
Overige afdoening
Eindtotaal
kind
volwassen
kind
volwassen
kind
volwassen
Herbeoordeling
235
214
28
26
1
504
Aanvraag
334
288
411
483
92
78
1.686
Eindtotaal
569
502
439
509
92
79
2.190
Tabel 2 Afwijzingsgronden van de hoofdpersoon
De voorwaarde dat een vreemdeling niet te lang uit beeld van de rijksoverheid mag
zijn geweest is alleen tegengeworpen in combinatie met het beschikbaarheidscriterium.
Bij de afdoening van de aanvraag is één afwijzingsgrond gehanteerd.
Criterium waarop is afgewezen
Afgewezen hoofdpersonen
Aantal
Geen asielaanvraag ingediend dan wel de asielaanvraag is minder dan 5 jaar voor het
18e levensjaar ingediend
118
De vreemdeling heeft niet tenminste vijf jaar na de asielaanvraag in Nederland verbleven
89
De vreemdeling was langer dan de toegestane periode uit beeld van de rijksoverheid
en voldeed niet aan het beschikbaarheidscriterium
43
De vreemdeling voldoet niet aan het leeftijdsvereiste
19
De vreemdeling is al houder van een verblijfsvergunning
15
Er is sprake van gevaar voor de openbare orde
12
Er is sprake van identiteitsfraude
7
De vreemdeling verbleef op de peildatum niet in Nederland
5
De vreemdeling is niet beschikbaar geweest in het kader van vertrek
2
De vreemdeling heeft de Europese Unie aantoonbaar verlaten
1
De vreemdeling is onderdaan van een lidstaat van de EU/EER
1
Eindtotaal
312
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Broekers-Knol, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid