Brief regering : Besluit houdende wijziging van de Gemeenschappelijke regeling Schadevergoedingsschap HSL-Zuid
22 026 Nederlands deel van een hogesnelheidsspoorverbinding Amsterdam–Brussel–Parijs en Utrecht–Arnhem–Duitse grens
HX/ Nr. 512 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Ter griffie van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen op
7 februari 2020.
De wens dat de deelneming door het Rijk krachtens een wet dient te geschieden kan
door of namens een van beide Kamers of door ten minste vijftien leden van de Eerste
Kamer dan wel dertig leden van de Tweede Kamer te kennen worden gegeven uiterlijk
op 6 maart 2020.
Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 februari 2020
Hierbij bied ik u aan het besluit houdende wijziging van de Gemeenschappelijke regeling
Schadevergoedingsschap HSL-Zuid, A16 en A4 in verband met de overgang van de planschadebevoegdheid
in artikel 6.1 van de Wet ruimtelijke ordening van de gemeenteraad naar het college
van burgemeester en wethouders.
Voor de inhoud van het besluit verwijs ik u naar de toelichting bij het besluit1.
De voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure
van artikel 94, tweede lid, van de Wet gemeenschappelijke regelingen en biedt uw Kamer
de mogelijkheid zich uit te spreken over het besluit voordat het in werking treedt.
Een gelijkluidende brief heb ik gezonden aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der
Staten-Generaal.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat