Brief regering : Bestuurlijk overleg inzake de woningbouwlocatie Valkenburg (gemeente Katwijk) en reactie op de motie van het lid Koerhuis c.s. over een inpassingsplan voor Valkenburg en de gewijzigde motie van het lid Nijboer over wettelijke maatregelen voor gemeenten om braakliggende terreinen te benutten
32 847 Integrale visie op de woningmarkt
Nr. 603 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MILIEU EN WONEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 februari 2020
Tijdens het VAO Bouwopgave op woensdag 29 januari (Handelingen II 2019/20, nr. 47,
VAO Bouwopgave) heeft uw Kamer mij gevraagd om voor 4 februari te worden geïnformeerd
over de volgende drie onderwerpen:
1. De uitkomsten van het bestuurlijk overleg inzake het voormalige militaire vliegveld
Valkenburg, dat ik op 29 januari tezamen met mijn collega de Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties, de provincie Zuid-Holland en de gemeente Katwijk heb
gevoerd;
2. Mijn oordeel over de door het lid Koerhuis ingediende motie over een inpassingsplan
voor Valkenburg (Kamerstuk 32 847, nr. 589).
Dienaangaande meld ik u dat het mij helaas niet gaat lukken om aan dit verzoek te
voldoen. Met de gemeente Katwijk is afgesproken dat we twee weken nemen om de oplossing
op papier te zetten. Aangezien dit ook stappen vergt aan de kant van de gemeente lukt
dat niet voor 4 februari. Uw Kamer mag erop rekenen dat ze zodra dat kan een brief
ontvangt, waarin ik ook mijn oordeel over de motie kenbaar zal maken. Zoals ik tijdens
het VAO Bouwopgave heb aangegeven, geef ik de indiener van de motie in overweging
om de motie tot na ommekomst van die brief aan te houden. Kennisname van het definitieve
resultaat van het bestuurlijk overleg door de Kamer acht ik wenselijk om een oordeel
te vellen over deze motie.
3. Tenslotte heeft uw Kamer mij verzocht om, na aanpassing, mijn oordeel te geven over
motie met Kamerstuk 32 847, nr. 590 van het lid Nijboer.
Na aanpassing verzoekt deze motie de regering onderzoek te doen naar de wettelijke
mogelijkheden voor gemeenten om braakliggende terreinen te benutten. Het oordeel over
deze motie laat ik graag aan de Kamer.
De Minister voor Milieu en Wonen, S. Veldhoven-van der Meer
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. van Veldhoven-van der Meer, minister voor Milieu en Wonen