Brief regering : Reactie op interne evaluatie en externe review over communicatie versnellingsmeters Groningen
33 529 Gaswinning
Nr. 708 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MILIEU EN WONEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 december 2019
In de brief aan de Kamer d.d. 21 februari 2019 van de Minister van EZK en de Staatssecretaris
van Infrastructuur en Waterstaat, (Kamerstuk 33 529, nr. 583), is de Kamer geïnformeerd over afwijkende meetreeksen in grondversnellingsmeters
die door het KNMI zijn geplaatst in Groningen. Het betrof een inconsistentie in datareeksen
die in augustus 2018 door seismologen van het KNMI werd ontdekt. In november 2018
werd de oorzaak door het KNMI gevonden: de fabrieksinstelling van de versnellingsmeters
van het nieuwe netwerk bleek anders te zijn dan aangenomen werd. In december 2018
is deze instelling door het KNMI aangepast.
Op 21 februari 2019 is de Kamer hierover geïnformeerd. Deze te late communicatie leidde
tot onrust zowel politiek als in de regio Groningen. Het KNMI heeft aangegeven deze
te late communicatie te betreuren en heeft excuses aangeboden.
In het AO Vaste Kamercommissie Economische Zaken en Klimaat van 25 april 2019 (Kamerstuk
33 529, nr. 640) is toegezegd dat het KNMI een interne evaluatie van de communicatie rondom de afwijkingen
zal uitvoeren, gevolgd door een externe review op de interne evaluatie van het KNMI.
Bij brief op 10 juli 2019 (Kamerstuk 33 529, nr. 707) is de Kamer geïnformeerd over de conclusie dat de afwijkende metingen van de nieuwe
versnellingsmeters in het vrije veld geen impact hebben gehad op de berekeningen van
dreiging- en risico. De reden is dat deze data niet zijn gebruikt in het Ground Motion
Model (GMM), versie 5, het model dat in deze periode is gebruikt voor het meten van
dreiging.
Bijgaand zend ik u de rapportage van de interne evaluatie van de communicatie over
afwijkingen in de versnellingsmetingen, de reactie van de Raad van Toezicht van het
KNMI en de externe review die door ABD Topconsult is uitgevoerd op de interne KNMI
evaluatie1.
Aanbevelingen en mijn reactie
ABD Topconsult concludeert dat de interne evaluatie op een controleerbare en ordelijke
wijze is verricht. De uitkomsten van dit evaluatieproces zijn navolgbaar in de conclusies
en aanbevelingen van de interne evaluatie.
De interne evaluatie van het KNMI resulteert in een aantal aanbevelingen die worden
onderschreven door de Raad van Toezicht van het KNMI en door ABD Topconsult. ABD Topconsult
onderstreept daarbij nog extra het belang van een eenduidig besef binnen het KNMI,
dat bij afwijkingen in seismische data met een mogelijk maatschappelijke impact zo
snel mogelijk escalatie naar het niveau van de Hoofddirecteur moet plaatsvinden en
vervolgens de belangrijkste stakeholders geïnformeerd worden.
Onderstaand geef ik een overzicht van de aanbevelingen en mijn reactie.
• Ontwikkelen van een communicatie protocol voor het omgaan met afwijkingen en wijzigingen
van data. Het KNMI zal een protocol opstellen waarin de betrokkenheid van een gevarieerde
groep medewerkers bij incidenten, een expliciete communicatie strategie en rapportages
aan de Hoofdirecteur van het KNMI vaste onderdelen zullen zijn.
• Verbeter de Plan-Do-Check-Act cyclus. De «plan» en «do» fase van de cyclus bleken te functioneren. Verbeteringen zullen
voor de check en act fases bij seismologische operaties worden doorgevoerd.
• Zorg voor bredere ontwikkeling van het omgevingsbewustzijn en de politiek-bestuurlijk
sensitiviteit. Het KNMI zal de casuïstiek benutten om van te leren. Tevens worden de opleidingsmogelijkheden
op dit terrein breder en extra onder de aandacht gebracht.
• Organiseer gestructureerd overleg met de belangrijkste stakeholders in de meetketen. Er worden twee overleggen voorzien. (1) Een halfjaarlijks overleg op bestuurlijk
en (2) Een driemaandelijks overleg op operationeel niveau tussen het KNMI, SodM en
de ministeries van EZK en IenW.
• Ontwikkel een communicatiestrategie die handvatten biedt om als wetenschappelijk instituut
te reageren op maatschappelijke vragen of politieke druk. In de weer- klimaat- en
seismologische domeinen is de afgelopen jaren ervaring opgedaan met vragen en politieke
druk. Deze kennis en ervaring zal worden benut voor de ontwikkeling van een communicatie
strategie, die is toegesneden op situaties waarbij zowel snelheid als wetenschappelijke
onderbouwing en zorgvuldigheid nodig zijn voor een goed antwoord. Het KNMI zal hierover
jaarlijks rapporteren in de verantwoordings- en voortgangsgesprekken die met het KNMI
worden gehouden.
Met de implementatie van de aanbevelingen zal meer stuur op de communicatie worden
gezet zodat in de toekomst tijdig, en in samenspraak met de stakeholders, handelingsopties
kunnen worden afgewogen en vervolgstappen kunnen worden gezet.
Naast de aandacht voor de communicatie dient in het vervolg voorkomen te worden dat
dergelijke afwijkende fabrieksinstellingen pas relatief laat worden vastgesteld. De
fabrieksinstelling was anders dan gebruikelijk is en aangenomen werd.
Dit is een onderwerp dat meegenomen wordt in de nu de lopende audit van het gehele
seismische meetsysteem in Groningen, inclusief de verantwoordelijkheden van de verschillende
partijen en hoe die zijn ingevuld. Hierover wordt Uw Kamer geïnformeerd door de Minister
van Economische Zaken en Klimaat.
De Minister voor Milieu en Wonen, S. van Veldhoven-van der Meer
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. van Veldhoven-van der Meer, minister voor Milieu en Wonen