Brief regering : Wijzigingen en voornemens energie-innovatie-instrumentarium 2020
32 813 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid
Nr. 440
BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 december 2019
Om invulling te geven aan de klimaatdoelstellingen zet dit kabinet extra in op innovatie
op het gebied van klimaat en energie. Met het sluiten van het klimaatakkoord (Kamerstuk
32 813, nr. 263) komen de middelen van de klimaatenvelop meerjarig beschikbaar. Deze middelen zet
ik samen met mijn collega van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) zoveel
mogelijk in via het bestaand instrumentarium en hanteer daarmee zoveel mogelijk één
loket voor aanvragers.
Daarnaast ben ik voornemens om het instrumentarium in lijn met de kamerbrief over
missiegedreven topsectorenbeleid (Kamerstukken 33 009 en 32 637, nr. 70) meer missiegedreven in te richten en daarbij te richten op de doelen in het klimaatakkoord.
Door middel van deze brief informeer ik uw Kamer over mijn voorgenomen inzet.
Demonstratie energie- en klimaatinnovatie
De Demonstratie energie- en klimaatinnovatie (DEI+) is een instrument dat zich richt
op het ondersteunen van innovatieve pilot- en demonstratieprojecten op het gebied
van klimaat en energie. In 2019 is de DEI+ verbreed met thema’s voortkomend uit het
klimaatakkoord, zoals een aardgasvrije gebouwde omgeving, flexibilisering van het
energiesysteem (inclusief waterstof) en CO2-reductie in de industrie. Deze thema’s komen in de openstelling van 2020 weer terug.
Vanaf 2020 is voor deze thema’s ook meerjarig budget beschikbaar. Hierdoor kunnen
projecten met een looptijd tot maximaal 4 jaar gefaciliteerd worden.
Vanwege de toevoeging van nieuwe thema’s is de DEI+ in 2019 first come first serve
ingericht, dat wil zeggen dat er beoordeeld wordt op volgorde van binnenkomst van
de aanvragen. In 2020 stel ik de DEI+ op gelijke wijze open. Om de DEI+ zo efficiënt
en voor aanvragers zo eenvoudig mogelijk in te richten, maak ik in beginsel gebruik
van zoveel mogelijk één subsidieplafond voor alle thema’s waarbij ik het maximum subsidiebedrag
per project voor alle soorten projecten gelijk trek naar 15 miljoen euro waar dat
voorheen 6 miljoen euro was. Alleen voor aardgasvrije gebouwde omgeving publiceer
ik een separaat subsidieplafond in overleg met mijn collega van BZK.
Voor een aantal technologieën (waterstof, CCUS en geavanceerde biobrandstoffen) kan
ik nu in verband met de Europese staatsteunkaders nog geen demonstratieprojecten toe
staan. Het gaat hierbij om projecten die binnen de scope van het project (op dit moment)
niet bijdragen aan CO2-reductie of in het geval van geavanceerde biobrandstoffen er een bijmengverplichting
geldt voor gewone biobrandstoffen. De ontwikkeling en verbetering van deze technieken,
zoals groene waterstof, is nu echter wel al wenselijk om in de toekomst tot CO2-reductie te komen of inpassing van hernieuwbare opwek mogelijk te maken. Ik ben in
gesprek met de Europese Commissie om deze demonstraties binnen de DEI+ zo snel mogelijk
te kunnen faciliteren. Ik heb goede hoop dat deze gesprekken constructief zullen verlopen
waarna ik ook snel demo projecten kan faciliteren.
Concreet stel ik voor 2020 de volgende bedragen voor de DEI+ beschikbaar.
x 1.000 euro
Energie-Innovatie (hernieuwbare energie, energiebesparing)
25.000
Flexibilisering van het energiesysteem (incl. waterstof)
29.000
Ruimtelijke inpassing hernieuwbare elektriciteit
7.600
CO2-reductie industrie
24.500
Totaal
86.100
Aardgasvrije gebouwde omgeving
9.000
Mijn ambitie is om de DEI+ nog dit jaar te publiceren en in januari 2020 open te stellen.
Topsector Energie instrumentarium.
Het Topsector Energie (TSE) instrumentarium richt zich sinds de start in 2012 op het
ondersteunen van onderzoek en ontwikkeling van specifieke innovatiethema’s op het
gebied van energie die nog niet rijp zijn voor commerciële marktintroductie. Om nieuwe
(combinaties van) oplossingen waar nog maar beperkt en versnipperd kennis en ervaring
mee is opgedaan verder te laten groeien en verbeteren is samenwerking essentieel.
Om die reden wil ik meer gaan aansturen op deze vroegtijdige samenwerking tussen innovatieve
marktpartijen.
Hierbij zet ik in lijn met het klimaatakkoord in op innovatiesporen die richting 2030
leiden tot eerste toepasbare producten en diensten.
Deze aanpak waarbij aan elkaar gerelateerde innovaties in samenhang worden opgepakt
heb ik in 2019 samen met de Minister van BZK getest. Deze aanpak was een succes aangezien
meerdere grootschalige consortia van kennisinstellingen en grote en kleine bedrijven
gevormd zijn. De Minister van BZK zal uw kamer hier inhoudelijk verder over informeren
via een brief over de kostenreductie en innovatie in de gebouwde omgeving. Gezien
deze ervaring ga ik deze aanpak ook toepassen op de innovatieopgaven per sector voor
de industrie en hernieuwbare energie opwek waar de Topsector Energie zich van oudsher
op richt.
Om recht te doen aan deze missiegedreven aanpak op het gebied van klimaat en energie
in het instrumentarium, wil ik deze aanpak binnen het TSE instrumentarium dan ook
via een separate subsidiemodule verder laten gaan onder de naam Missiegedreven Onderzoek,
Ontwikkeling en Innovatie (MOOI).
Hierbij maak ik gebruik van de verplichtingenruimte voor 2020 en 2021 om zo meer slagkracht
te organiseren. Concreet stel de volgende bedragen beschikbaar:
x 1.000 euro
MOOI tender – Hernieuwbaar op Zee
10.100
MOOI tender – Hernieuwbaar op Land
10.900
MOOI tender – Gebouwde omgeving
27.000
MOOI tender – Industrie
17.000
Ik verwacht deze regeling begin volgend jaar te publiceren en open te stellen.
Hernieuwbare Energie Regeling
De Hernieuwbare Energie Regeling (HER) is een instrument dat zich specifiek richt
op het verlagen van de kosten van de opwekking van hernieuwbare energie en kan als
voorportaal van de SDE+ worden gezien. In het klimaatakkoord is afgesproken dat de
HER zal worden verlengd tot en met 2023. Ik ben dan ook voornemens deze vervaldatum
voor de HER te verlengen tot en met 31 december 2023. Ik zal na het kerstreces een
regeling van deze strekking aan uw Kamer voorleggen conform artikel 4.10, zevende
lid, van de Comptabiliteitswet 2016. Deze regeling zal ik niet eerder vaststellen
dan 30 dagen na verzending van de voorhang van deze regeling aan uw Kamer.
Ik stel de HER normaliter open van 1 april tot en met 31 maart het volgende jaar.
De HER heeft een vervaldatum van 31 december 2020 waardoor deze openstelling pas mogelijk
is nadat de HER verlengd is.
Tot slot
Met de openstellingen van de energie-innovatie instrumenten geef ik bedrijven en kennisinstellingen
de kans om voorop te lopen. Door het ontwikkelen en toepassen van oplossingen leveren
zij een belangrijke bijdragen aan een duurzame toekomst zoals bijvoorbeeld waterstof
of aardgasvrije woningen. Hiermee dragen zij bij aan het slagen van het klimaatakkoord.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
E.D. Wiebes
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat