Brief regering : Marktonderzoek Lelystad Airport als overloopluchthaven van Amsterdam Airport Schiphol
31 936 Luchtvaartbeleid
Nr. 704 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 december 2019
Hierbij zend ik u de onafhankelijke analyse naar de werking van de Verkeersverdelingsregel
Amsterdam Airport Schiphol–Lelystad Airport (VVR) in de praktijk. Het doel van dit
instrument is het behoud en de versterking van de netwerkkwaliteit van Schiphol ten
behoeve van de maatschappelijke en economisch waardevolle functie van Schiphol. Deze
analyse is uitgevoerd door M3 in opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en
Waterstaat.
Lelystad Airport is ontwikkeld om verkeer over te nemen van Schiphol dat niet ondersteunend
is aan het netwerk van verbindingen. Hierdoor kan de schaarse capaciteit op Schiphol
zo efficiënt mogelijk worden benut ter versterking van de netwerkkwaliteit. Deze verplaatsing
van verkeer zou in eerste instantie alleen worden gerealiseerd door een marktbenadering
van de exploitant Schiphol Group waardoor partijen gestimuleerd zouden worden om vanaf
Lelystad Airport te gaan opereren. Bij motie van het lid Van Helvert c.s.1 is het kabinet verzocht om naast de marktbenadering zich maximaal in te spannen om
door middel van heldere (juridische) instrumenten te voorkomen dat de capaciteit op
Lelystad beschikbaar komt voor bestemmingen en/of luchtvaartmaatschappijen die niet
zijn verplaatst van Schiphol naar Lelystad. Dit heeft geleid tot de ontwikkeling van
de Verkeersverdelingsregel Amsterdam Airport Schiphol–Lelystad Airport waarmee uitvoering
is gegeven aan voornoemde motie.
De juridische basis van de VVR wordt gevormd door EU Vo. 1008/2008 waarbij de Europese
Commissie (EC) gaat over goedkeuring van een dergelijke regel. Het volledig uitsluiten
van autonome groei op Lelystad Airport is niet mogelijk in verband met de strikte
voorwaarden die de Europese Unie (EU) stelt ten aanzien van non-discriminatie, proportionaliteit
en vrije markttoegang. Op 25 september 2019 heb ik uw Kamer geïnformeerd dat de EC
tot een positief oordeel van de VVR heeft besloten waarmee de VVR is goedgekeurd.
Op 17 januari 2019 heb ik uw Kamer toegezegd een onafhankelijke analyse uit te laten
voeren naar de werking van de regel in de praktijk2. Bijgaand treft u de analyse van het bureau M3 aan.
De conclusie van M3 is dat het instrument VVR doet wat is beoogd: namelijk het – binnen
de door de EU gestelde grenzen – maximaal bevorderen van het verplaatsen van punt-tot-punt
verkeer van Schiphol naar Lelystad Airport en tegelijkertijd garanderen dat de vrijgekomen
slots op Schiphol vrijkomen voor transferverkeer. Dit wordt gerealiseerd doordat de
VVR ervoor zorgt dat de vluchten afkomstig van Schiphol bij de slotverdeling op Lelystad
Airport prioriteit krijgen na toepassing van de regels uit de Europese slotverordening.
Alle slots die op Schiphol door de verplaatsing van vluchten naar Lelystad Airport
vrijkomen mogen alleen worden gebruikt voor vluchten naar bestemmingen met 10 procent
of meer transferpassagiers.
M3 constateert dat in verband met de schaarse capaciteit op Schiphol luchtvaartmaatschappijen
zich maximaal zullen inzetten om slots op Lelystad Airport te bemachtigen. Dit betekent
dat luchtvaartmaatschappijen die op Schiphol opereren bereid zijn slots voor punt-tot-punt
vluchten over te dragen of zelf om te zetten naar transfervluchten om prioriteit te
krijgen bij de slotverdeling op Lelystad Airport. M3 veronderstelt dat naar verwachting
twee tot vier luchtvaartmaatschappijen interesse hebben een operatie te starten op
Lelystad Airport zonder gebruikmaking van de VVR. Gelet op de strikte voorwaarden
van de EU waarbij de markt weliswaar gereguleerd mag worden maar vrije markttoegang
niet geheel mag worden uitgesloten moet hierdoor volgens de analyse rekening gehouden
worden met circa 10 tot 20% autonome groei op Lelystad Airport.
Voor het functioneren van Lelystad Airport als overloopluchthaven van Schiphol is
een gerichte marktbenadering door de exploitant Schiphol Group ondersteunend aan de
effectiviteit van de werking VVR. Schiphol Group richt zich in haar marktbenadering
met een aantrekkelijk product- en faciliteitenaanbod actief op het aantrekken van
luchtvaartmaatschappijen die op Lelystad punt-tot-punt vluchten willen aanbieden.
Zo zijn alle faciliteiten van Lelystad Airport, van parkeergelegenheid en landzijdige
bereikbaarheid tot de inrichting van de terminal, toegespitst op dit type vluchten.
Daarnaast wordt de marketing van de luchthaven richting luchtvaartmaatschappijen en
publiek alleen hierop gericht.
Op basis van bovengenoemde uitkomsten van de onafhankelijke analyse over de werking
van de VVR in de praktijk en het positieve besluit van de EC ben ik van mening dat
tegen de achtergrond van de Europese mededingingsregels maximaal wordt voldaan aan
de inzet om Lelystad Airport te laten fungeren als overloopluchthaven van Schiphol.
In vervolg hierop worden de voorbereidingen getroffen om de VVR in het begin van 2020
in nationale regelgeving verankerd te hebben.
Met dit intensieve proces is een instrument toegevoegd om te kunnen sturen op de selectieve
ontwikkeling van luchtvaart in Nederland. De nieuwe EC zal de komende periode de Europese
slotverordening herzien. In dat kader zal Nederland, in het verlengde van VVR en in
lijn met de motie van het lid Kröger3, verder aandringen op aanscherping van het instrumentarium, zodat de slotcoördinator
bij de toewijzing van slots meer rekening moet houden met de netwerkkwaliteit en duurzaamheid.
Hierover wordt binnenkort het gesprek gestart met betrokken partijen en zal er met
EU-lidstaten worden samengewerkt met soortgelijke uitdagingen. Naast de herziening
van de Europese slotverordening zullen lagere tarieven dan Schiphol, nieuwe sturingsinstrumenten
en/of een nieuwe VVR er aan bijdragen dat Lelystad Airport ook voor de resterende
20.000 vliegtuigbewegingen – na 25.000 vliegtuigbewegingen – de rol van overloopluchthaven
kan blijven vervullen ten behoeve van de versterking van de netwerkfunctie van Schiphol.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga
Indieners
-
Indiener
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.