Brief regering : Verslag Jaarvergadering Wereldbank 2019

Nr. 233 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 november 2019

Hierbij bied ik u, mede namens de Minister van Financiën, het verslag aan van de Jaarvergadering
van de Wereldbankgroep («de Bank»), die plaatsvond van 17 tot en met 19 oktober 2019
in Washington, D.C. Op 4 oktober 2019 is uw Kamer per brief geïnformeerd over de Nederlandse
inzet (Kamerstuk 26 234, nr. 228).

Tijdens de Jaarvergadering nam ik namens Nederland deel aan het Development Committee
(DC), de plenaire ministeriële bijeenkomst van de Jaarvergadering, en de bijbehorende
informele bijeenkomst tijdens de lunch. Deze stonden in het teken van de mondiale
economische onzekerheid en de gevolgen hiervan voor ontwikkelingslanden. In dat verband
werd ook gesproken over de rol van de Bank bij het creëren van banen en het belang
van integratie van deze landen in duurzame mondiale waardeketens als instrument voor
economische ontwikkeling. Daarnaast gaf de Bank een update van het «Human Capital
Project» en hebben de DC-leden ingestemd met de herziening van het stemrechtraamwerk
voor de International Development Association (IDA), het Wereldbank onderdeel voor
lage-inkomenslanden. Nederland benadrukte daarnaast in het DC het belang van bijzondere
aandacht voor de fragiele en door conflict getroffen landen, en riep andere donorlanden
op om ambitieus bij te dragen aan de negentiende middelenaanvulling van IDA.

De schriftelijke interventie die Nederland namens de Kiesgroep inbracht in DC1 is bijgevoegd, evenals het Communiqué2 van de vergadering3.

Naast de formele bijeenkomst van het DC heb ik in een aantal panels en bilaterale
gesprekken met het Wereldbank management de Nederlandse prioriteiten overgebracht.
Zo heb ik met de Minister van Financiën in een gezamenlijk kennismakingsgesprek met
de nieuwe Wereldbankpresident David Malpass het belang onderstreept van leiderschap
van de Bank op mondiale thema’s als klimaat en menselijk kapitaal, van goede samenwerking
met andere ontwikkelingsorganisaties als de Verenigde Naties en van het hanteren van
de Duurzame ontwikkelingsdoelen (SDG’s) als leidend kader voor activiteiten van de
Bank.

Ook heb ik mij tijdens de Jaarvergadering ingezet voor versterking en uitbreiding
van de bevoegdheden van het Inspectiepanel van de Bank, waarbij ik het belang benadrukte
van versterking van het onafhankelijke klachtenmechanisme voor belanghebbenden bij
Wereldbankoperaties in lijn met de klachtenmechanismen bij andere ontwikkelingsbanken.

Op het gebied van fragiliteit heb ik aandacht gevraagd voor het belang van een spoedige
totstandkoming van een ambitieuze en effectieve strategie voor de operaties van de
Bank in fragiele en door conflict getroffen landen en op meer inzet ten aanzien van
de decentralisatie van activiteiten en de uitbreiding van staf in fragiele en instabiele
landen. Beide onderwerpen zijn actueel vanwege voorbereidende besprekingen hierover
binnen de Wereldbank.

Aansluitend op de jaarvergadering vonden onderhandelingen plaats over de driejaarlijkse,
negentiende middelenaanvulling van IDA. Voorafgaand aan de jaarvergadering is uw Kamer
geïnformeerd over de Nederlandse inzet (Kamerstuk 26 234, nr. 228). Deze inzet is uitgedragen en heeft goed zijn weerslag gevonden in het conceptrapport
van de onderhandelaars dat tot 18 november voor publiek commentaar beschikbaar is4. Na afronding van de onderhandelingen, voorzien in december 2019, zal het kabinet
net als bij eerdere IDA-middelenaanvullingen verslag doen en uw Kamer informeren over
de Nederlandse bijdrage.

1. World Development Report 2020, «Trading for Development in the Age of Global Value
Chains», en algemene economische vooruitzichten

Tijdens de Jaarvergadering benadrukte de Bank het belang van integratie van ontwikkelingslanden
in mondiale waardeketens als instrument voor economische groei en werkgelegenheid
van klantlanden. Nederland heeft deze agenda ondersteund en de Bank opgeroepen om
nog meer aandacht te schenken aan de verduurzaming van waardeketens.

In een breder verband is in het DC gesproken over de mondiale economische vooruitzichten
en onzekerheden en over wat de Bank in de huidige omstandigheden beter en anders kan
doen. Nederland benadrukte daarbij het belang van sterke multilaterale samenwerking
en complimenteerde de Bank met het voorspoedige verloop van de IDA19-onderhandelingen.

In de discussie heb ik verder de Nederlandse zorgen geuit over de groeiende schuldenlast
en de gevolgen van klimaatverandering en fragiliteit op de lange termijnontwikkeling
van veel lage- en middeninkomenslanden. In dat kader riep ik de Bank op om meer en
betere samenwerking te zoeken met andere organisaties zoals de VN, en de SDG’s te
gebruiken als leidend kader voor coördinatie (zoals via de «Integrated National Financing
Frameworks»), en daarbij specifiek aandacht aan de fragiele en door conflict getroffen
landen te besteden. Ook riep ik de Bank op om meer in te zetten op technische assistentie,
het mobiliseren van binnenlandse middelen en lokale valutafinanciering om het schuldenprobleem
aan te pakken en de financiële slagkracht van landen te versterken.

Ik riep de Bank op om in het kader van duurzame waardeketens meer aandacht te besteden
aan klimaat- en milieumaatregelen, zoals investeringen in de circulaire economie,
waarbij de particuliere sector zijn rol moet spelen. De Bank werd verzocht verder
te onderzoeken hoe op structurele wijze vrouwelijke ondernemers bij duurzame waardeketens
kunnen worden betrokken. Ook riep ik de Bank op tot specifieke aandacht voor fragiele
en conflictlanden in haar beleid en programma’s voor duurzame waardeketens. Immers,
duurzame waardeketens kunnen bijdragen aan economische groei en ontwikkeling en daarbij
de grondoorzaken van migratie en instabiliteit helpen adresseren.

2. Update van de implementatie van het «Human Capital Project»

Tijdens de Jaarvergadering in 2018 werd het «Human Capital Project» gelanceerd, en
verzochten de landen de Bank om regelmatig te worden geïnformeerd over de implementatie
van dit Project. De Bank lichtte toe hoe de in 2018 gelanceerde Human Capital Index
de aandacht heeft gevestigd op de economische argumentatie om meer te investeren in
menselijk kapitaal. De Bank wil in 2020 de Human Capital Index voor individuele landen
actualiseren, hetgeen brede steun ontving. Inzet is daarbij dat deze index gebruikt
zal worden voor versterking van concreet beleid op het gebied van menselijk kapitaal
in de betrokken landen. Tijdens het Development Committee werden maatregelen besproken
die kunnen bijdragen aan verhoging van menselijk kapitaal, zoals verbeterde belastinginning
en publieke uitgavenmanagement, uitbreiding van sociale vangnetten en leven lang leren.

In het DC, in bilaterale gesprekken en bij andere gelegenheden heb ik benadrukt veel
waarde te hechten aan de weg die de Bank is ingeslagen met de grotere aandacht voor
verbetering van onderwijs en gezondheidszorg, omdat onderbenutting van menselijk kapitaal
een belangrijke belemmering voor vooruitgang vormt. Daarbij wees ik er op dat gender
en SRGR nadrukkelijker op de menselijk kapitaal agenda moeten komen, en riep ik op
tot meer en betere samenwerking van alle betrokkenen op onderwijsgebied, inclusief
de donorlanden, om zo fragmentatie via verschillende platforms voor onderwijs te voorkomen.

En marge van de Jaarvergadering sprak ik met de speciale gezant voor onderwijs van
de Verenigde Naties, Gordon Brown, over onder meer International Facility for Education
(IFFEd). IFFEd beoogt uitbreiding van financiering van onderwijs via de hefboomwerking
van de internationale financiële instellingen als de Wereldbank, en Nederland heeft
in Washington andermaal zijn steun aan en voorgenomen deelname in dit initiatief uitgesproken.

3. «Jobs and economic transformation – Drivers, policy, implications and World Bank
Group Support»

De deelnemers aan het DC hebben breed de ondersteuning door de Bank van landenspecifieke
prioriteiten op het gebied van «Jobs and economic transformation» via analyse, beleidsadviezen
en programma’s onderschreven. Daarbij zou het niet alleen moeten gaan om het creëren
van werk en tot stand brengen van economische transformatie, maar ook om het stimuleren
van private investeringen. Het Bankmanagement werd opgeroepen om de agenda op het
gebied van werk en economische transformatie verder te stroomlijnen en te integreren
in haar operationele beleid en om in de Voorjaarsvergadering (april 2020) een update
te geven van haar activiteiten en resultaten op dit gebied.

Tijdens de Jaarvergadering benadrukte Nederland, net als vele andere landen, de relatie
tussen dit onderwerp en de menselijk kapitaal agenda, met specifieke focus op jongeren
en vrouwen. Nederland riep er dan ook toe op om dit goed te integreren in het beleid
en operaties van de Bank op het terrein van economische transformatie en banen. Tenslotte
riep Nederland de Bank op tot verdieping van de samenwerking op dit vlak met zowel
de private sector als diverse ontwikkelingspartners, die capaciteit en kennis van
de lokale situatie en context hebben.

4. Herziening stemrechtraamwerk International Development Association (IDA)

Tijdens de Jaarvergadering werd het voorstel van de Bank voor een proces voor herziening
van het stemrechtraamwerk breed verwelkomd. DC-leden vroegen de Raad van Bewindvoerders
van IDA om de herziening van het raamwerk verder ter hand te nemen en tijdens de Jaarvergadering
2020 met een update te komen. Ook hebben zij de Raad van Bewindvoerders gevraagd om
een tijdspad, inclusief deadline, voor de herziening op te stellen.

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, S.A.M. Kaag