Brief regering : Portefeuilleverdeling ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
35 300 VII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2020
Nr. 83 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 november 2019
Tijdens het wetgevingsoverleg Wonen en Ruimte op 11 november jl. heeft de vaste commissie
voor Binnenlandse Zaken gevraagd op welke wijze de portefeuille van het Ministerie
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties op dit moment precies is verdeeld. De
Minister voor Milieu en Wonen heeft bij die gelegenheid toegezegd u hierover te informeren.
Mede namens haar doe ik u bijgaand de sinds 1 november jl. geldende portefeuilleverdeling
toekomen1. Uit dit overzicht blijkt welke onderdelen van de portefeuille op dit moment worden
behartigd door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de Minister
van Defensie tevens Minister voor de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst onderscheidenlijk
de Minister voor Milieu en Wonen.
Ter verduidelijking merk ik op dat de verantwoordelijkheid van de Minister voor Milieu
en Wonen ook de woningproductie (zoals nieuwbouw, transformatie en de woondeals) omvat.
De bouwregelgeving, zoals de eisen van constructieve veiligheid en van brandveiligheid
aan nieuwe gebouwen, valt evenals de energiebesparing en verduurzaming van de gebouwde
omgeving (waaronder het warmtefonds en de proeftuinen voor aardgasvrije wijken) in
mijn portefeuille.
Het hiervoor genoemde wetgevingsoverleg zag deels op onderdelen van de portefeuille
waarvoor ik verantwoordelijkheid draag. Op 11 november jl. was ik echter niet in de
gelegenheid deel te nemen aan het overleg en werd ik vervangen door de Minister voor
Milieu en Wonen. Dit is in lijn met het koninklijk besluit van 11 november jl. houdende
wijziging van de vervangingsregeling in geval van tijdelijke afwezigheid van een Minister.
De Minister-President, Minister van Algemene Zaken heeft u op 12 november jl. een
afschrift van dit koninklijk besluit doen toekomen (Kamerstuk 34 700, nr. 69).
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
R.W. Knops
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.W. Knops, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties