Brief regering : Rapportage NLFI over de Volksbank
33 532 Nationalisatie SNS REAAL
Nr. 87 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 11 november 2019
In mijn brief van 10 mei 2019 heb ik aan uw Kamer aangegeven dat ik u nader zou informeren
over de toekomst van de Volksbank zodra ik van NLFI een privatiseringsadvies of nieuwe
voortgangsrapportage over de Volksbank zou ontvangen.1 Met deze brief informeer ik u over de stand van zaken en de nieuwe rapportage van
NLFI die ik recent heb ontvangen.
De afgelopen periode is er door uw Kamer aandacht gevraagd voor de toekomst van de
Volksbank. Zo heeft uw Kamer tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen (Handelingen II
2019/20, nr. 3, item 6) de motie van het lid Heerma c.s.2 aangenomen, waarin wordt verzocht om bij de inventarisatie van de toekomstopties
van de Volksbank nadrukkelijk ook de optie mee te nemen van een maatschappelijke coöperatieve
bank. In het verleden heeft uw Kamer reeds twee moties aangenomen: de motie van de
leden Van Hijum en Nijboer3 inzake het borgen van het nutskarakter van de Volksbank en de motie van de leden
Merkies en Nijboer4 om de mogelijkheid te onderzoeken om de Volksbank in staatshanden te houden. Op 14 november
2019 zal er een Algemeen Overleg met uw Kamer plaatsvinden over de toekomst van de
Volksbank.
In het regeerakkoord is opgenomen dat de toekomstopties van de Volksbank buiten de
overheid geïnventariseerd worden en dat het kabinet daarna een besluit neemt, rekening
houdend met de gewenste diversiteit van het bankenlandschap. Bij een keuze over de
toekomst van de Volksbank laat ik mij, net zoals dat het geval was in voorgaande jaren,
adviseren door NLFI.5 In 2016 heeft mijn voorganger uw Kamer geïnformeerd over de «Toekomst van SNS Bank».6 NLFI adviseerde de bank twee tot drie jaar de tijd te geven om een transitie te bewerkstelligen.
Dit advies heeft mijn voorganger overgenomen. Mijn voorganger heeft uw Kamer toegezegd
u jaarlijks te informeren over de voortgang van het doorvoeren van de noodzakelijke
verbeteringen bij de Volksbank en over de gereedheid van de Volksbank voor besluitvorming
over zijn toekomst. In september 2017 en november 2018 is uw Kamer over de voortgang
geïnformeerd, waarbij de voortgangrapportages van NLFI met uw Kamer zijn gedeeld.7 Ik heb recentelijk een nieuwe rapportage van NLFI ontvangen. Deze rapportage treft
u aan als bijlage bij deze brief8.
Rapportage NLFI oktober 2019
NLFI concludeert dat de Volksbank de afgelopen jaren erin is geslaagd om een aantal
concrete resultaten te behalen. Zo is de Net Promoter Score (NPS) voor klanttevredenheid verbeterd, heeft de Volksbank een groei van het aantal
betaalrekeningen bewerkstelligd en is er sprake van aanzienlijke vooruitgang bij het
bereiken van duurzaamheidsdoelstellingen. De Volksbank is er volgens NLFI in geslaagd
om zich op hoofdlijnen te positioneren als een veilige retailbank die eenvoudige en
transparante financiële producten aanbiedt tegen faire prijzen.
Tegelijkertijd ziet NLFI mogelijkheden om de uitgangspositie van de Volksbank voor
een toekomstige verzelfstandiging op termijn te verbeteren. Als de Volksbank daarin
slaagt, zou dat volgens NLFI tot gevolg hebben dat de Volksbank bij een verzelfstandiging
ook meer regie kan behouden over zijn strategie. De Volksbank doet zelf ook onderzoek
naar verdere mogelijkheden voor optimalisering van het bedrijfsmodel. De Volksbank
kijkt onder meer naar diversificatie van de inkomsten en kostenverlaging. De Volksbank
verwacht NLFI in het eerste kwartaal van 2020 over zijn interne analyses te kunnen
informeren.
Het optimaliseren van de uitgangspositie is des te meer van belang vanwege de constatering
van NLFI dat de markt sinds 2016 in belangrijke mate is veranderd: niet alleen is
sprake van een vergaande digitalisering en verandering van de retailmarkt waar de
Volksbank zich op richt, maar er wordt sectorbreed ook aangenomen dat de lage rente
een macro-economische ontwikkeling is die langdurig zou kunnen aanhouden. Volgens
NLFI zorgen deze marktontwikkelingen er mede voor dat er bij de Volksbank druk staat
op het rendement en de beoogde kostenreductie. Dit is volgens NLFI een risico inherent
aan het bedrijfsmodel van de Volksbank in deze marktomstandigheden. NLFI geeft aan
dat, mede gezien de verwachte aanhoudende druk op de (netto) rentebaten, de door de
Volksbank geplande kostenbesparingen onvoldoende lijken te zijn om de doelstelling
voor de efficiëntieratio voor 2020 te halen.
Beoordeling rapportage NLFI
Ik onderschrijf de bevindingen uit de rapportage van NLFI. De in 2016 aangegeven termijn
van drie jaar is verstreken en het is, mede vanwege de door NLFI genoemde marktomstandigheden,
nog niet mogelijk om een besluit te nemen over de toekomst van de Volksbank. Ik heb
van de Volksbank begrepen dat de bank het er mee eens is dat meer tijd nodig is om
een besluit te nemen over de toekomst van de bank.
De Volksbank heeft op meerdere doelstellingen duidelijke vooruitgang laten zien en
zich op hoofdlijnen gepositioneerd als een veilige retailbank. Ik vind dit positief.
Het bedrijfsmodel van de Volksbank focust zich op de producten betalen, sparen en
het aanbieden van hypotheken in de Nederlandse markt. De Volksbank is met haar relatief
grote spaar- en hypotheekportefeuille gevoelig voor de renteontwikkeling op de markt.
Ik vind het daarom belangrijk dat de Volksbank werkt aan verdere mogelijkheden tot
optimalisering van zijn bedrijfsmodel, zoals diversificatie van inkomsten en een kostenverlaging.
Op basis van bovenstaande informatie concludeer ik dat meer tijd nodig is om tot een
meer optimale uitgangspositie voor verzelfstandiging te komen. Ik heb NLFI verzocht
om, mede aan de hand van bovengenoemde interne analyse van de Volksbank, een nieuwe
rapportage op te stellen en deze mij in het najaar van 2020 te sturen.
Toekomstopties
Om zo verantwoord mogelijk, maar ook met voldoende snelheid, tot een besluit te kunnen
komen wil ik de komende periode, in overleg met NLFI en de Volksbank, wel alvast een
aantal toekomstopties voor de bank nader onderzoeken om het gesprek over de toekomst
van de bank verder met u te kunnen voeren. Ik zal hierbij ook DNB/ECB betrekken, binnen
de daarvoor gestelde toezichtkaders. In de rapportage heeft NLFI een niet-limitatieve
opsomming van verzelfstandigingsopties voor de Volksbank opgenomen. NLFI noemt de
mogelijkheid van een private placement, waarbij de bank wordt ondergebracht bij één of enkele grote investeerder(s), een
beursgang, een coöperatieve bank en een fusie met, of een overname door, een strategische
partner. Ook een combinatie van bovenstaande opties is mogelijk.
Bij elk van de verzelfstandigingsopties wil ik, conform de motie van Hijum/Nijboer,
kijken naar mogelijkheden om invulling te geven aan het borgen van het maatschappelijke
karakter van de bank na verzelfstandiging. Daarbij denk ik onder andere aan de volgende
mogelijkheden in de governance van de bank, al dan niet gecombineerd:
• Het verankeren van de maatschappelijke rol van de Volksbank in de statuten van de
bank.
• Het certificeren van aandelen of het oprichten van een stichting ter bescherming van
de identiteit en strategische continuïteit van de bank.
• Het actief betrekken van andere belanghebbenden dan aandeelhouders bij de besluitvorming
binnen de bank.
• Het verlenen van stemrecht op de aandeelhoudersvergadering aan andere belanghebbenden
dan de kapitaalinvesteerders.
Beoordelingscriteria
Bovenstaande opties zal ik toetsen op hun wenselijkheid en haalbaarheid. Hieronder
benoem ik deze criteria.
Het belang van een stabiele financiële sector is het eerste criterium. In de Agenda
Financiële Sector heb ik de maatregelen uiteengezet die ik deze regeerperiode wil
nemen ten behoeve van een stabiele, integere en innovatieve financiële sector.9 Financiële instellingen spelen een belangrijke rol in de Nederlandse samenleving
en hebben een cruciale functie in het faciliteren van de reële economie. De financiële
crisis en de nasleep daarvan hebben duidelijk gemaakt wat er gebeurt wanneer de financiële
sector niet goed functioneert en instellingen door ingrijpen vanuit de overheid en
met publiek geld overeind moeten worden gehouden. Ik ben in de Agenda Financiële Sector
daarom specifiek ingegaan op het belang van een stabiele financiële sector. De borging
hiervan is een uitgangspunt bij het nemen van een besluit over de Volksbank. In elk
toekomstscenario dient de bank voldoende wendbaar, weerbaar en schokbesteding te zijn,
zodat de bank, ook ten tijde van crises, zonder nieuwe steun van de overheid zichzelf
kan financieren. Het regeerakkoord, waarin verwezen wordt naar de gewenste diversiteit
in het bankenlandschap, is een tweede criterium. Vanzelfsprekend wordt bij elke optie
ook beoordeeld of deze voldoet aan de eisen van (prudentiële) wet- en regelgeving.
Naast bovenstaande criteria zal ik toetsen in welke mate de Volksbank de sinds 2016
gevoerde strategie kan blijven uitvoeren. Ook de rol van de toezichthouder (DNB/ECB)
is daarbij van belang. Bij de uitoefening van haar doorlopend toezicht beoordeelt
de toezichthouder alle bedrijfsplannen en -strategieën van de onder haar toezicht
staande instellingen. De toezichthouder toetst hierbij op de (toekomstige) naleving
van wet- en regelgeving, waarvoor een duurzaam verdienmodel een voorwaarde is. Voor
het zelfstandig uitoefenen van de strategie is ook de attractiviteit van het model
voor investeerders van belang: om een voorspoedige verzelfstandiging mogelijk te maken
en een faire prijs te ontvangen dient er voldoende vraag van kapitaalverschaffers
te zijn. Beide criteria worden ook genoemd in het advies van NLFI.
Conclusie en vervolgstappen
De komende periode ga ik breed kijken naar de verschillende toekomstopties voor de Volksbank. Zowel naar de verschillende mogelijkheden voor verzelfstandiging
als naar de opties om het maatschappelijke karakter van de bank te borgen. Hierbij
is het voor mij van cruciaal belang dat de keuze zorgvuldig gemaakt wordt en dat de
bank klaar is voor een terugkeer naar de markt. Dit is des te meer van belang als
gekozen wordt voor een model dat afwijkt van wat gebruikelijk is in de markt. Ik wil
te allen tijde voorkomen dat de staat over een aantal jaren opnieuw financiële steun
moet verlenen aan een bank om overeind te kunnen blijven.
De komende periode zal ik met NLFI, de Volksbank en DNB/ECB in overleg treden om bovenstaande
mogelijkheden en criteria verder uit te werken. Ik zal uw Kamer na ontvangst van de
rapportage van NLFI in het najaar van 2020 nader informeren over de stand van zaken
en hierbij ook de uitkomst van mijn onderzoek naar de verschillende toekomstopties
meenemen.
De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
W.B. Hoekstra, minister van Financiën