Brief regering : Voortgang nationaal actieprogramma ‘Nieuwe kansen voor topsector Life Sciences & Health’
29 477 Geneesmiddelenbeleid
33 009 Innovatiebeleid
Nr. 628 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 11 november 2019
Begin dit jaar heb ik u geïnformeerd over de impuls die de komst van het Europees
Geneesmiddelen Agentschap (EMA) naar Nederland kan geven aan het Nederlandse Life
Sciences & Health (LSH) ecosysteem.1 Mede namens de Minister voor Medische Zorg en Sport wil ik u nu informeren over de
voortgang van dit nationale actieprogramma «Nieuwe kansen voor Topsector Life Sciences
& Health» (hierna: actieprogramma) en de maatschappelijke en economische kansen die
de komst van het EMA voor Nederland oplevert.
In deze brief schets ik u de activiteiten die het afgelopen half jaar in gang zijn
gezet in het kader van het actieprogramma. Een belangrijke stap is het per 1 januari
2020 benoemen van de ambassadeur. Door het voeren van nationale coördinatie zal deze
ambassadeur onder andere het gezamenlijk optrekken van alle betrokken partijen stimuleren
met als doel te komen tot een nationale propositie. Vooruitlopend daarop zijn afgelopen
jaar al de nodige activiteiten in gang gezet, zoals bijvoorbeeld activiteiten op het
gebied van strategische acquisitie en het programma Future Affordable Sustainable
Therapies (FAST).
De nationale coördinatie krijgt vorm
Voor het realiseren van de EMA-kansen is samenwerking van alle partijen in de LSH-sector
een essentiële voorwaarde. Om het gezamenlijk optrekken te stimuleren is het van belang
coördinatie te voeren op activiteiten die reeds opgestart zijn of nog zullen starten
in het kader van het actieprogramma. Ik ben verheugd u te kunnen melden dat mevrouw
Clémence Ross-van Dorp met ingang van 1 januari 2020 is benoemd als ambassadeur van
het actieprogramma. Zij zal het tot stand komen van het actieprogramma op zich nemen
en daarmee de economische, maatschappelijke en wetenschappelijke EMA-kansen aanjagen.2 Dit najaar start Clémence Ross-van Dorp met voorbereidende activiteiten op haar rol
als ambassadeur door onder andere kennis te maken met de relevante stakeholders in
de LSH-sector. Vanaf 1 januari 2020 zal zij de periode tot en met de zomer van 2020
benutten om samen met relevante partijen, waaronder het Rijk, regionale clusters,
gemeenten, bedrijven, gezondheidsfondsen, patiëntenverenigingen, universiteiten en
klinische centra in het LSH-domein, te komen tot één nationaal actieprogramma. Aandachtspunt
daarbij is een aantrekkelijk vestigingsklimaat zodat bedrijven op de lange termijn
in de Nederlandse LSH-sector blijven investeren. Ook innovatieve ontwikkelingen die
door verschillende departementen worden ingezet op het terrein van nieuwe geneesmiddelen
en medische interventies zoals celtherapieën, regeneratieve geneeskunde en personalised medicine vragen om meer samenhang.
Nederland heeft een vooraanstaand Life Sciences & Health-ecosysteem
De komst van het EMA naar Amsterdam zorgt voor verdere economische kansen voor Nederland.
In het kielzog van het EMA heeft de Amerikaanse regulator FDA haar komst naar Nederland
aangekondigd. Dit draagt bij aan de versterking van ons LSH-cluster en specifiek aan
ons land als een potentieel regulatoir centrum in Europa. Met een grote concentratie
van bedrijven in de LSH-sector in de verschillende regionale clusters, uitstekende
universiteiten en universitaire medische centra en een lange historie van publiek-private
samenwerking tussen wetenschap, bedrijven en overheid is Nederland een goede locatie
voor geneesmiddeleninnovatie in Europa. Met de strategische locatie tussen de drie
grootste economieën in Europa – Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk –
is Nederland een zeer geschikte plek voor LSH-bedrijven die zich in Europa willen
vestigen.
Het LSH-ecosysteem in beweging door internationale economische dynamiek
Het LSH-ecosysteem in Nederland is op dit moment sterk in beweging, mede door een
veranderende internationale economische dynamiek. Met de aanstaande Brexit (her)oriënteren
bedrijven zich op hun economische toekomst op de Europese Markt. Zo heeft de British
Standards Institution (BSI Group) – marktleider op het gebied van auditing, certificatie
en normering voor bedrijven – vrijwel alle CE-markeringen van medische producten van
het Verenigd Koninkrijk naar Nederland verplaatst. De Netherlands Foreign Investment
Agency (NFIA) heeft in relatie tot Brexit inmiddels ruim honderd bedrijven ondersteund
bij hun keuze voor een investering in Nederland. Tegelijkertijd spreekt de NFIA met
nog 325 bedrijven die ons land overwegen als vestigingslocatie vanwege de economische
onrust in het Verenigd Koninkrijk.3 Dit zijn Britse bedrijven, maar ook Amerikaanse en Aziatische partijen die een Europese
vestiging willen openen of hun huidige Europese structuur met een vestiging in het
VK heroverwegen. Bij circa 10 procent van deze beide cijfers gaat het om bedrijven
uit de LSH-sector.
Krachten bundelen om meer LSH-bedrijven naar Nederland te halen
De NFIA heeft met de komst van het EMA de krachten gebundeld met de regionale ontwikkelingsmaatschappijen
en een aantal grote steden om Nederland verder op de kaart te zetten als LSH-land
onder de noemer «Invest in Holland Life Sciences & Health». Het team werkt vanuit
Den Haag aan het versterken van de proposities en de positionering op het gebied van
Biopharma, MedTech, MarketAcces en Capital en het benodigde investeringsklimaat voor
LSH-bedrijven. Dit team is op dit moment in gesprek met ruim 125 LSH-bedrijven over
een mogelijke vestiging of uitbreiding in ons land. Daarnaast is met 150 andere bedrijven
een eerste contact gelegd. De afgelopen jaren kozen respectievelijk 17 (2017) en 23
LSH-bedrijven (2018) voor een investering in ons land. Ook de jaren daarvoor ging
het steeds om circa 20 bedrijven per jaar die zich in Nederland vestigden. Het is
duidelijk dat in 2019 het aantal bedrijven dat naar Nederland komt hoger zal liggen
dan eerdere jaren, mede als gevolg van de inzet van het team «Invest in Holland Life
Sciences & Health». De resultaten over 2019 worden, samen met de totale resultaten
van de NFIA, in het eerste kwartaal van 2020 gepubliceerd.
Nederland nationaal en internationaal op de kaart zetten
De landelijke aanpak van het Invest in Holland Life Sciences & Health team richt zich
op één nationale aanpak voor de sector. Via reguliere (netwerk)bijeenkomsten en werkgroepen
wordt met bedrijven en onderzoeksinstellingen gewerkt aan het versterken van Nederland
als zichtbare en aantrekkelijke vestigingslocatie, zowel in Nederland als in het buitenland.
Het team heeft onder andere bedrijven en LSH-clusters bezocht op de JPMorgan-conferentie
in San Francisco waar bedrijven in de biofarma hun jaarplannen presenteren. Ook tijdens
de economische missie naar Boston onder leiding van de Minister-President en op verschillende
bioevents in onder andere Japan, Duitsland en de Verenigde Staten werden nieuwe connecties
gelegd voor vervolggesprekken. Er werd zowel gesproken met bedrijven over de mogelijke
komst naar Nederland, als met internationale LSH-clusters over verdere samenwerking.
Daarnaast spreekt het team veelvuldig met bedrijven uit de sector. Hier worden onder
andere waardevolle signalen opgehaald over noodzakelijke verbeteringen van het Nederlandse
vestigingsklimaat voor het LSH-ecosysteem. Op deze punten wordt hieronder ingegaan.
Een goede Nederlandse uitgangspositie: komst van het EMA en Brexit
Ondanks een goede Nederlandse uitgangspositie is het geen zekerheid dat de LSH-bedrijven
met wie het gesprek wordt gevoerd uiteindelijk voor Nederland zullen kiezen. Deze
bedrijven hebben – naast Nederland – veelal ook contact met landen als Zwitserland,
België of Ierland die ook een gunstig vestigingsklimaat voor LSH-bedrijven hebben.
Zo heeft Zwitserland uiteenlopende hoofdkantoren van LSH-bedrijven, is veel van de
productie in de LSH-sector in Ierland gehuisvest en heeft België een dynamisch biotechcluster
in Gent en Leuven. Nederland komt, mede door de komst van het EMA, steeds nadrukkelijker
in beeld als mogelijke vestigingslocatie voor LSH-bedrijven die zich in Europa willen
vestigen. Daarnaast neemt door Brexit de noodzaak voor LSH-bedrijven in het Verenig
Koninkrijk toe zich elders in Europa te vestigen, zeker bij een no-deal Brexit. De
reden hiervoor is dat deze bedrijven bij een no-deal naar verwachting niet langer
toegang hebben tot het aantrekken van Europees personeel en innovatiegelden, en daarnaast
komt de logistieke keten door extra procedures en tarieven onder druk te staan.
Aandacht voor verschillende aspecten van het Nederlandse vestigingsklimaat
Om de komende jaren het Nederlandse LSH-cluster succesvol te kunnen versterken met
nieuwe bedrijven die een toegevoegde waarde leveren op het gebied van onderzoek en
ontwikkeling en hoogwaardige productie is het belangrijk om aandacht te houden voor
verschillende aspecten van het Nederlandse vestigingsklimaat. Uit gesprekken met bedrijven
die overwegen te investeren komen als belangrijkste de onderstaande drie aandachtspunten
naar voren:
1. Een derde van de LSH-bedrijven ondervindt op dit moment problemen bij het vinden van
geschikt personeel, van laboranten op mbo-niveau tot universitair afgestudeerde farmaceuten.
Daarnaast hebben bedrijven moeite met het aantrekken van geschikt senior management
uit andere landen binnen de Europese Unie.
2. Er is op dit moment zeer beperkt lab- en onderzoeksruimte beschikbaar voor onderzoekers
en innovatieve bedrijven in de sector, specifiek in de Randstad (Amsterdam, Utrecht
en Leiden). Hierdoor hebben al verschillende bedrijven besloten om zich niet in Nederland
te vestigen of zich te heroriënteren op andere landen.
3. LSH-bedrijven geven aan dat de milieuvergunningverlening bij gentherapie in Nederland
trager verloopt dan in andere landen.
De komende periode worden bij het verder uitwerken van het actieprogramma de genoemde
aandachtspunten verder onderzocht, de oplossingsrichtingen in kaart gebracht en waar
mogelijk geïmplementeerd. Voor de problemen bij de milieuvergunningverlening voor
gentherapie is de urgentie van het oplossen van de gesignaleerde knelpunten onderkend
en besproken met de Kamer. Inmiddels is in samenspraak met de betrokken departementen
en veldpartijen een maatregelenpakket tot stand gebracht waarover de Kamer op 14 oktober
jl. is geïnformeerd en dat momenteel wordt uitgevoerd.4
Massachusetts – the Netherlands Transatlantic Life Sciences Partnership
Tijdens de economische missie naar Boston die in juli dit jaar onder leiding van de
Minister-President plaatsvond, kwamen vertegenwoordigers van overheden, de biotech-industrie
en andere organisaties bijeen om de lopende samenwerking op het terrein van de life
sciences tussen Nederland en Massachusetts in een volgende fase te brengen. Het Massachusetts
Office of International Trade and Investment (MOITI) en het Nederlandse Ministerie
van Economische Zaken en Klimaat hebben een Memorandum of Understanding (MoU) ondertekend
waarin de basis wordt gelegd voor een Transatlantic Life Sciences Partnership Massachusetts
– Netherlands. Publieke en private sectoren uit Massachusetts en Nederland willen
investeringen en innovatiekansen aan beide zijden van de Atlantische Oceaan stimuleren.
Naast de ondertekenaars zullen Health-Holland, MassBio, HollandBIO en het Henri A.
Termeer Tribute Committee ondersteuning bieden voor het versnellen van de groei van
de hubs voor life sciences in Nederland en Massachusetts en de wereldwijde kansen
voor hun respectieve binnenlandse onderzoeksorganisaties en bedrijven. De ondertekening
van het Memorandum of Understanding is een getuigenis van het strategische belang
van life sciences en een wederzijdse erkenning van Massachusetts en Nederland als
twee internationale biotech-hubs.
Samenhang met missie gedreven innovatiebeleid: Kennis & Innovatieagenda Gezondheid
& Zorg
De komst van het EMA zal niet alleen nieuwe, hoogwaardige LSH-bedrijvigheid aantrekken
maar biedt daarnaast ook maatschappelijke en wetenschappelijke kansen. Voor de zomer
heb ik u geïnformeerd over het missiegedreven innovatiebeleid. In het nieuwe innovatiebeleid
zal de focus meer komen te liggen bij de grote maatschappelijke uitdagingen, waaronder
gezondheid en zorg. Dit voorjaar zijn door het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn
en Sport voor dit maatschappelijk thema vijf missies opgesteld: één centrale missie
en vier specifieke missies. De centrale missie richt zich op langer in goede gezondheid
leven, waarbij de gezondheidsverschillen tussen mensen met een hoge en lage sociaaleconomische
status verkleind worden. De andere vier missies dragen bij aan deze centrale missie
via veranderingen van de leefomgeving, meer zorg op de juiste plek aanbieden en betere
perspectieven voor mensen met chronische ziekten en dementie. De missies hebben een
tijdshorizon tot aan 2040 toe.
Voor de periode 2020–2023 is een Kennis- en Innovatieagenda (KIA) opgesteld die de
ambities en doelen op het thema Gezondheid & Zorg op het gebied van publiek-private
samenwerkingen beschrijft. Uw kamer is hier recentelijk over geïnformeerd.5 De Topsector Life Sciences & Health heeft als kwartiermaker deze KIA opgesteld in
gezamenlijkheid met andere topsectoren en vele publieke en private stakeholders. Daarbij
wordt voortgebouwd op een krachtig ecosysteem van publieke-private samenwerkingen
(PPS) dat de afgelopen jaren is opgebouwd. De ambassadeur zal het actieprogramma vormgeven
in nauwe afstemming met het boegbeeld van Topsector LSH en de activiteiten die voortvloeien
uit de KIA Gezondheid & Zorg.
Inzet op life sciences sleuteltechnologieën
Naast de thema’s, waaronder Gezondheid & Zorg, zet het kabinet in op sleuteltechnologieën
voor toekomstige economische kansen om op die manier vanuit de topsectoren gericht
technologische bijdragen te laten leveren aan het oplossen van maatschappelijke uitdagingen.
Met de Kennis- en Innovatieagenda Sleuteltechnologieën geven de topsectoren samen
met departementen en kennisinstellingen hieraan invulling. Het belang van publieke
investeringen in sleuteltechnologieën vindt brede erkenning. Sleuteltechnologieën
zijn essentieel bij het oplossen van maatschappelijke uitdagingen en/of leveren een
grote potentiële bijdrage aan de economie, door het ontstaan van nieuwe bedrijvigheid
en nieuwe markten, het vergroten van de concurrentiekracht, en het versterken van
de banengroei. Ze maken baanbrekende proces-, product- en/of diensteninnovaties mogelijk
en zijn relevant voor de wetenschap, maatschappij en de markt. Vanuit het perspectief
van de potentiële bijdrage van technologie aan maatschappelijke uitdagingen in Nederland
zijn ook clusters van technologieën aangewezen die relevant zijn voor de LSH-sector:
life science technologies. Deze inzet op sleuteltechnologieën is ook relevant voor het actieprogramma en meer
specifiek het programma FAST.
Schets programma Future Affordable Sustainable Therapies
Zoals in de eerste brief over het actieprogramma al werd aangegeven zijn er parallel
aan de komst van het EMA op dit moment een aantal innovatieve ontwikkelingen die samenkomen
op het terrein van nieuwe geneesmiddelen en medische interventies. Om deze toekomstige
therapieën optimaal van het laboratorium naar de individuele patiënt te kunnen brengen
is een kennisintensief proces nodig met mogelijk nieuwe ontwikkelmodellen, nieuwe
bedrijfsvormen of nieuwe bedrijven en publiek/private financieringsmodellen. ZonMw
ziet mogelijkheden deze kansen te verzilveren door bestaande initiatieven te verbinden
en meer samenhang te creëren in het gehele proces van therapieontwikkeling door de
vorming van Future Affordable and Sustainable Therapies (FAST): een nationaal programma
voor therapieontwikkeling. FAST beoogt om – samen met de relevante stakeholders –
innovatieve therapieontwikkeling te stimuleren, de economische kansen voor Nederland
en de academie optimaal te benutten, binnen kaders van betaalbaarheid, beschikbaarheid
en duurzaamheid.
De contouren van een dergelijk programma heeft ZonMw besproken met relevante stakeholders
uit de LSH-sector en uitgewerkt in een eerste schets van het FAST programma. Deze
schets zal verder moeten worden uitgewerkt tot een samenhangend, breed gedragen programmavoorstel,
in samenhang met het actieprogramma «Nieuwe kansen voor topsector Life Sciences &
Health». Via een separate brief zal mijn collega bewindspersoon van Medische Zorg
en Sport u hier verder over informeren.
Tot slot
De komst van het Europees Geneesmiddelen Agentschap betekent een enorme kans voor
Nederland om zich tot een internationale hub voor de sector Life Sciences & Health
te ontwikkelen. Nederland is nu al sterk op dit domein maar om zich echt tot globale
hub te ontwikkelen is meer nodig. Het ontwikkelen en uitvoeren van het actieprogramma
en in het kader daarvan nationaal gezamenlijk optrekken van alle belanghebbenden in
het LSH-domein is één van de voorwaarden daarvoor. Ik zal me inzetten om zo meerwaarde
te creëren voor het bedrijfsleven, de wetenschap, de gezondheidszorg en bovenal de
patiënt. Ik heb er alle vertrouwen in dat bovengenoemde ontwikkelingen hieraan de
benodigde impuls zullen geven.
De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat,
M.C.G. Keijzer
Indieners
-
Indiener
M.C.G. Keijzer, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat