Brief regering : Stand van zaken Chemours en uitvoering van de motie van het lid Van Brenk over de vergunning van directe lozing van 5 kilo GenX
28 089 Gezondheid en milieu
Nr. 150 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 november 2019
Tijdens het AO-water van 20 juni 2019 (Kamerstuk 27 625, nr. 475) heb ik toegezegd uw Kamer te informeren over de directe lozing van PFOA en GenX-stoffen
door Chemours, de uitvoering van de Motie van het lid Van Brenk1 en het meetprogramma PFOA en GenX-stoffen van Rijkswaterstaat.
Directe lozing Chemours
Op 28 mei 2019 heb ik uw Kamer een brief gestuurd over het besluitvormingsproces rondom
de directe lozing van Chemours2. Daarin heb ik aangegeven dat Rijkswaterstaat een gedegen afweging heeft gemaakt
en dat het daaruit voorkomend ontwerpbesluit op 16 mei 2019 voor een periode van 6
weken ter inzage zou liggen. Tijdens deze periode hebben zeven belanghebbende partijen
zienswijzen ingediend. De behandeling van de zienswijzen is terug te vinden in het
definitieve besluit dat op 15 augustus 2019 is gepubliceerd en ter inzage heeft gelegen
tot 27 september 2019. Er is in deze periode geen beroep aangetekend tegen het definitieve
besluit. Dit betekent dat het besluit nu onherroepelijk is geworden.
Een belangrijke wijziging is aangebracht op basis van de zienswijze zoals ingediend
door de provincie Zuid-Holland. Deze stelde dat voor GenX-stoffen een minimalisatie-verplichting
moet worden opgenomen aangezien op 26 juni 2019 de GenX-stoffen in het kader van REACH
zijn aangewezen als Substances of Very High Concern (SVHC). Door het verkrijgen van
de SVHC-status zijn de GenX-stoffen in het Nederlandse vergunningverleningssysteem
automatisch Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS) geworden, in plaats van potentieel ZZS
(pZZS). Op 10 september 2019 heeft de Staatsecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
uw Kamer een uitgebreidere reactie gestuurd op de uitkomsten van het REACH-proces3.
Op basis hiervan is in de definitieve beschikking niet alleen voor PFOA maar ook voor
de GenX-stoffen een minimalisatieverplichting opgenomen. In de praktijk betekent dit
dat Chemours uiterlijk op 1 juni 2021 en vervolgens elke vijf jaar een vermijdings-
en reductieplan moet maken waarin een nieuwe afweging op «best beschikbare technieken»
(BBT) wordt gemaakt. Dit moet herhaald worden totdat er geen emissies meer plaatsvinden.
Het is aan het bevoegd gezag (Rijkswaterstaat) om het vermijdings- en reductieplan
te beoordelen.
Uitvoering Motie Van Brenk
Chemours beschikt over een vergunning voor een directe en een indirecte lozing van
GenX op oppervlaktewater. De provincie Zuid-Holland is bevoegd gezag voor de indirecte
lozing, Rijkwaterstaat is dat voor de directe lozing. De motie Van Brenk verzoekt
bij het vergunnen van de indirecte lozing rekening te houden met de directe lozing
van GenX-stoffen van 5 kg/jaar.
Elke vergunningprocedure voor het lozen van stoffen in oppervlaktewater kent een zorgvuldige
afweging met daarin een aantal stappen. De immissietoets is de laatste stap bij de
beoordeling van een lozing. Deze beoordeling komt pas aan de orde nadat in een eerder
stadium de Algemene BeoordelingsMethodiek (ABM) is doorlopen en indien de genomen
maatregelen om een lozing te beperken kunnen worden aangemerkt als beste beschikbare
techniek (BBT). De immissietoets beoordeelt of een lozing vanuit waterkwaliteitsoogpunt
al dan niet acceptabel is. Bij het uitvoeren van de immissietoets wordt rekening gehouden
met de achtergrondconcentratie bovenstrooms en eventuele bronnen van een stof in de
nabijheid van de lozing.
In dat kader kan ik u mededelen dat Chemours – mede door de voortdurende druk vanuit
Provincie Zuid-Holland – heeft besloten de tijdelijke actief koolfilters definitief
te plaatsen. Onderzoek van Chemours laat zien dat het plaatsen van actief kool een
zeer effectieve methode is om de emissie van GenX-stoffen te reduceren. Het meetprogramma
van Rijkswaterstaat onderbouwd deze conclusie (zie hieronder). Chemours heeft hiertoe
inmiddels een aanvraag ingediend voor het definitief plaatsen van de actiefkoolfilters.
Deze aanvraag gaat uit van een lozingseis voor de indirecte lozing van 2 kg/jaar waar
dat nu nog 20 kg/jaar vanaf 2021 is. De Provincie Zuid-Holland buigt zich op dit moment
over een besluit op de aanvraag. Met een voorbehoud op het uiteindelijke besluit van
het bevoegd gezag, is het de verwachting dat dit binnen een aantal weken ter inzage
zal worden gelegd. Hiermee komen rijk en regio gezamenlijk tegemoet aan de wens van
de Kamer zoals die verwoord is in de motie Van Brenk: het zo snel mogelijk reduceren
van de GenX-lozing.
Meetprogramma PFOA en GenX
Sinds 2017 wordt de aanwezigheid van PFOA en GenX-stoffen in de regio Drechtsteden
nauwkeurig gemonitord door Rijkswaterstaat. Tijdens het AO-water van juni 2019 heb
ik toegezegd u het vierde monitoringsrapport toe te sturen en een toelichting te geven
op de belangrijkste uitkomsten. Deze treft u aan in de bijlage4.
De concentraties PFOA en GenX-stoffen in het afvalwater afkomstig uit de indirecte
lozing vanuit Chemours zijn sterk afgenomen ten opzichte van begin 2017. Het gaat
hier om een verlaging van de concentraties van 97 tot 99%. Voor wat betreft de directe
lozing zijn de aangetroffen concentraties van eenzelfde orde grootte als in eerdere
onderzoeken. Met de maatregelen die in de vergunning voor de directe lozing zijn opgenomen
en de aanpak van de emissie naar de lucht vanuit de omgevingsvergunning, is de verwachting
dat deze concentraties op de langere termijn gaan dalen.
Alle maatregelen tot nu hebben ertoe geleid dat de concentraties in het oppervlaktewater
zijn gedaald en nu ruim lager zijn dan de gehanteerde normen voor oppervlaktewater
en drinkwater. Ik heb Rijkswaterstaat gevraagd om de monitoring te continueren om
zo te controleren of de huidige lage concentraties in het oppervlaktewater ook bestendig
zullen blijven.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat