Brief regering : Overdracht taken ‘Groningen’ van EZK naar BZK
33 529 Gaswinning
Nr. 695 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT EN BINNENLANDSE ZAKEN EN
KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 oktober 2019
De maatschappelijke impact van de aardbevingen door gaswinning in Groningen is groot.
Daarom heeft het kabinet belangrijke besluiten genomen voor de aanpak van de veiligheid
in Groningen. De gaswinning wordt zo snel mogelijk volledig afgebouwd, met het Nationaal
Programma Groningen (NPG) wordt geïnvesteerd in toekomstperspectief voor de regio
en de bovengrondse gevolgen van de gaswinning worden publiekrechtelijk aangepakt,
waarbij NAM zowel bij de schadeafhandeling als bij de versterking uit het systeem
is gehaald.
Nadat vorig jaar samen met de regio de noodzakelijke beleidsmaatregelen zijn vormgegeven,
is in 2019 het zwaartepunt meer op de uitvoering komen te liggen. Het afgelopen jaar
is door zeer veel betrokken medewerkers in Groningen en Den Haag gewerkt aan onder
andere een drastische verlaging van de gaswinning; het sneller vergoeden van grotere
aantallen schades; het hervormen en samenvoegen van de uitvoeringsorganisatie voor
de versterking; het vormgeven van een geheel nieuwe versterkingsaanpak en het op gang
brengen van het NPG. Wij zijn ons er van bewust dat de resultaten nog niet voor iedereen
voldoende merkbaar zijn. Er moet dan ook nog veel gebeuren, maar we staan er nu beter
voor dan een jaar geleden.
Reeds bij de start van deze regeerperiode is in het kabinet afgesproken de betrokkenheid
bij de aardbevingsproblematiek breder te spreiden over de bewindspersonen. De versterkingsaanpak
is nu in een volgende fase gekomen waarbij naast de nadruk op het borgen van veiligheid
er ook goede mogelijkheden zijn voor een integrale stads-, -dorps en buurtvernieuwingsaanpak.
Daarom heeft het kabinet besloten de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de
versterkingsoperatie en voor de investeringen in de toekomst van Groningen via het
NPG over te dragen van de Minister van Economische Zaken en Klimaat (EZK) aan de Minister
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). Dit is een logische stap die
aansluit op de verantwoordelijkheden en de expertise van het Ministerie van BZK op
het gebied van burgerparticipatie, bestuurskracht, bouwen, wonen en ruimtelijke ordening.
Daarbij blijft de Minister van EZK verantwoordelijk voor de veiligheid in verband
met de gaswinning.
Het koninklijk besluit dat deze wijziging in verantwoordelijkheidsverdeling formaliseert
wordt op korte termijn gepubliceerd in het Staatsblad.
In deze brief schetsen wij de stand van zaken met betrekking tot de aanpak van de
aardbevingsproblematiek in Groningen: de schadeafhandeling en de voortgang van de
versnellingsmaatregelen voor de versterking. Tevens bieden wij u het dashboard versterken
aan zoals toegezegd. Het dashboard biedt inzicht in de voortgang en realisatie van
de versterkingsoperatie tot nu toe en geeft een eerste prognose voor de rest van dit
jaar. Verder gaan als bijlagen bij deze brief de organogrammen op het gebied van schade,
versterken en het NPG en het overzicht van de stand van zaken van de versnellingsmaatregelen1.
Gaswinning loopt op zijn einde
Op 29 maart 2018 heeft het kabinet besloten om de gaswinning zo snel als mogelijk
volledig te beëindigen met het oog op de veiligheid (Kamerstuk 33 529, nr. 457). Hiervoor zijn verschillende maatregelen in gang gezet, zoals de bouw van een stikstoffabriek
in Zuidbroek en de afbouw van de export van laagcalorisch gas naar het buitenland.
Het kabinet heeft hierbij aangegeven te blijven zoeken naar maatregelen om de gaswinning
nog sneller te beëindigen. Sinds het besluit van maart 2018 is extra ervaring opgedaan
met de inzet van de stikstofinstallaties en zijn nieuwe maatregelen geïdentificeerd,
zoals de andere benutting van de gasopslag Norg. Voor uitgebreide informatie over
deze aanvullende maatregelen verwijzen wij naar de brieven van 17 juni en 10 september
jl. (Kamerstuk 33 529, nrs. 660 en 678).
In het regeerakkoord (Kamerstuk 34 700, nr. 34) werd uitgegaan van een daling van de gaswinning naar 20,1 miljard Nm3 aan het einde van de kabinetsperiode. In het basispad van maart 2018 is uitgegaan
van een winning van 17,4 miljard Nm3 voor het huidige gasjaar bij een gemiddelde temperatuur, en sluiting van het veld
in 2030. Door de aanvullende maatregelen is het mogelijk gebleken voor dit gasjaar
de winning te kunnen vaststellen op 11,8 miljard Nm3, waarmee het door Staatstoezicht op de Mijnen (SodM) geadviseerde winningsniveau
van 12 miljard Nm3 wordt bereikt. Volgens de meest recente cijfers van GTS kan de winning uit het Groningenveld
medio 2022 (bij een gemiddelde temperatuur) nihil zijn.
Met de afbouw van de gaswinning uit het Groningenveld beoogt het kabinet de oorzaak
van de veiligheidsrisico’s weg te nemen en schade aan huizen en andere gebouwen in
de toekomst zoveel mogelijk te voorkomen. Op basis van het advies van de Mijnraad
van 2 juli 2018 (Kamerstuk 33 529, nr. 498) hebben wij bestuurlijke afspraken gemaakt met bestuurders van provincie en gemeenten
over herijking van de versterkingsoperatie in het licht van het afnemende risico op
aardbevingen, waarbij rekening wordt gehouden met gewekte verwachtingen en gedane
toezeggingen.
Toename van afhandeling schade in publieke handen
De afhandeling van meldingen van fysieke schade wordt sinds maart 2018 door de publieke
onafhankelijke Tijdelijke Commissie Mijnbouw Groningen (TCMG) uitgevoerd. Zoals toegelicht
in de brief van 26 september jl. (Kamerstuk 33 529, nr. 689) zijn in deze kabinetsperiode ruim 28.000 schademeldingen afgehandeld. De TCMG heeft
daarvan ruim 22.000 meldingen afgehandeld en ruim € 100 miljoen aan schadevergoedingen
uitgekeerd. De afhandelcapaciteit is gegroeid tot de destijds beoogde circa 400 schademeldingen
per week. De doorlooptijd is hierdoor sterk verkort. De huidige werkvoorraad bestaat
voor het overgrote deel (bijna 80%) uit relatief «jonge» schademeldingen die sinds
de beving bij Westerwijtwerd in mei zijn binnengekomen. Daarnaast zijn bijna alle
ruim 6.000 oude schademeldingen door NAM afgewikkeld, deels na geschilbeslechting
door Arbiters Bodembeweging.
We zien het vertrouwen van de Groningers in de afhandeling door de TCMG groeien; veel
schades worden toegekend en de bewoners zijn relatief tevreden over het werk van de
TCMG. De TCMG is een laagdrempelig loket dat zowel fysiek als online goed te vinden
is. Voor bewoners is het op elk moment mogelijk om online in te zien waar hun schademelding
in het proces zit.
Recent zien we een sterke toename van het aantal schademeldingen. Op 26 september
is de Minister van EZK bij de TCMG op bezoek geweest en heeft met hen gesproken over
de maatregelen om de toename te behandelen. Zo wordt de capaciteit aanzienlijk verder
vergroot. De TCMG streeft naar een doorlooptijd van maximaal zes maanden voor reguliere
schadegevallen, in lijn met de motie van het lid Agnes Mulder c.s. (Kamerstuk 33 529, nr. 649). Verdere versnelling van het proces wordt gerealiseerd doordat bewoners via de «eigen
aannemersvariant» een eigen aannemer kunnen aandragen om de schade op te laten nemen.
De verbetering en versnelling van de schadeafhandeling blijft onverminderd prioriteit
van het kabinet. De actuele stand van zaken van de schadeafhandeling in cijfers en
grafieken is te vinden op de website van de TCMG2.
Met de oprichting van het Instituut Mijnbouwschade Groningen (IMG) ingevolge het wetsvoorstel
Tijdelijke wet Groningen, dat nu bij uw Kamer in behandeling is (Kamerstuk 35 250), wordt de publieke afhandeling van schade wettelijk verankerd. Met het wetsvoorstel
wordt ook de afhandeling van andere schadevormen dan fysieke schade, zoals waardedaling,
vermogensschade en immateriële schade, bij het IMG belegd.
Voortgang versterken
Eén uitvoeringsorganisatie
Bij de uitvoeringsorganisaties van de versterking is de verbouwing in volle gang.
Wij werken op dit moment aan de samenvoeging tot één publieke organisatie die de uitvoering
van de versterkingsoperatie ter hand neemt. De Nationaal Coördinator Groningen (NCG)
wordt hiertoe omgevormd tot een uitvoeringsorganisatie.
Sinds begin dit jaar zijn een nieuwe directeur en directie NCG aangetrokken. Zij hebben
binnen de NCG een organisatorische verandering in gang gezet richting een uitvoeringsorganisatie,
die ook taken op zich neemt die tot het einde van dit jaar nog door het Centrum Veilig
Wonen (CVW) worden gedaan. Dit is een ingrijpende operatie die veel vergt van het
management en personeel van beide organisaties. De uitvoeringsorganisatie in oprichting
komt medio oktober onder verantwoordelijkheid van de Minister van BZK. De planning
is dat de nieuwe organisatie per 1 januari a.s. staat. Tijdens al deze veranderingen
blijft er vanuit de NCG met kracht gewerkt worden aan een versnelde realisatie van
de versterkingsoperatie. Een belangrijk onderdeel daarvan is het koppelen van de lokale
programma’s van aanpak 2020 aan beschikbare capaciteit, aanvullend toetst SodM de
programma’s op de prioritering vanuit het oogpunt van veiligheid.
Totstandkoming scope
In afgelopen debatten over Groningen is toegezegd inzicht te geven in de cijfers van
de versterkingsoperatie, het dashboard is als bijlage 2 toegevoegd3. Deze stand van zaken is afgestemd met de regio, waarbij nog wordt gewerkt aan een
definitieve uitsplitsing per gemeente. Hierbij hebben gemeenten aangegeven een aanvullende
controle te willen doen op het totaal aantal adressen.
Volgens de meest recente HRA-run (maart 2019) is het aantal adressen met een verhoogd
risico gedaald tot onder de 1.000. Dit neemt niet weg dat conform bestuurlijke afspraken
met de regio en eerdere toezeggingen de totale scope van opname en beoordeling hoger
is. De scope van het aantal adressen dat in aanmerking komt voor opname en beoordeling
is op dit moment opgelopen tot 26.000 adressen. Dit komt ten eerste doordat, conform
het advies van de Mijnraad, gewekte verwachtingen en gedane toezeggingen worden nagekomen.
Dit is van toepassing op de zogenoemde «batches» die worden uitgevoerd volgens bestaande
versterkingsadviezen, ongeacht nieuwe inzichten in de veiligheidssituatie (Kamerstuk
33 529, nr. 502). Ten tweede zijn, in lijn met het Mijnraadadvies, naast de adressen met een verhoogd
risico ook adressen met een licht verhoogd risico (P90) opgenomen in de scope. Ten
derde blijven in lijn met deze afspraken alle adressen die eerder als (licht) verhoogd
risicovol zijn geïdentificeerd onderdeel van de scope, ook als zij dat op basis van
recente inzichten niet langer zijn. Ten vierde zijn op verzoek van de gemeenten adressen
toegevoegd vanuit het perspectief van een coherente uitvoering in plaats van sec technische
veiligheid. Dat gaat bijvoorbeeld om het realiseren van tempo binnen een straat of
wijk, maatschappelijk draagvlak, gebiedsontwikkeling en het minimaliseren van overlast.
Tempo versterkingsopgave
Van de gehele scope zijn ruim 14.000 adressen opgenomen en ruim 6.800 beoordeeld.
De verwachting is dat er dit jaar nog tussen de 200 en 500 beoordelingen bijkomen.
In 2019 worden bijna 500 versterkte panden opgeleverd. Daarmee komt het totaal aantal
uitgevoerde versterkingen op ruim 1.000.
Op basis van het Mijnraad-advies is vorig jaar in overleg met de regio overgestapt
op een nieuwe, meer risicogerichte aanpak van de versterking. Dit was noodzakelijk
omdat in de gebiedsgerichte aanpak de meest risicovolle huizen niet als eerste aan
de beurt kwamen. Die nieuwe aanpak is in 2018 voorbereid. Tegelijkertijd zijn alle
definitieve versterkingsadviezen uit de oude aanpak voortgezet en in uitvoering gebracht.
Bij implementatie van de nieuwe, risicogerichte aanpak bleek dat het tempo van CVW
achterbleef bij wat mocht worden verwacht op basis van zijn afspraken met NAM (Kamerstuk
33 529, nr. 638). Dat verklaart onder andere het lagere aantal nieuwe opnames en beoordelingen tussen
eind 2018 en de eerste helft van 2019. Inmiddels stuurt de NCG het CVW rechtstreeks
aan, totdat het CVW ophoudt te bestaan aan het einde van dit jaar. Het tempo is nu
opgevoerd waardoor aan het einde van dit jaar nagenoeg alle P50-adressen zullen zijn
opgenomen.
Het externe bureau dat de cijfers en prognoses in samenwerking met de NCG in beeld
brengt schat in dat in het laatste kwartaal van 2019 rond de 1.000 opnames zullen
plaatsvinden. Indien dit tempo wordt gehaald en doorgezet, dan is hiermee de door
regio en Rijk geformuleerde ambitie van 4.000 opnames per jaar voor het komende jaar
binnen handbereik.
Als gevolg van de afbouw van de gaswinning en de risicogerichte prioritering van de
versterkingsoperatie zal naar verwachting een steeds groter aantal adressen na opname
en beoordeling minder of geen versterking nodig blijken te hebben.
Versnelling versterking
Gemeenten, provincie en het Rijk hebben gezamenlijke ambities afgesproken waarbij
iedereen de urgentie voelt van het versnellen van de versterkingsopgave (Kamerstuk
33 529, nr. 639). Op 5 juni jl. is in het Bestuurlijk Overleg met regiobestuurders overeenstemming
bereikt over versnellingsmaatregelen. Om de versnellingsmaatregelen zoals de typologieaanpak
en aannemersvariant uit te werken en in te voeren is een versnellingsteam ingericht.
Ook is dit team ingericht om knelpunten te identificeren en op te lossen. Het versnellingsteam
wordt daarin ondersteund door multidisciplinaire teams van overheden en NCG voor verschillende
aspecten van de beoogde versnelling. Veel versnellingsmaatregelen zijn complex: deze
vragen vaak technische, geografische, en juridische kennis en vergen nauwe samenwerking
van alle betrokken partijen (uitvoeringsorganisatie, CVW, markt, gemeenten, rijksoverheid).
Deze samenwerking zal worden voortgezet. Met het oog op het versnellen van de uitvoering
en het betrekken van marktpartijen zetten Regio en Rijk zich samen met de bouwsector
in om in januari 2020 een Bouwakkoord Groningen te bereiken om de uitvoeringscapaciteit
en kennis van de markt optimaal te benutten.
Als bijlage 3 bij deze brief gaat het voortgangsoverzicht van de versnellingsmaatregelen4. Hiermee geven wij tevens invulling aan de toezegging op het verzoek van het lid
Van Otterloo (50PLUS) in het AO Groningen van 12 september jl. (Kamerstuk 33 529, nr. 693). Uit de bijlage blijkt dat er inmiddels veel in gang is gezet, waarbij een aantal
punten wordt betrokken bij het wetsvoorstel dat in wording is en sommige punten nog
extra aandacht behoeven. Rijk en regio voeren hierover intensief overleg, om de versnelling
van zowel de opname en beoordeling als ook de daadwerkelijke uitvoering te realiseren.
Wettelijke verankering
Met het Besluit Versterking Gebouwen Groningen van 17 mei 2019 is de publiekrechtelijke
aansturing van de versterkingsoperatie vastgelegd. Wettelijke verankering via een
Wijzigingswet op de Tijdelijke wet Groningen is in voorbereiding. De regio is betrokken
bij de totstandkoming van het wetsvoorstel. Internetconsultatie van de Wijzigingswet
wordt zo spoedig mogelijk gestart.
In het wetsvoorstel staat centraal dat eigenaren regie krijgen over de versterking
aan hun woning. De uitvoering wordt lokaal belegd, bij gemeenten en de uitvoeringsorganisatie.
Gemeenten worden feitelijk opdrachtgever voor de planning en aansturing van de versterkingsoperatie.
Eigenaren van woningen die op basis van het normbesluit ervoor gekozen hebben hun
woning te laten versterken vragen het versterkingsbesluit aan waarin, naast de maatregelen
om aan de veiligheidsnorm te voldoen, ook wensen van de bewoner kunnen worden meegenomen,
mits het meenemen van deze werkzaamheden niet tot onredelijke vertraging leidt van
het laten voldoen aan de veiligheidsnorm en de eigenaar of het college van B&W deze
kosten dragen. Daarnaast wordt met dit wetsvoorstel een eenduidig aanspreekpunt voor
bewoners gecreëerd: de uitvoeringsorganisatie. Gemeenten stellen programma’s van aanpak
op die het centrale plannings- en sturingsinstrument vormen voor de versterkingsopgave
binnen de gemeenten. Hiermee is het mogelijk de versterkingsopgave in de lokale situatie
in te passen en koppelkansen te benutten. De versterking kan in samenhang worden uitgevoerd
met lopende programma’s voor de verbetering van de leefbaarheid, energietransitie
en economie in Groningen.
Het op te richten Adviescollege Veiligheid Groningen (ACVG), eerdergenoemd TCV (Kamerstuk
33 529, nr. 609), geeft advies over de te hanteren veiligheidskaders bij de uitvoering van de versterkingsoperatie.
De adviescommissie gaat over de hoofdkaders ten aanzien van veiligheid en de gemeenten
kunnen adviseren over de kaders voor de uitvoering. De rol en taken van het ACVG zullen
worden vastgelegd in het wetsvoorstel.
Het NPG: een lopende organisatie
Het kabinet heeft middelen vrijgemaakt voor de toekomst van Groningen. Deze middelen
zijn, samen met middelen van NAM, ingebracht in het Nationaal Programma Groningen
(NPG), totaal € 1,15 mld. Het kabinet heeft hier op 5 oktober 2018 overeenstemming
over bereikt met de regio, waarna op 11 maart 2019 vervolgafspraken zijn gemaakt rondom
de governance van het programma.
Inmiddels is het NPG een lopende organisatie die werkt aan concrete projecten. Het
afgelopen jaar is het bestuur gevormd, een directeur NPG benoemd en is het programmabureau
ingericht in het voormalige gemeentehuis in Ten Boer. Ook is de start gemaakt met
projecten die een bijdrage leveren aan het verbeteren van de Brede Welvaart in de
regio, onder andere door de leefbaarheid te verbeteren, de economische ontwikkeling
te bevorderen en Groningen koploper te maken in de energietransitie. De projecten
waarin wordt geïnvesteerd lopen uiteen van het uitvoeren van een centrumplan Delfzijl
en natuurinclusieve akkerbouw tot pilots met waterstoftreinen. Daarnaast is het voor
bewoners mogelijk om rechtstreeks hun projecten in te dienen bij het loket leefbaarheid.
In totaal is er tot nu toe voor bijna € 200 mln. aan projecten gehonoreerd. Verder
zijn er aanvullend voor ruim € 90 mln. afspraken gemaakt over bijvoorbeeld erfgoed
en investeringen in de zorg.
Om het programma verder te stroomlijnen is het programmakader vastgesteld in de afgelopen
bestuursvergadering en aangeboden aan de gemeenteraden en provinciale staten voor
definitieve vaststelling. Ondertussen wordt gewerkt aan de toedeling van de middelen
over de verschillende onderdelen van het programma. Deze kaders zijn leidend voor
het opstellen van lokale en thematische programmaplannen en de beoordeling van programma’s
en projecten gedurende de rest van de looptijd van het NPG. Daarnaast is op basis
hiervan een monitoring en evaluatieaanpak in voorbereiding, op grond waarvan kan worden
bepaald of de doelstellingen voor het verbeteren van de Brede Welvaart worden gehaald.
Zo kunnen de transities waar de regio voor staat daadkrachtig en integraal worden
aangepakt en hebben de NPG-middelen de grootst mogelijke impact. Het Ministerie van
BZK zal de coördinerende rol van het Rijk met betrekking tot het NPG op zich nemen,
waarbij het Ministerie van EZK zich zal richten op zijn rol met betrekking tot economische
ontwikkeling en de energietransitie.
Stand van zaken duurzaamheidssubsidies
Tijdens het AO Groningen van 12 september jl. heeft de Minister van EZK toegezegd
uw Kamer te infomeren over het gebruik van de subsidies die specifiek voor het Groningse
bevingsgebied beschikbaar zijn voor verduurzaming van de woning. Er zijn twee subsidieregelingen,
één gerelateerd aan schade en één aan versterking. Het Samenwerkingsverband Noord-Nederland
(SNN) voert beide regelingen uit. Woningeigenaren met aardbevingsschade en woonachtig
in het aardbevingsgebied die hun woning energiezuinig willen maken, kunnen maximaal
€ 4.000,– aan subsidie aanvragen. Zo’n 5.400 eigenaren hebben hiervan op dit moment
gebruik gemaakt. Deze subsidieregeling is de publieke opvolger van de waardevermeerderingsregeling
van NAM. Op grond van deze oude regeling is op kosten van NAM in de periode 2014–2016
aan circa 35.000 woningeigenaren in totaal € 126 mln. uitgekeerd. Eigenaren van wie
het huis wordt versterkt kunnen aanspraak maken op subsidie voor energiebesparende
maatregelen bij het versterken van de woning voor € 7.000,– per woning. In het Bestuurlijk
Overleg van 5 juni jl. is over deze subsidie bij versterking afgesproken dat indien
een eigenaar afziet van versterking deze onder dezelfde voorwaarden toch aanspraak
kan maken op de subsidie. De regeling wordt momenteel hierop aangepast.
Overzicht gebruik subsidies, datum 1 oktober 2019
Waardevermeerdering (bij schade)
Verduurzaming bij versterking
Hoeveel budget is er voor hoeveel jaren beschikbaar?
€ 85.000.000
(verspreid over 2018–2020)
€ 41.900.000
(verspreid over 2018–2021)
Hoeveel eigenaren hebben hier gebruik van gemaakt?
5.400
130
Hoeveel budget is verleend?
€ 16.069.399
€ 597.050
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat -
Mede ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties