Brief regering : Aanpak antibioticaresistentie
32 620 Beleidsdoelstellingen op het gebied van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
32 793 Preventief gezondheidsbeleid
Nr. 236 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 oktober 2019
Het in 2015 gestarte Programma Antibioticaresistente (Programma ABR) loopt eind 2019
af. U bent periodiek op de hoogte gehouden van de voortgang, laatstelijk in april
2018.1 Dit Programma is door bureau Berenschot geëvalueerd. Het Eindrapport Evaluatieonderzoek Programma ABR bied ik u hierbij aan2. Ik zal inhoudelijk nader ingaan op deze evaluatie in de eindrapportage van het Programma
ABR, die ik begin 2020 aan uw Kamer zal sturen. In deze eindrapportage zullen ook
mijn beleidsplannen voor de bestrijding van antibioticaresistentie voor de komende
jaren een plaats krijgen. Voor de voorbereiding op deze plannen heb ik een aantal
veldpartijen uitgenodigd een bijdrage te leveren op een conferentie op de Europese
Antibioticadag op 18 november.
Samenwerkingsverband Richtlijnontwikkeling Infectiepreventie
Ik heb toegezegd u te informeren over de voortgang van het Samenwerkingsverband Richtlijnontwikkeling
Infectiepreventie.3 Ik heb begrepen dat de Federatie Medisch Specialisten en de Nederlandse Federatie
van Universitair Medische Centra naar het zich laat aanzien op korte termijn overeenstemming
weten te bereiken over het convenant dat de werkwijze van het Samenwerkingsverband
regelt. Dat heeft veel langer geduurd dan verwacht, omdat partijen van mening verschilden
over de werkwijze van het Samenwerkingsverband. Ik vind het belangrijk vanuit het
oogpunt van patiëntveiligheid dat het actualiseren van de verouderde richtlijnen infectiepreventie
zo spoedig mogelijk wordt gestart. Daarom heb ik het RIVM gevraagd alvast te beginnen
met het actualiseren van de richtlijnen infectiepreventie die het publieke domein
betreffen. Ik streef ernaar dat na overeenstemming over het convenant ook kan worden
begonnen met de actualisatie van de medisch-specialistische richtlijnen en het Samenwerkingsverband
daadwerkelijk van start kan gaan.
Tweede mondiale Ministeriele conferentie antibioticaresistentie
Op 19 en 20 juni jongstleden heb ik samen met de Minister van LNV in Noordwijk een
tweede ministeriële conferentie over antibioticaresistentie georganiseerd (Kamerstuk
32 620, nr. 232). Deze conferentie kan gezien worden als opvolging van de eerste ministeriële conferentie
die Nederland in 2014 organiseerde. In 2015 is het WHO mondiale actieplan antimicrobiële
resistentie door de World Health Assembly goedgekeurd, waarin onder andere alle lidstaten
worden opgeroepen een nationaal actieplan op te stellen. De tweede ministeriële conferentie
had als doel om te bespreken hoe ver de lidstaten zijn met het implementeren van het
mondiale actieplan en deelnemende landen aan te sporen tot het maken van afspraken
om meer samen te werken door middel van «twinning». Ruim 40 landen namen deel met
zowel vertegenwoordigers vanuit de humane als dierlijke gezondheidssectoren. Belangrijke
uitkomst van de conferentie is dat verscheidene deelnemende landen bevestigden door
middel van «twinning» doelgerichter willen gaan samenwerken om antibioticaresistentie
tegen te gaan. Zo heeft Nederland aangegeven intensiever te gaan samenwerken met Indonesië
en Curaçao. Daarnaast hebben de Wereldgezondheidsorganisatie, de Voedsel- en Landbouworganisatie
van de Verenigde Naties en de Wereldorganisatie voor diergezondheid tijdens de conferentie
aangekondigd een «Multipartner Trustfund» op te richten om lage- en midden-inkomenslanden
financieel te ondersteunen bij het implementeren van hun nationale actieplan. Nederland
heeft tijdens de ministeriële conferentie aangegeven US $ 5 miljoen aan het fonds
te willen bijdragen.
Uitbraak Zaans Medisch Centrum
Ik heb u op 11 juli jongstleden een update gegeven over de uitbraak in het Zaans Medisch
Centrum van de resistente bacterie Citrobacter freundii, die het zeldzame enzym New
Delhi-metallo-bèta-lactamase (NDM) bij zich draagt (Kamerstuk 32 620, nr. 231). Er zijn in totaal 41 patiënten positief bevonden voor deze bacterie. Het overgrote
deel van de patiënten is opgespoord via screening in het kader van de uitbraak, hetgeen
sinds mei 2018 wordt uitgevoerd onder opgenomen patiënten. Het nemen van de gebruikelijke
controlemaatregelen (contactisolatie van dragers, ringonderzoek) hielpen bij deze
uitbraak onvoldoende, omdat de bron aanvankelijk niet in beeld was. Pas later in het
verloop van de uitbraak kwam het gecontamineerde rioolstelsel als bron naar voren.
Na implementatie van de adviezen van een expertteam waarbij de afvalvermalers van
het riool zijn afgekoppeld, er gestopt is met het doorspoelen van toiletten met gerecycled
water, gestart is met het chloreren van het leidingspoelwater en het verwijderen van
NDM-positieve toiletpotten schat het Signaleringsoverleg Zorginfecties en Antimicrobiële
Resistentie (SO-ZI/AMR) in dat de uitbraak beheersbaar is. Het doel van het SO-ZI/AMR
is het signaleren van uitbraken die een mogelijke bedreiging zijn voor de volksgezondheid
en het maken van een risico-inschatting. SO-ZI/AMR houdt er wel rekening mee dat,
zolang de bron niet is geëlimineerd, er sporadisch nog een patiënt besmet kan worden.
Recent is besloten het hele afvalverwerkingssysteem te vervangen. De actieve surveillance
met screening van patiënten en omgeving gaat onveranderd door. Ik bericht u nader
indien hiertoe aanleiding is.
De Minister voor Medische Zorg,
B.J. Bruins
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
B.J. Bruins, minister voor Medische Zorg