Brief regering : Evaluaties van de Beleidsregels verstrekking DAMU-licentie VO en licentie Topsporttalentschool VO
31 289 Voortgezet Onderwijs
Nr. 407
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS EN MEDIA
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 oktober 2019
Met deze brief stuur ik u de evaluaties toe van de Beleidsregels verstrekking DAMU-licentie
VO (hierna: Beleidsregel DAMU)1 en de Beleidsregel verstrekking licentie Topsporttalentschool VO (hierna: Beleidsregel
Topsporttalentschool)2, vergezeld van mijn reactie.
Allereerst wil ik u inzicht geven over de ruimte die er al is voor maatwerk voor (talentvolle)
leerlingen. Daarna informeer ik u over de uitkomsten van beide evaluaties en mijn
voornemens.
Ruimte voor talent in het voortgezet onderwijs
In Nederland zijn er veel sport-, dans- en muziektalenten. Daar ben ik trots op. Zij
zijn rolmodellen en een inspiratie voor iedereen om het beste uit zichzelf te halen.
Goed onderwijs betekent dat iedere leerling wordt uitgedaagd om zijn of haar talenten
optimaal te ontwikkelen. Reguliere scholen in het voortgezet onderwijs (vo-scholen)
hebben sinds 1 augustus 2015 veel ruimte om de onderwijstijd naar eigen inzicht in
te vullen, ook met minder lesuren. Maatwerk op gebied van onderwijstijd is voor elke
leerling mogelijk. Leerlingen hoeven niet allemaal dezelfde hoeveelheid onderwijstijd
volgens hetzelfde lesrooster te krijgen. In verschillende brieven heb ik u geïnformeerd
over de toepassing van ruimte in wet- en regelgeving voor maatwerk met betrekking
tot onderwijstijd in het voortgezet onderwijs.3
Reguliere scholen kunnen dus maatwerk bieden aan talenten. Daarnaast zijn er ook twee
specifieke regelingen op schoolniveau bestemd voor de sport-, dans- en muziektalenten.
Deze talenten moeten namelijk al op jonge leeftijd veel trainingsuren maken en dat
vraagt om een goede afstemming tussen onderwijs en sport, dans of muziek. De toptalenten
in sport en dans of muziek krijgen op basis van deze regelingen extra ruimte om hun
talent te ontwikkelen op de Topsporttalentscholen en de DAMU-scholen met verlichting
van de studielast door de mogelijkheden van afwijken van de voorgeschreven examenvakken
en door het kunnen doen van gespreid examen. Ook krijgen deze toptalenten aparte begeleiding
voor dans en muziek en sport in de vorm van een coördinator. Ze zijn zo zeker van
bepaalde ondersteuningsfaciliteiten, zoals bijvoorbeeld een aangepast rooster.
Om te kijken of de beleidsregels nog voldoen, worden zij geëvalueerd. Op basis van
de uitkomsten, worden de beleidsregels waar nodig aangepast.
DAMU-scholen
DAMU-scholen
Er zijn 12 DAMU-scholen in Nederland met in totaal 853 DAMU-leerlingen. Tijdens hun
reguliere vo-opleiding volgen DAMU-leerlingen een hbo-vooropleiding dans of muziek.
Bij de aanvraag voor een DAMU-licentie hebben de vo-scholen een steunverklaring van
de Vereniging Hogescholen nodig. Er zijn minimaal 15 DAMU-leerlingen op een school
nodig om een licentie te verkrijgen en te behouden. Dit is nodig om de kwaliteit te
waarborgen. Vooral bij dansonderwijs is er een bepaalde groepsgrootte nodig om het
organisatorisch goed te kunnen regelen.
Evaluatie Beleidsregel DAMU
De Beleidsregel DAMU is sinds 1 augustus 2013 van kracht en is in 2017 geëvalueerd.
De hoofdvraag van de evaluatie is in welke mate de mogelijkheden voor verlichting
van de studielast uit de Beleidsregel DAMU volgens betrokkenen voldoen en welke suggesties
voor verbetering zij hebben.
De ervaringen met de Beleidsregel DAMU zijn overwegend positief. Alle betrokken partijen
waarderen het dat de beleidsregel mogelijkheden biedt om de studielast van leerlingen
te verminderen en dat leerlingen regulier onderwijs en een vooropleiding dans of muziek
kunnen combineren.
Verbeterpunten
In de evaluatie worden ook punten genoemd om de regeling te optimaliseren.
Ik heb het voornemen om de volgende punten te verduidelijken in de toelichting.
1. De redenering waarom de vmbo tl-leerling expliciet is opgenomen in de Beleidsregel
DAMU. Dat is omdat rekening is gehouden met brede brugklassen, en de mogelijkheid
dat leerlingen na het tl doorstromen naar de havo en het hbo.
Er is bewust voor gekozen om de vmbo-mbo route niet op te nemen in de regeling. De
reden daarvoor is dat de Beleidsregel DAMU ziet op een samenwerking tussen het havo
en vwo met het hbo. Voor basis-, kader- en gl-leerlingen bestaat de mogelijkheid om
door het volgen van bepaalde beroepsgerichte keuzevakken binnen onderwijstijd al te
kunnen oefenen of trainen.
2. De huidige mogelijkheden van vrijstellingen.
De vrijstellingsmogelijkheden voor DAMU-leerlingen ten opzichte van reguliere leerlingen
zijn al vrij ruim. Veel DAMU-scholen hebben een licentie voor het vak «vooropleiding
dansvakonderwijs» of «vooropleiding muziekvakonderwijs». Dit vak kan in de plaats
komen van een ander vak, dat wel centraal geëxamineerd moet worden in het vrije deel,
en telt ook mee in de uitslagbepaling. Daarnaast kunnen leerlingen ook ontheffing
krijgen voor een profielkeuzevak. Dit zorgt ervoor dat, als er gebruik wordt gemaakt
van deze mogelijkheden, DAMU-leerlingen al in twee vakken minder centraal examen hoeven
af te leggen dan andere leerlingen.
3. Leerlingendaling
De mogelijkheid op te nemen dat in uitzonderlijke gevallen van het in de DAMU-regeling
genoemde maximum aantal licenties van 12 afgeweken kan worden en van het vereiste
minimum aantal van 15 leerlingen per school, indien leerlingendaling of schoolsplitsing
hier aanleiding toe geeft. Door leerlingendaling kunnen enkele scholen niet meer voldoen
aan het in de DAMU-regeling vereiste minimumaantal van 15 leerlingen per school om
de licentie te behouden. In het nota-overleg op 7 december 2015 over de initiatiefnota
van het toenmalige Kamerlid Straus (VVD) «Krimp in het voortgezet onderwijs: van kramp
naar kans» (Kamerstuk 34 226, nr. 15) is toegezegd dat er rekening zal worden gehouden met leerlingendaling.
Stichting DAMU ontvangt een eenmalige subsidie van OCW voor het maken van een website
met informatie over de beleidsregel.
Gezien de uitkomsten van de evaluatie is het voornemen de huidige DAMU-regeling op
bovengenoemde punten aan te passen en enkele technische wijzigingen door te voeren.
Het streven is om de aangepaste DAMU-regeling per 1 augustus 2020 in te laten ingaan.
Topsporttalentscholen
Topsporttalentscholen
Er zijn 29 Topsporttalentscholen in Nederland met in totaal 1.887 topsporttalentleerlingen.
Bijna 70 procent van de 11- tot en met 18-jarige topsporttalentleerlingen in het voortgezet
onderwijs zit op een Topsporttalentschool. De licentie is ingesteld om scholen in
het voortgezet onderwijs te faciliteren om sporttalenten met een officiële talentstatus
van NOC*NSF te ondersteunen bij de combinatie topsport en onderwijs. Zes Topsporttalentscholen
werken samen met een Centrum voor Topsport en Onderwijs (CTO). Er zijn in Nederland
vijf CTO’s, waar talenten en topsporters op één locatie kunnen trainen, studeren en
wonen. De vo-scholen die verbonden zijn aan een CTO hebben extra mogelijkheden om
de sportontwikkeling te ondersteunen, bijvoorbeeld doordat zij leren steeds meer tijd-
en plaatsonafhankelijk maken door gebruik te maken van digitale vormen van onderwijs.
Evaluatie Beleidsregel Topsporttalentschool
Sinds december 2014 is de Beleidsregel Topsporttalentschool van kracht. Voorheen was
deze regeling bekend onder de naam «Beleidsregel verstrekking Loot-licentie vo». In
2014 is niet alleen de naam van de regeling veranderd, maar zijn er ook inhoudelijke
wijzigingen doorgevoerd, onder meer om maatwerk te bevorderen. De centrale vraag van
de onlangs gehouden evaluatie is in hoeverre de bestaande beleidsregel voldoet aan
de mogelijkheden en ambities vanuit het voortgezet onderwijs en de topsport om optimale
talentontwikkeling in de topsport te combineren met het behalen van een passend vo-diploma.
Uit de evaluatie blijkt dat een zeer ruime meerderheid van de betrokkenen de voorkeur
heeft uitgesproken voor het behouden van de huidige regeling. De argumenten hiervoor
hebben betrekking op de opgebouwde deskundigheid van de Topsporttalentscholen en geborgde
kwaliteit van het onderwijs op maat en van de persoonlijke begeleiding. Voor Topsporttalentscholen
die zijn verbonden aan een CTO is de huidige beleidsregel onmisbaar. Wel blijkt dat
er blinde vlekken zijn in de huidige spreiding. Er zijn gebieden waar wel veel topsporttalenten
zijn, maar geen Topsporttalentscholen.
Over het algemeen zijn de geïnterviewden erg positief over de beleidsregel en de mogelijkheden
voor het verlichten van de studielast die deze biedt. De mogelijkheden om af te wijken
van de voorschriften voor onderwijstijd en om vrijstellingen te geven voor bepaalde
vakken, zijn volgens hen onmisbaar om de combinatie tussen topsport en onderwijs mogelijk
te maken. Stichting LOOT visiteert om de twee jaar de Topsporttalentscholen. De stichting
heeft een inhoudelijk kader (keurmerk) ontwikkeld dat uitgebreider is dan de wettelijke
eisen volgens de beleidsregel om het onderwijs nog beter toe te spitsen op de talenten.
Vrijwel alle Topsporttalentscholen zijn hierover tevreden.
Verbeterpunten
In de evaluatie worden ook verbeterpunten vermeld.
Volgens Stichting LOOT is er momenteel mogelijk behoefte aan drie nieuwe Topsporttalentscholen
(«blinde vlekken») in Haarlem, Dordrecht en Breda.
Op een Topsporttalentschool moeten nu tenminste 35 Loot-leerlingen zijn ingeschreven
waarbij per sport maximaal 11 leerlingen meetellen. Er is ook een samenwerkingsverband
met tenminste 3 sportbonden of verenigingen die op het hoogste landelijk niveau actief
zijn.
Mijn voornemen is om het vereiste maximum aantal leerlingen per sport te verhogen
van 11 naar 15 leerlingen. De voorgestelde versoepeling van het maximum aantal leerlingen
per sport kan eraan bijdragen dat de huidige Topsporttalentscholen enigszins worden
ontlast van de druk om het aantal van 35 Loot-leerlingen te halen. Ook kan het er
toe leiden dat er in een gebied waar nu geen Topsporttalentschool is, een school wel
aan de voorwaarden voor het verkrijgen van een licentie kan voldoen.
Stichting LOOT ontvangt jaarlijks subsidie van het Ministerie van VWS via NOC*NSF
om de combinatie van topsport en onderwijs te optimaliseren. De subsidie wordt ook
ingezet op scholing van de begeleiders van topsport en onderwijs. Stichting LOOT zal
de sportbonden wijzen op voorlichting over de mogelijkheden van Topsporttalentscholen.
Gezien de uitkomsten van de evaluatie is het voornemen om de huidige Beleidsregel
Topsporttalentschool aan te passen met de eerder genoemde wijziging en enkele technische
wijzigingen. Het streven is dat de aangepaste Beleidsregel Topsporttalentschool per
1 augustus 2020 ingaat.
Tot slot
De Topsporttalentscholen en de DAMU-scholen bieden hun leerlingen extra mogelijkheden
om hun passie en onderwijs te kunnen combineren. Ik ga er vanuit dat door de aanpassingen
van de bovengenoemde beleidsregels het maatwerk aan de sport-, dans- en muziektalenten
op de Topsporttalentscholen en de DAMU-scholen nog beter zal worden.
De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media,
A. Slob
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media